Krachtig economisch herstel cruciaal voor concurrentiepositie
Voor onze concurrentiepositie is het van cruciaal belang om vernieuwing vaker op de eerste plaats te zetten en zo flinke vaart te houden in het economisch herstel. Alleen dan kunnen er meer mensen aan de slag, wordt er geïnvesteerd in kennis en blijft het verdienvermogen op peil. De overheid is daarbij aan zet om nog nadrukkelijker goede voorwaarden te scheppen. Dat stelt minister Henk Kamp van Economische Zaken (EZ) in de Staat van de Economie.
Schep er boven op
Nieuwe producten en diensten zijn voor bedrijven onmisbaar om in de wereldwijde concurrentieslag voorop te blijven lopen. Door de digitale revolutie wordt het steeds belangrijker dat de juiste voorwaarden worden geschept voor innovatie in het bedrijfsleven. Nederland slaagt daar behoorlijk in, maar er mag nog wel een schep bovenop, aldus Kamp. Voor de komende belastingherziening heeft de minister dan ook een heldere inzet: “We moeten toe naar een eenvoudiger stelsel, lagere lasten en fiscale stimulering van innovatie. Zo kunnen bedrijven eerder doorgroeien en ontstaan er meer banen.” In Europa wil de minister werken aan heldere afspraken op het gebied van e-commerce en auteursrechten. Een sterke interne digitale markt helpt onze ondernemers om sneller door te groeien.
Nieuwe banen door robotisering
Nederland heeft een goede uitgangspositie om nieuwe werkgelegenheid aan te trekken. Die uitgangspositie kunnen we benutten door slim in te zetten op ICT en productiemethodes met robots. “Robotisering gaat onstuitbaar doorzetten en daardoor zullen overal ter wereld zowel oude banen verdwijnen als nieuwe banen ontstaan. Dat biedt kansen voor onze goed geschoolde beroepsbevolking”, aldus Kamp. “Bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid benutten die kansen bijvoorbeeld door het Techniekpact. Mede hierdoor is de instroom van bètastudenten in het academisch onderwijs met 40% gestegen.” De hoge langdurige werkloosheid blijft een punt van zorg. Als mensen te lang langs de kant blijven staan dan kan dat volgens de minister leiden tot permanent verlies van kennis en verdienvermogen. De minister wijst daarbij op de 34.000 onvervulde vacatures voor ICT’ers: “Dat zijn 34.000 gemiste kansen in een land met ruim 600.000 werkzoekenden. Laten we daar met elkaar werk van maken.”