Toespraak voor jaarcongres HBO-Raad
'Het hbo is van levensbelang voor ons land', dat zei minister-president Balkenende op het jaarcongres van de HBO-Raad in Rotterdam. 'Zonder gezond hbo geen gezond Nederland'.
HBO: bron van dynamiek
Lang leve het hoger beroepsonderwijs!
Ik wil vanmorgen beginnen met u een hart onder de riem te steken. Beseffen we eigenlijk wel hoe essentieel het hbo is voor Nederland? Het hbo is meer dan onderwijs alleen. Het is:
- Een ladder voor honderdduizenden jonge mensen om hun dromen te kunnen bereiken;
- Een pijler onder onze economie;
- Een motor achter emancipatie en ontwikkeling;
- Een draaischijf van kennis in de regio;
- Een ontdekkingsreis vol avonturen en mogelijkheden. Voor veel mensen is hun studietijd de mooiste tijd van hun leven. Ook al beseffen ze dat vaak pas later.
Samen met de universiteiten drukt u als hogescholen een belangrijk stempel op onze samenleving. U geeft onze samenleving mede vorm. De studenten van nú zijn de ondernemers, kunstenaars en professionals van morgen. Daarom moet Nederland zijn hoger beroepsonderwijs koesteren.
Toen ik werd geboren - in 1956 - volgde één op de twintig Nederlandse jongeren hoger onderwijs. Toen ik ging studeren - in 1974 - was dat één op de vijf. En nu is het één op de drie. Een enorme dynamiek in kennis, waarin het hbo een groot aandeel heeft.
Het hoger onderwijs helpt jonge mensen over drempels en grenzen heen. Het gaat er niet om wie je ouders zijn of waar je vandaan komt. Het gaat om je talenten en toekomstdromen en om je inzet die waar te maken. Dát is waar het in het hbo om draait. Beter dan de universiteiten, slagen de hogescholen erin studenten te trekken van wie de ouders nooit hebben gestudeerd.
Stap voor stap hebben groepen die vroeger aan de zijlijn stonden een plaats gekregen in het hart van onze kennissamenleving. Voor een belangrijk deel dankzij het hbo. Toen ik ging studeren waren er nog twee keer zoveel mannelijke als vrouwelijke studenten. Nú studeren er in ons land meer vrouwen dan mannen.
In 1995 ging één op de tien jongeren van Turkse of Marokkaanse afkomst studeren. Nu is dat al één op de vier. De weg naar een land met meer sociale dynamiek en gelijke kansen loopt via het hbo.
HBO'ers doen het ook goed op de arbeidsmarkt. Negen op de tien studenten hebben binnen vier maanden na hun afstuderen een baan. Voor de overgrote meerderheid van hen is dat direct een baan op hbo-niveau. Dus niet eenvoudig beginnen en langzaam opklimmen, maar meteen serieus aan de bak.
Grote ambities
Een gezond en sterk Nederland kan niet zonder een gezond en sterk hbo. Ik realiseer me heel goed dat er veel van u allemaal gevraagd wordt. De ambities die we samen koesteren zijn groot.
We willen dat méér mensen hoger beroepsonderwijs gaan volgen. En dat meer mensen hun studie ook afmaken.
En tegelijkertijd willen we de kwaliteit verhogen. Meer excellente opleidingen. Meer uitdaging voor studenten. Dat is nogal wat.
We willen verdieping èn verbreding. En dat in een tijd waarin we hebben geleerd dat we in het onderwijs niet zomaar verwachting op verwachting mogen stapelen. Een tijd waarin we terdege rekening willen houden met de mogelijkheden en de capaciteit van het onderwijs.
Hoe kunnen we samen dingen beter doen, zonder ons te verliezen in structuren en modellen die ver afstaan van de praktijk van het onderwijs?
Wat is nodig om onze ambities voor het hbo dichterbij te brengen? In essentie gaat het om drie zaken: een betrokken omgeving, meer binding en kwaliteit en een gedreven mentaliteit.
1. Een betrokken omgeving
Ten eerste: een betrokken omgeving. Die is voor het hoger beroepsonderwijs essentieel. HBO'ers zijn als geen ander in staat met kennis in te spelen op de praktijk. Ze kunnen bedrijven en organisaties op een hoger plan brengen. Ze verbinden kennis en context. Maar daarvoor is wel een brede blik nodig en de ontwikkeling van 'gevoel' voor de omgeving.
- Wie bedrijfskunde studeert, studeert óók cultuur. Want wie succesvol wil zijn op buitenlandse markten, dient oog te hebben voor culturele verschillen.
- Wie techniek studeert, studeert óók duurzaamheid. Want de samenleving vraagt steeds dringender om groene technologie.
- Wie een zorgopleiding volgt, studeert óók psychologie. Want zonder mensenkennis is goede zorg niet mogelijk.
En zo kan ik doorgaan.
Ik noemde het hbo draaischijf van kennis in de regio. Het hbo is kampioen op het gebied van praktijkgerichte kennis. Zonder een sterk hbo in de regio, komt de hele omgeving op achterstand te staan. Maar let wel: het is tweerichtingsverkeer. Zonder een enthousiaste en betrokken omgeving, kan het hbo niet groeien en bloeien.
Daarom roep ik ondernemers, overheden en instellingen op: koester úw hbo. Zorg voor werkplekken. Zorg dat hbo'ers tijdens hun studie warm lopen voor uw branche. Haal hbo-kennis in huis.
Er zijn heel veel uitstekende voorbeelden van succesvolle samenwerking. Maar ik hoor ook nog te veel verhalen over jongeren die moeite hebben een werkplek in het kader van hun studie te vinden. En ik kom nog teveel bedrijven tegen die kennis en innovatie te weinig serieus nemen.
Slechts één op de vijf MKB-bedrijven in Nederland is bezig met innovatieve producten of diensten. Dat is internationaal gezien laag. Juist het hbo kan u helpen die drempel over te stappen.
Zoals in Overijssel, waar hotelhouders, verzekeraars en ziekenhuizen samen met Saxion Hogescholen werken aan nieuwe combinaties van recreatie en zorgverlening.
Of in Zeeland waar MKB-bedrijven, samen met banken en Hogeschool Zeeland werken aan oplossingen voor het probleem van de bedrijfsopvolging, waar heel veel ondernemers in ons land mee kampen.
Of in Gelderland, waar transportbedrijven samen met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen werken aan een systeem dat het kantelen van vrachtwagens praktisch onmogelijk moet maken.
Of hier in de regio Rotterdam, waar orkesten en geneeskundige diensten samen met Codarts Hogeschool voor de Kunsten de strijd zijn aangegaan tegen beroepsgebonden blessures bij musici. Een probleem waar u en ik misschien niet dagelijks bij stilstaan, maar dat wel degelijk om een oplossing vraagt.
2. Meer binding, meer kwaliteit
Dames en heren, een betrokken omgeving is van wezenlijk belang voor een gezond en effectief hbo. Maar er is méér nodig: meer binding, meer kwaliteit.
Teveel studenten verlaten het hbo zonder diploma. Vooral de mensen die van het mbo komen, hebben het moeilijk op de hogeschool. De grootste klappen vallen in het propedeusejaar. Dat moet ons te denken geven.
Is er wel genoeg binding tussen student en opleiding in het eerste jaar? Voelen studenten zich niet teveel verloren in het grote geheel? Missen ze wellicht structuur en een herkenbare omgeving waarin ze zich persoonlijk uitgedaagd voelen? En: hebben ze wel voldoende bagage meegekregen om hun opleiding tot een goed einde te brengen?
Verhoging van het rendement van ons hbo is dringend noodzakelijk. Maar we mogen die opgave niet uitsluitend op het bord van de hogescholen neerleggen. Grote groepen eerstejaars scoren buitengewoon zwak op rekenen en taal. Dat vermindert hun kansen aanzienlijk. We mogen van de vooropleidingen verwachten dat ze hun verantwoordelijkheid nemen en die trend keren.
Wij ondersteunen dat als kabinet door de schijnwerper te zetten op taal- en rekenonderwijs en op vroegschoolse educatie voor alle kinderen met een taalachterstand. Maar ik besef heel goed dat het een aantal jaren duurt voordat de effecten daarvan doordringen tot het hbo.
Ook investeren we fors in de positie van docenten. Er is extra geld uitgetrokken om het beroep van leraar aantrekkelijker te maken. Het vak van docent moet weer status krijgen in Nederland. Dat is natuurlijk niet alleen een kwestie van geld, maar ook van de mogelijkheden die docenten binnen hun onderwijsinstelling hebben. We moeten terug naar de kern: de onderwijsgevende als leermeester en inspirator.
Maar ook de meest inspirerende docent kan het niet alleen. Ik denk dat voor veel eerstejaars de overgang naar het hbo enorm groot is. Sommige hogescholen zijn immens. Als je dan niet al te veel contacturen hebt, en er is geen herkenbare studiegroep waartoe je behoort, dan is het lastig gefocust te blijven. Met los zand is het moeilijk taarten bakken. Er is meer binding nodig tussen student en onderwijsomgeving. Hechtere, kleinere verbanden waarin studenten beter 'bij de les' blijven.
De kwaliteit van de hbo-opleidingen is gemiddeld goed. Maar er zijn weinig uitschieters naar boven. Er mag meer reliëf komen in hbo-land. Meer opleidingen die het predikaat 'excellent' dragen. Meer ambitie om tot de wereldtop te behoren.
Zoals de Hogeschool van Amsterdam die samen met KNVB en NOC*NSF een speciaal programma voor toptalenten in het vrouwenvoetbal heeft ontwikkeld. Met als doel: een plaats bij de beste landen van de wereld. En natuurlijk een klinkende overwinning voor het Nederlands vrouwenelftal tijdens het Europees Kampioenschap in 2013.
Dames en heren, ook de doorstroming naar het hbo kan beter. In het verleden werd de doorstroom van middelbaar naar hoger beroepsonderwijs en vervolgens naar de universiteit als oneigenlijk bestempeld. Het 'stapelen' werd niet nodig geacht voor wie al een startkwalificatie had. Maar benutten we daarmee het ontwikkelingspotentieel van jonge mensen wel genoeg? Bijvoorbeeld van de jongeren met laagopgeleide ouders, die van huis uit niet gewend zijn meteen te gaan voor het hoogste ambitieniveau? Van hen is het goed te begrijpen als ze kiezen voor de route vmbo -mbo - hbo. Er zijn nog genoeg drempels te slechten die de doorstroming belemmeren. We hebben immers méér hoogopgeleiden nodig in dit land en moeten de mogelijkheden die er zijn beter benutten.
3. Een gedreven mentaliteit
Ik kom hier aan mijn derde punt. En dat is de inzet van studenten zelf. Eén op de vijftig studenten in het hbo ervaart een hoge werkdruk. De andere 49 hebben daar geen last van. Meer dan de helft van de hbo-studenten zegt zich niet uitgedaagd te voelen. Slechts één op de vijf hbo'ers zegt zeer gemotiveerd te zijn voor zijn studie.
Het aantal uren dat hbo'ers in hun studie steken, neemt af. Zes jaar geleden nog 40 uur per week; nu 35,5. Het lijkt erop alsof we in een cirkeltje ronddraaien. Studenten voelen zich onvoldoende uitgedaagd en verliezen een deel van hun motivatie en studiezin, waardoor opleidingen zich meer gaan richten op de middelmaat, waardoor studenten nog minder geprikkeld worden om hun best te doen, etcetera.
Het is tijd dat we deze spiraal doorbreken. Er mag een tandje bij in het hbo. Een hbo-opleiding mag pittig zijn. Mag moeite kosten. Mag inzet eisen.
Excellentie is: het beste halen uit jezelf. Je talent ten volle gebruiken, ongeacht de aard en de reikwijdte van dat talent. En dat vereist hard werken. Het komt niemand aanwaaien. Geen droom zonder daadkracht.
Zelfs supertalenten als Marleen Veldhuis en Sven Kramer kunnen geen kampioen worden zonder hard te trainen. Dat zou ons gewone mensen te denken moeten geven.
Ik zeg dit ook met het oog op de toekomstidealen van de huidige hbo-studenten. Ruim één op de drie hbo'ers koestert het beeld van het zelfstandig ondernemerschap. Als er één tak van sport is waarin het aankomt op doorzettingsvermogen, dan is het wel het drijven van een eigen zaak.
Daarom doe ik ook een beroep op de studenten in de zaal. Het is jullie hbo. Het gaat om jullie toekomst. Spreek ons aan op wat beter kan. Stel tekortkomingen aan de orde. Maar ga ook kritisch bij jezelf te rade. Hoger onderwijs draait om nieuwsgierigheid. Openheid van denken. Wees open. Wees nieuwsgierig. Haal uit jezelf wat erin zit.
Met alles wat er beter kan en moet, is Nederland nog steeds een land waarin jonge mensen volop kansen krijgen. Een hbo-opleiding is een springplank naar een succesvol leven.
Kies de plank die bij je past, neem een aanloop en spring ze ver als je kunt!
Afsluiting
Dames en heren, het hbo heeft het niet altijd gemakkelijk. In het publieke debat vangen de hogescholen vaak minder licht dan de universiteiten en het voortgezet onderwijs. Hoezeer Doekle Terpstra ook van wanten weet en voor het voetlicht treedt.
Laten we het daarom vandaag samen glashelder vaststellen. Het hbo is van levensbelang voor ons land. Zonder gezond hbo geen gezond Nederland.
Hier lopen de ondernemers, de professionals, de kunstenaars, de beleidsmakers, de bestuurders van morgen zich warm.
Daarom moeten we ons hbo koesteren en versterken. Dat vraagt inzet van ons allemaal. Van de partners in de regio, het bedrijfsleven, het management, de docenten, de overheid en de studenten. Samen werken we aan betrokkenheid, binding, kwaliteit en gedrevenheid.
Lang leve het hbo! Ik wens u allemaal een fantastische dag.