Verhagen: kans op kernontwapening nu groter dan ooit

Nieuwsbericht | 16-03-2010 | 11:00

Dat verklaarde minister Verhagen vandaag in Rotterdam bij de aftrap van een wetenschappelijk onderzoeksproject naar kernontwapening.

“Kernwapenlanden mogen geen excuus bieden voor de verspreiding van kernwapens,” aldus minister Verhagen (Buitenlandse Zaken). “Als de internationale gemeenschap zich inzet om kernwapens de wereld uit te helpen, kunnen we met nog meer recht landen aanspreken die kernwapens proberen te verwerven. Nederland doet dat door kernontwapening internationaal op de agenda te zetten en landen bij elkaar te brengen.”

De 2 grootste kernmachten, Rusland en de Verenigde Staten, voeren besprekingen over het terugbrengen van de strategische kernwapens. Eind april spreken de lidstaten van de NAVO mede op verzoek van Nederland over de rol die de organisatie bij kernontwapening zou moeten spelen.

“Als we het aantal kernwapens aan alle zijden kunnen verminderen, doordat we ze uit Europa verwijderen, dan moeten we daar serieus naar kijken,” vindt minister Verhagen. “Een minder vergaande optie is dat de NAVO een kernwapentaak behoudt, zonder dat er Amerikaanse atoomwapens in Europa zijn gestationeerd. De beveiliging van het grondgebied van de NAVO is immers een taak die alle bondgenoten met elkaar delen.”

Het ministerie van Buitenlandse Zaken financiert samen met IKV/Pax Christi 4 promotieonderzoeken naar verschillende aspecten van kernontwapening aan de Erasmus universiteit, de Universiteit Utrecht en het Instituut Clingendael. De kennis die met deze onderzoeken wordt opgedaan, kan de positie van Nederland als ontwapeningsmakelaar verder versterken.

De promovendi wonen op uitnodiging van het ministerie van Buitenlandse Zaken als waarnemers de conferentie bij over de uitvoering van een van de belangrijkste verdragen op het gebied van kernontwapening, het non-proliferatieverdrag. De conferentie wordt in mei bij de Verenigde Naties in New York gehouden.