Toespraak Balkenende bij opening Academisch Jaar
Minister-president Balkenende heeft een toespraak gehouden bij de opening van het Academisch Jaar aan de Roosevelt Academy in Middelburg: 'Vier ambities voor de toekomstige generatie'.
De toespraak is gehouden in het Engels.
Four ambitions for the next generation
Excellenties, Dean, mijnheer de Rector Magnificus, mevrouw de Commissaris van de Koningin, dames en heren,
Het is voor mij een bijzonder genoegen om bij dit eerste lustrum van de Roosevelt Academy het academisch jaar te openen. Vijf jaar geleden startte hier in Middelburg iets bijzonders. Een Liberal Arts & Sciences university college dat kleinschaligheid combineerde met grote ambities. Dit moest een plek worden waar culturen elkaar ontmoeten en waar hard werken de norm is. Een plek die zou laten zien dat er meer rendement te halen valt met een innovatieve vorm van onderwijs. En een plek waar studenten en docenten kunnen excelleren.
Zonder overdrijving kan ik zeggen dat nu - vijf jaar later - de ambities zijn waargemaakt. Op deze Middelburgse campus lopen studenten uit meer dan 40 verschillende landen rond. Bijna 90% van alle studenten doorloopt met succes het programma in drie jaar - dat zijn on-Nederlands hoge slagingspercentages.
Internationaal toonaangevende universiteiten als die van Oxford en Cambridge ontvangen de alumni van de Roosevelt Academy met open armen. En zojuist hebben we gehoord dat de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) heeft geoordeeld dat dit college excelleert op de facetten 'gerealiseerd niveau' en 'rendement'. Een prachtige erkenning natuurlijk waar ik iedereen hier van harte mee gelukwens.
De Roosevelt Academy werkt. Kleinschaligheid en internationale allure komen hier samen. Kwaliteit floreert hier zonder bureaucratie. En een intensieve, persoonlijke begeleiding haalt het beste in mensen naar boven. Deze uitmuntende resultaten zijn alleen mogelijk omdat u allen - studenten, docenten, bestuur - ambitie had en heeft. Ambitie en durf geven resultaat. Maar ze geven ook hoop. Hoop voor de toekomst.
Ik hoef in dit gezelschap geen uitvoerig betoog te houden om u ervan te overtuigen dat de wereldgemeenschap voor grote uitdagingen staat. De weg naar herstel van de economie zal moeilijk en lang zijn. Er zullen offers worden gevraagd - van iedereen. Daar komt bij dat dit proces niet los te zien is van andere vraagstukken van deze tijd: het behoud van een duurzame aarde, de strijd tegen hardnekkige armoede, de zoektocht naar alternatieve energiebronnen en de voortdurende inzet voor vrede en veiligheid.
De wereld van vandaag is complex en die van morgen wordt ongetwijfeld nog complexer. Oude arrangementen voldoen niet meer. Alleen nieuwe oplossingen doen recht aan de complexiteit die is ontstaan. Voor het bedenken en uitvoeren van die nieuwe oplossingen is ambitie en durf nodig. Van de huidige, maar vooral van de komende generaties. Daarom wil ik het hier vandaag hebben over ambitie. Omdat de toekomst ambitie nodig heeft. En omdat hier de leiders van de toekomst zitten.
Ik wil in mijn betoog recht doen aan de geschiedenis van de naamgevers van deze onderwijsinstelling: de familie Roosevelt. President Franklin D. Roosevelt sprak in 1941 over een nieuwe wereldorde. Een wereldorde gebaseerd op vier universele vrijheden: vrijheid van meningsuiting, vrijheid van godsdienst, vrijwaring van gebrek en vrijwaring van vrees.
Graag wil ik vandaag - in zijn geest - met u spreken over vier ambities. Vier ambities die hard nodig zullen zijn om de uitdagingen van de toekomst het hoofd te kunnen bieden. Vier ambities die weliswaar niet het antwoord op alle vragen zijn, maar die wel een fundamenteel verschil kunnen maken. Vier ambities waarmee de toekomstige generatie waarde kan toevoegen aan de samenleving en aan zichzelf.
Ik noem ze u kort en ga er in het vervolg van mijn betoog nader op in:
- the ambition to lead;
- the ambtion to learn;
- the ambition to labour;
- en, last but not least, the ambition to love.
Dames en heren,
Ambition to lead
Ik begin met de ambition to lead, die in mijn ogen samenvalt met verantwoordelijkheidsbesef. Voor zowel je persoonlijk handelen als voor je bijdragen aan de samenleving als geheel. Het is slechts een schrale troost, maar het is mogelijk de bron van de huidige wereldwijde economische crisis te detecteren. Ongebreideld winstdenken, tekort aan inlevingsvermogen en gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel bij bankiers en ondernemers hebben ons financieel-economisch systeem aan het wankelen gebracht.
Het is een harde les. Het bewustzijn dat niet alleen materiële, maar ook immateriële zaken het leven rijk en waardevol maken, leek compleet verloren. Gelukkig lijkt het tij gekeerd. Pleidooien dat de markt niet zonder moraal kan, vinden steeds meer weerklank. Business schools overal ter wereld hebben het vak ethiek weer aan het curriculum toegevoegd. En concrete actieplannen om een einde te maken aan de vermaledijde bonuscultuur krijgen steeds meer vorm.
Mij staat een systeem voor ogen dat drijft op moraliteit. Een systeem waarin mensen zich bewust zijn van hun verantwoordelijkheid en die verantwoordelijkheid ook nemen. Een systeem kortom waar mensen zich laten leiden door een ambition to lead. Niet alleen op de werkvloer, maar ook op straat en thuis.
Dus wat u ook later ook wordt - bankier, ondernemer, wetenschapper, ontwikkelingswerker of, als u het echt niet meer weet, politicus - heb oog voor de belangen van anderen. Wees u ook bewust van de duurzaamheid van uw voetstappen. Besef dat uw rol onderdeel is van een groter geheel. Denk groot, maar tegelijkertijd ook weer klein. Speel ook een maatschappelijke rol, er is meer in het leven dan werk. Ik denk bijvoorbeeld aan vrijwilligerswerk. Maar ik denk ook aan het gedrag van mensen in de publieke ruimte.
In Nederland is iets heel bijzonders aan de gang. Meer dan 90 procent van de Nederlanders vindt andere Nederlanders te egocentrisch. Men ergert zich aan het gebrek aan respect, fatsoen en verdraagzaamheid - bij anderen. Een analyse over de eigen rol zit daar niet bij. Het lijkt er meer en meer op dat we anderen beoordelen op hun gedrag en onszelf op onze intenties. Dat lijkt me geen faire wedstrijd. Ik mis op dit terrein een doorleefd verantwoordelijkheidsgevoel. Met wat meer zelfkritiek zo nu en dan zou veel ongenoegen en onvrede weg kunnen ebben.
Ambition to learn
Een tweede ambitie die in mijn ogen veel waarde aan de kwaliteit van onze samenleving zou toevoegen is de ambition to learn. De huidige arbeidsmarkt lijkt in bijna niets meer op die van vroeger. Door globalisering is de dynamiek enorm toegenomen. De baan voor het leven is verdwenen. De roep om hoger opgeleide, competente en flexibele arbeidskrachten wordt alsmaar luider. Het verschil tussen fysiek en intellectueel kapitaal wordt steeds groter - in het voordeel van het laatste.
Tegenwoordig kun je stellen dat een bedrijf dat zijn complete materiële uitrusting verliest maar de kennis en kunde van zijn medewerkers behoudt, zijn zaak snel weer van de grond kan krijgen. Een bedrijf daarentegen dat zijn personeel kwijt raakt en zijn machines en apparaten behoudt, komt er nooit meer bovenop.
Het concurrentievoordeel van een bedrijf wordt meer en meer bepaald door het menselijk kapitaal. Voor strategische human resource managers breken ongetwijfeld gouden tijden aan. Maar kansen zijn er ook voor mensen die de ambition to learn hebben.
Hoe beter opgeleid, hoe beter iemands perspectieven in deze kennisintensieve samenleving. Daarom ben ik blij dat steeds meer jongeren in Nederland zich inschrijven bij een hbo-opleiding of universiteit. Juist nu in deze economisch zware tijden de arbeidsmarktmogelijkheden van jongeren minder florissant zijn, is het verstandig om in jezelf te investeren. Dat verhoogt je kansen als de economie weer aantrekt en bedrijven weer staan te springen om goed gekwalificeerde mensen.
Daarom spreekt het concept van een Liberal Arts and Sciences university college mij aan. Ambities worden waargemaakt door hard werken en streven naar kwaliteit. Leren is hier niet een losstaande verzameling aan vakken volgen, maar een samenhangend totaalpakket gericht op de arts and sciences van het leven. Het gaat hier om meer dan het halen van een diploma; hier worden mensen gevormd.
Een gedegen opleiding is een goed begin, maar het is niet het einde. Verrassend veel mensen onderschatten hoe snel kennis in deze tijd veroudert. Gedurende je hele loopbaan is het daarom noodzakelijk te blijven investeren in je eigen intellectueel kapitaal. Een leven lang leren is niet zomaar een motto, maar bijna een bestaansvoorwaarde. De ambition to learn als way of life - ik zou het graag zien.
Ambition to labour
De dynamiek en benodigde flexibiliteit op de arbeidsmarkt vraagt naast de ambition to learn ook om de ambition to labour. De wereldeconomie lijkt uit het diepe economisch dal te kruipen. Maar daarmee houdt het goede nieuws echt op. Het IMF voorspelt een lange periode van 'sluggish growth' in grote delen van de wereld. Het gaat vooruit, maar niet echt hard. En dat is verontrustend. Want voordat de recessie toesloeg, kampte de wereld al met uiteenlopende zware opgaven als hardnekkige armoede in grote delen van Afrika en Azië, vergrijzende bevolking in Europa en de inconvenient truth over ons klimaat. Wij staan nog steeds voor deze opgave, verzwaard met de last die de recessie achterlaat en tragere groei die voor ons ligt. Dat wordt dus figuurlijk en letterlijk 'hard werken' om aan deze opgaven te voldoen.
Ik haal in dit verband graag de woorden aan van die andere president Roosevelt. Theodore Roosevelt zei ooit:
"It is only through labour and painful effort, by grim energy and resolute courage, that we move on to better things."
Alleen met hard werken, langer werken en meer werken zal het ons lukken deze opgaven de baas te worden en onze welvaart op peil te houden of te vergroten.
En niet alleen met hard werken, maar ook met samen werken, zeker ook in internationaal verband. Dat is de reden dat ik groot belang hecht aan bijvoorbeeld de G20-toppen. Tijdens deze bijeenkomsten zijn afspraken gemaakt die hebben bijgedragen aan het stabiliseren van de financiële sector. Zo is voorkomen dat de wereldeconomie nog verder is afgegleden.
Over ruim twee weken praten de deelnemers van de G20 in het Amerikaanse Pittsburgh over de volgende stap, namelijk de vraag wat nodig is om te komen tot een 'sustainable and balanced growth'. Sustainable and balanced growth wordt onder andere bevorderd door een goede werking van arbeidsmarkten en door een goed opgeleide arbeidsbevolking. Ik zal daarom in Pittsburgh aandacht vragen voor productive labour markets, decent work and social policies.
Dames en heren,
Ambition to love
Vanzelfsprekend heb ik het beste voor het laatst bewaard. De vierde ambitie die in mijn ogen waarde kan toevoegen aan de samenleving is de ambition to love.
Ik besef zeer wel dat deze ambitie bij jonge - en wellicht ook oudere - generaties de minste aansporing nodig heeft. Met de ambition to love weten velen zich wel te redden. Vandaag gaat het mij om het appel om 'onze naasten lief te hebben als onszelf'.
Onze samenleving verhardt en verkilt. De tolerantie ten opzichte van onze medemens vermindert. Helemaal als die medemens een ander geloof aanhangt, een andere seksuele geaardheid heeft of een andere huidskleur heeft. Dat is een zorgwekkende ontwikkeling. Argwaan, onverdraagzaamheid en - nog erger - agressie en haat zijn geen gezonde basis voor een goede, welvarende toekomst.
We komen - als individu, als land, als wereld - geen stap verder als mensen zich opsluiten in hun eigen gelijk, zich afzetten tegen de buitenwereld en hun ogen sluiten voor de realiteit. En die realiteit is dat onze banen, onze veiligheid en onze vrijheid te danken is door ons ambitieus in te laten met de wereld om ons heen. Het maakt ons immers sterker en rijker. Een samenleving floreert bij diversiteit, bij dynamiek en bij debat.
Vandaar mijn oproep om onze naaste lief te hebben.
Vandaar mijn aansporing om je open te stellen voor een ander.
Vandaar mijn appel op de ambition to love.
"Understanding is a two-way street", zei Eleanor Roosevelt en ik zeg haar dat graag na.
Toch is 'understanding' alleen niet voldoende om een vreedzame, veilige toekomst te garanderen voor iedereen. Het is letterlijk ook noodzakelijk daarvoor te vechten. We kennen allemaal de brandhaarden in de wereld. De plaatsen waar terreur, geweld en onderdrukking samenlevingen ontwrichten. Waar kinderen niet naar school kunnen, vrouwen onderdrukt worden en de spiraal van armoede maar niet doorbroken kan worden.
De 'ambition to love' houdt voor mij ook in dat we ons nu en in de toekomst om de mensen in die brandhaarden - vaak ver van ons eigen huis - moeten blijven bekommeren. Door de mensen daar hulp te bieden bij hun ontwikkeling, bij de opbouw van een democratie of, indien nodig, door middel van militaire ondersteuning.
Dames en heren,
Hoe cruciaal een internationale oriëntatie is hoef ik hier - waar tientallen nationaliteiten samen leren en werken en waar Engels de lingua franca is - niet uit te leggen. In deze wereld bestaan geen grenzen meer. Niet voor problemen, maar ook niet voor oplossingen. Waar het op aankomst is of we de ambitie hebben om de schouders eronder te zetten. Van Salvador Dalí, de Spaanse schilder, is de volgende treffende uitspraak bekend: "Intelligence without ambition is a bird without wings".
Aan ambitie geen gebrek bij alle alumni, studenten en docenten van de Roosevelt Academy. Ieder jaar 200 studenten na drie jaar studie hun vleugels uitslaan. Vol ambitie om een verschil te maken. En vol ambitie om iets van de toekomst te maken. Die van henzelf, maar ook die van de wereld.
Tegen hen kan ik alleen maar zeggen: ik wens u een goede vlucht.
En tegen 'the class of 2012' zeg ik: maak er iets moois van de komende tijd. Schroom niet om uw ambitie te tonen. Uw ambitie to lead, learn and labour. Maar bovenal natuurlijk uw ambitie to love.
Dank u wel.