Meepraten over wetgeving

Toespraak door minister Hirsch Ballin van Justitie bij start experiment internetconsultatie 24 juni 2009.

De wet, zegt Van Dale, is “het geheel van regels en voorschriften voor het maatschappelijk leven”. Wetten hebben dus consequenties voor burgers, bedrijven en instellingen. Denkt u maar aan wetten over het betalen voor mobiliteit, mogelijkheden voor kinderopvang, marktwerking in de zorg, de aanpak van veelplegers, enzovoort. Wetgeving moet daarom én kwaliteit hebben én effectief zijn.

Kwaliteit van wetgeving

Dat betekent dat wetgeving moet voldoen aan de kernwaarden van onze rechtsstaat en geen misverstanden laat bestaan over nut en noodzaak van de wetgeving. Maar dat is niet het enige. Wetgeving moet ook doeltreffend, efficiënt, helder, eenvoudig, uitvoerbaar en handhaafbaar zijn. Daarvoor is het nodig om bij de voorbereiding van wetgeving voldoende informatie te verzamelen.

In Nederland kennen we al heel lang de traditie om met betrokkenen te bezien welke maatregelen wenselijk zijn en in welke vorm . Meestal gebruiken we daarvoor de inbreng van adviesorganen, belangenorganisaties en deskundigen. Maar dat is niet zonder risico’s. Die inbreng zorgt soms voor heel gedetailleerde regels waarmee gevestigde posities worden verdedigd en versterkt. Ook wordt soms belangrijke informatie gemist, omdat bepaalde relevante groepen niet geraadpleegd worden. Verder is de voorbereiding van wetgeving vaak een tamelijk ondoorzichtig proces – de zogeheten black box – , waarin van geval tot geval wordt bepaald of, wanneer en wie geconsulteerd wordt. Dit is niet bevorderlijk voor het draagvlak voor de wetgeving en ook niet voor het vertrouwen in de overheid.

Consultatie via internet kan dat veranderen.

Internetconsultatie bij voorbereiding van wetgeving

De inzet van internet bij de voorbereiding van wetgeving is een welkome aanvulling in het wetgevingsproces maar is – eerlijk gezegd – niet helemaal nieuw. Verschillende ministeries hebben hier al mee geëxperimenteerd. Zo heeft het ministerie van Financiën via internet consulten ingewonnen over de hervorming van de Wet financieel toezicht. En het ministerie van Justitie over het auteursrecht en over het wetsvoorstel vereenvoudiging en flexibilisering van het recht voor de besloten vennootschap. Ook de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk consulteren via internet over regelgeving die in voorbereiding is. In augustus 2007 heb ik het rapport ‘Naar een responsieve overheid’[1] naar het parlement gezonden over de voor- en nadelen van internetconsultatie en de ervaringen die hiermee zijn opgedaan.

Het aantal reacties per consultatie blijkt nogal te verschillen. Maar ook is duidelijk dat groepen mensen reageren die voorheen niet bereikt werden. Dat zorgt voor meer en andere informatie. Een effectieve strategie is bijvoorbeeld om mensen te vragen hoe iets opgeschreven zou kunnen worden zodat ook helder wordt wat men precies bedoelt. Ook blijken mensen de transparantie in deze fase van het wetgevingsproces te waarderen. Hoewel niet alle reacties een plaats krijgen in de uiteindelijke wetsvoorstellen, geeft het mensen wel het gevoel dat naar hen geluisterd wordt. Tegelijkertijd blijkt dat het organiseren en beheren van een goede consultatie via internet veel vraagt van de wetgevingsjuristen en beleidsmakers. Het is belangrijk om vooraf helder te krijgen op welk moment het beste geconsulteerd kan worden: in een heel vroeg stadium of vlak voordat het conceptvoorstel de besluitvorming ingaat. Ook de vorm van de consultatie bepaalt mede de respons en de effectiviteit: leg je een conceptregeling voor en vraag je om reacties of ga je gericht concrete vragen voorleggen? En natuurlijk is het belangrijk om heldere informatie te geven en begrijpelijke vragen te formuleren. Even belangrijk is het om duidelijk te zijn over de ruimte voor reacties en beïnvloeding van het wetsvoorstel. Soms is deze ruimte al bij voorbaat begrensd door eerdere politieke besluitvorming. Denk bijvoorbeeld aan het regeerakkoord. En ten slotte, reacties van mensen moeten serieus worden bekeken en verwerkt als dat zinvol is en mensen moeten in ieder geval op hoofdlijnen worden geïnformeerd over wat er met de reacties is gedaan en hoe het verder gaat met het voorstel.

Rijksbreed experiment met internetconsultatie over wetgeving

U kent het motto van dit kabinet ‘samen werken, samen leven’. Onder die leus willen we via internet burgers, bedrijven en instellingen betrekken bij het maken van wetten en regels. In het bedrijfsleven heet dat crowdsourcing. Maar eigenlijk gaat het om het gebruik maken van de kracht van mensen om vorm te geven aan onze samenleving. Daarmee is het ook een concreet antwoord op de oproep van de commissie Uitdragen kernwaarden van de rechtsstaat in 2008: ‘De rechtsstaat maken we samen.’

Daar heeft de overheid belang bij. Mensen die bij de totstandkoming van regels betrokken zijn, zijn eerder geneigd die te accepteren. En het handhaven van regelgeving verbetert als de uitvoerders de ins and outs ervan kennen. Draagvlak en bruikbaarheid worden vergroot. Bovendien versterkt dit het vertrouwen in de professionaliteit en betrouwbaarheid van de overheid.

Maar ook burgers hebben er belang bij. Die stellen prijs op transparantie en willen graag geïnformeerd worden. Dat blijkt l uit discussies in kranten, op de radio en televisie en op diverse websites. En ik zie het ook in brieven en mails die ik ontvang, Mensen willen bijtijds weten welke regels er komen, hoe ’t daar mee staat, om rekening te houden met de gevolgen maar ook om invloed uit te oefenen op de totstandkoming ervan. Ze willen weten welke belangen er spelen. Hoe worden die tegen elkaar afgewogen? Wordt alle beschikbare kennis rond een probleem wel benut? Bovendien ervaren mensen minder regeldruk als ze deelnemen aan de voorbereiding.

In januari vorig jaar heb ik, namens het kabinet, een brief aan het parlement gezonden waarin een rijksbreed experiment met internetconsultatie bij voorbereiding van wetgeving wordt aangekondigd.[2] In dit experiment, dat twee jaar duurt, zullen alle ministeries over minimaal 10% van hun wetten en algemene maatregelen van bestuur consulteren via internet. Zo hopen we beter zicht te krijgen op de meerwaarde van deze vorm van consultatie, en antwoord op de vraag hoe je die effectief in moet richten en wat daarvoor nodig is aan capaciteit en professionaliteit aan de kant van de overheid. Voor alle duidelijkheid: internetconsultatie is geen referendum. Het hoeft ook geen representatief beeld te geven van de meningen over een wetsvoorstel. Het gaat in de eerste plaats om transparantie bij de voorbereiding van wetgeving en in de tweede plaats om het benutten van de beschikbare kennis en deskundigheid in de samenleving.

Voor deze proef heeft het ministerie van Justitie in samenwerking met ICTU een speciale website ontwikkeld waarop ministeries hun wetsvoorstellen kunnen plaatsen. Zij bepalen zelf welke voorstellen daarop voor consultatie worden voorgelegd. Om de proef te laten slagen, is het belangrijk dat die niet alleen over technische zaken gaan maar bijvoorbeeld ook over politieke gevoelige onderwerpen. (tenzij bijvoorbeeld de staatsveiligheid in het geding is). Gedurende minimaal 4 en maximaal 12 weken kan iedereen het voorstel inzien en hierop reageren. Daarna worden de reacties bekeken en wordt eventueel het voorstel aangepast. Bij het voorstel moet ook gemotiveerd worden wat er wel en niet is gedaan met de reacties van de internetconsultatie en waarom niet. Pas daarna beslist de ministerraad over het voorstel.

Evaluatie

Vóór het einde van het experiment zal het kabinet op basis van een evaluatie een besluit nemen over de vraag of internetconsultatie een structureel onderdeel moet worden in het wetgevingsproces. Maar ondertussen worden ook nieuwe mogelijkheden verkend om burgers, bedrijven en instellingen te betrekken bij de voorbereiding van wetgeving. Bijvoorbeeld het samenwerken aan nieuwe wetsvoorstellen in een wikipedia-achtige setting.

Opening website

Vandaag is het zover dat het rijksbrede experiment met internetconsultatie bij voorbereiding van wetgeving van start gaat. Graag vraag ik uw aandacht voor de officiële opening van de website www.internetconsultatie.nl

<De Minister drukt op een knop, waarna op scherm achter de Minister de opening van de website wordt geprojecteerd, bestaande uit een kort filmpje (circa anderhalve minuut) over wetten en het wetgevingsproces met als laatste beeld de website zelf>

Met veel genoegen verklaar ik hierbij de website voor geopend.

[1] Kamerstukken II, 2006-2007, 29 279, nr. 57

[2] Kamerstukken II, 2007-2008, 29 279, nr. 62