Toespraak minister-president Balkenende bij Organisation of the Islamic Conference in Den Haag

Korte speech bij een gezamenlijke iftar-maaltijd met de ambassadeurs van landen met een grote moslimgemeenschap.

De toespraak is in het Engels uitgesproken.

Excellenties,

Ik wil u allen bedanken voor de uitnodiging voor deze iftar.

Een bijzonder woord van dank aan de organisatoren, Hare Excellentie de ambassadeur van Maleisië, mevrouw Noor Farida Ariffin, en Zijne Excellentie de ambassadeur van Saoedi-Arabië, de heer Waleed Elkhereiji. Ook Hare Excellentie de ambassadeur van Oman, mevrouw Al-Lawati, wil ik bedanken. Als Dean of the Arabic Ambassadors heeft zij zich zeer ingespannen om deze iftar mogelijk te maken. Helaas kan zij er zelf vanavond niet bij zijn.

Ik weet hoe belangrijk deze maand is voor alle moslimgemeenschappen in de wereld. De Ramadan wordt door veel gezinnen, ook in Nederland, zeer intensief beleefd. Het is een waardevol teken van vriendschap dat u mij vandaag uitnodigt voor uw iftar. Een teken van het wederzijdse respect dat wij voelen.

Excellenties, dat respect hebben we bijzonder hard nodig in deze tijd. Respect tussen religies, culturen en landen. Respect voor de internationale rechtsorde.

Nederland wil samen met u werken aan een wereld waarin vriendschap sterker is dan haat, en dialoog sterker dan geweld. We mogen het niet laten gebeuren dat extremisten een wig drijven tussen vredelievende volken.

Vorige week was ik in New York, bij de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties. Daar heb ik gesproken over onze gezamenlijke inspiratiebron: de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. Die verklaring bevat het ideaal dat ons allen zou moeten verbinden: een wereld waarin alle mensen vrij zijn, ook in de keuze van hun godsdienst en het uiten van hun mening. Een wereld ook zonder angst en zonder gebrek.

Het is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid om dat ideaal stap voor stap dichterbij te brengen. Daar mogen we elkaar op aanspreken. Daarvoor is nodig dat we naar elkaar luisteren en bereid zijn samen op te trekken. Ik ben blij met de vele vormen van samenwerking die er tussen onze landen zijn. Zo sprak ik vorige week nog met president Yudhoyono van Indonesië over de vriendschappelijke banden tussen onze landen.

Ik hecht sterk aan de samenwerking met alle landen die - net als Nederland - willen bouwen aan vrede, veiligheid en ontwikkeling. In de vergaderzalen van Verenigde Naties, maar ook heel dicht bij huis, in de directe omgeving van mensen. In de Afghaanse provincie Uruzgan is dat heel manifest. Die samenwerking is ons veel waard, omdat we elkaar nodig hebben om resultaten te boeken.

Daartoe is het ook van belang dat we de afspraken nakomen die we in internationaal verband hebben gemaakt. Dat geldt met name voor afspraken ten aanzien van respect voor de mensenrechten, non-proliferatie van massavernietigingswapens en de strijd tegen terrorisme. We mogen er niet voor terugdeinzen maatregelen te nemen tegen landen die fundamentele waarden en afspraken schenden. Zo heb ik vorige week gepleit voor sancties tegen Birma.

Excellenties, U vertegenwoordigt uw land in onze samenleving en bent goed op de hoogte van de situatie hier. U weet - net als ik - dat er in Nederland spanningen zijn, die vaak worden gekoppeld aan religieuze verschillen. U weet ook dat er in Nederland mensen zijn die angstig zijn of die zich buitengesloten voelen. Tegelijkertijd bent u ook op de hoogte van positieve ontwikkelingen. Want we werken in dit land heel hard aan versterking van respect, veiligheid en vertrouwen. Voor het Nederlandse kabinet is dat een absolute prioriteit.

Nederland kent een grote verscheidenheid aan mensen. Veel immigranten uit Indonesië, uit Turkije, Marokko en tal van andere landen hebben hier - tijdelijk of voorgoed - een nieuw thuis gevonden. De diversiteit hier is groter dan die in veel andere Europese landen. Dat stelt hoge eisen aan de verdraagzaamheid in onze samenleving. Het is soms geven en nemen. Een vreedzame samenleving vraagt de inzet van iedereen.

De vrijheid in Nederland is groot. Maar wonen in Nederland is niet vrijblijvend. Respect voor de kernwaarden van de rechtsstaat ligt aan de basis van onze samenleving. Die rechtsstaat stelt ook grenzen: wie geweld gebruikt of haat verspreidt, kan rekenen op een harde reactie van de overheid. Alleen zo kunnen de mensen - alle mensen - in dit land zich veilig en vertrouwd voelen.

Excellenties, er is meer nodig dan veiligheid om een samenleving tot bloei te brengen. We hebben ieders actieve inbreng nodig. We hebben goed onderwijs nodig, stageplaatsen, banen, kansen voor mensen om hun talenten te ontplooien. Aan al die zaken werkt het kabinet, samen met alle Nederlanders van goede wil.

Ik ben trots op al die mensen - moslims en niet-moslims - die zich elke dag weer inzetten om van dit land een béter land te maken.

Een betere wereld is gebouwd op respect voor de mensenrechten en de rechtsorde.
Maar er zijn ook meer verbindingen nodig tussen mensen. Meer dialoog. Meer onderling begrip.
Deze gezamenlijke iftar is daarvan een symbool. Daarom dank ik u dat u mij hier uitnodigde.

Ik wens u en allen die u dierbaar zijn, al het goede toe. En ik verheug me op de voortzetting van onze samenwerking dicht bij en ver weg.

Dank u wel.