Toespraak aan Universiteit Paramaribo

Minister-president Balkenende heeft een inleiding gehouden aan de Anton de Kom Universiteit. 'Met zelfvertrouwen werken aan de toekomst'.

Met zelfvertrouwen werken aan de toekomst

Introductie

Dames en heren,

Het doet me zeer veel plezier vandaag opnieuw in uw midden te mogen zijn. Voor mij zijn er buiten Nederland maar twee landen waar ik mijn moedertaal kan spreken als ik op een universiteit kom. Dat zijn België - en dan nog niet eens héél België - en Suriname. Dat geeft deze bijeenkomst voor mij persoonlijk een bijzonder warme kleur.

Bijzonder is ook de naam die deze universiteit draagt. Anton de Kom. Een man die zijn leven in dienst stelde van de vrijheid. Anton de Kom was een onafhankelijk denker die de moed vond om in de moeilijkste omstandigheden voor zijn overtuiging uit te komen. Voor zijn rol in het verzet heeft hij in 1945 met zijn leven betaald. Hij was een man van het woord en een man van de daad. Ook in Nederland wordt zijn naam met respect uitgesproken. U mag hier op deze universiteit in zijn voetsporen treden. Ik stel het ook daarom zeer op prijs met u van gedachten te kunnen wisselen. Aan mijn ontmoeting met de studenten op deze universiteit in november 2005 bewaar ik de beste herinneringen.

Ik wil het met u hebben over een thema dat ons allemaal raakt: de globalisering en de uitdagingen die daarmee samenhangen, zowel op economisch als op ecologisch gebied.

Een wereld in beweging

U vertegenwoordigt de jeugd van Suriname. U vertegenwoordigt de toekomst van Suriname. In de relatie tussen Suriname en Nederland gaat veel aandacht uit naar ons gezamenlijke verleden. Dat is begrijpelijk, gezien onze historische banden.

Maar vandaag wil ik het met u hebben over onze gezamenlijke toekomst. Want de overeenkomsten tussen onze beide landen zijn groter dan je misschien op het eerste gezicht denkt. We zitten in hetzelfde schuitje, op woelige zee. Zowel Nederland als Suriname ondervindt de invloed van een wereld die sterk in beweging is. We zullen ons moeten instellen op grote veranderingen.

Een paar voorbeelden. Over veertig jaar - dus dat maakt u vast nog mee - is de vraag naar voedsel in de wereld verdubbeld. Dat komt door de groei van de wereldbevolking en de toenemende welvaart, vooral in Azië. China is nu al goed voor een kwart van de wereldwijde vraag naar metalen. Misschien heeft ook u op televisie de beelden gezien van het bouwtempo daar. Ik ben er geweest, en ik kan u verzekeren: het gaat heel hard. Momenteel verbruikt een gemiddelde Amerikaan dertien keer zoveel olie als een gemiddelde Chinees. Stelt u zich eens voor dat de 1,3 miljard Chinezen en de 1,1 miljard Indiërs die achterstand gaan inhalen… Stelt u zich eens voor dat al die mensen een auto kopen en een wasmachine en een computer. En dat ze het vliegtuig nemen om op vakantie te gaan. Vanuit Europa gezien zijn dat toch 'normale' ambities.

Globalisering raakt ons allebei

U denkt misschien: dat is ver van mijn bed. Wat heb ik ermee te maken? Toch raakt dit u en mij direct. Kijk maar naar de stijgende prijzen voor rijst, graan en andere voedingsmiddelen. Doordat de vraag wereldwijd groeit, worden de boodschappen bij u in Paramaribo en bij mij in mijn woonplaats Capelle aan den IJssel duurder. Maar er is meer. Suriname en Nederland profiteren ook van de wereldwijde ontwikkelingen. Neem de rijstboeren in Nickerie. Die hebben volop kansen hun productie uit te breiden. De prijzen van de belangrijkste bodemschatten van Suriname - bauxiet, olie, goud - stijgen in snel tempo. Dat levert uw land extra inkomsten op. Het is mede dankzij díe inkomsten dat de financiële situatie van Suriname er nu veel gezonder uitziet dan een aantal jaren geleden.

Ook Nederland profiteert van de mondiale ontwikkelingen. Door de prijsstijgingen krijgen we meer geld voor het aardgas dat we uit onze bodem halen. De Nederlandse consument heeft voordeel van goedkopere producten uit China. De globalisering raakt ons beiden. Onze economieën raken steeds meer vervlochten met die van andere, verafgelegen landen. Ondernemers zoeken die plekken op waar ze het goedkoopst en het best kunnen werken. En nationale grenzen zijn daarbij steeds minder een hindernis.

Neem mijn eigen land. Er zijn ramingen dat een kwart van de bedrijven in Nederland activiteiten naar het buitenland heeft verplaatst of daarover nadenkt. Oók naar Suriname. Er zijn Nederlandse ondernemers die besluiten hier een callcenter te openen vanwege de talloze voordelen. De lonen zijn hier voor ondernemers aantrekkelijker. De mensen spreken vloeiend Nederlands. En als het in Nederland avond is, is het hier nog midden op de dag. Dat is ideaal, want veel Nederlandse klanten vinden het prettig om 's avonds na werktijd hun verzekeringsmaatschappij te bellen. De telefoon wordt dan hier in Suriname gewoon tijdens kantooruren opgenomen. Wist u dat ongeveer drie kwart van de aandelen van bedrijven die in Nederland geregistreerd staan, in buitenlandse handen zijn? Dat tekent het internationale karakter van onze economie. Ook Suriname heeft talloze verbindingen met het buitenland. Neem bijvoorbeeld de forse investeringen van de Chinese Export Import Bank in dit land, onder meer in infrastructuur.

Zoals ik zei: we zitten in hetzelfde schuitje. Een schuitje dat drijft op de golven van de globalisering.

Klimaatverandering raakt ons allebei

Misschien mag ik in dit kader nog één overeenkomst noemen. Onze vatbaarheid voor de gevolgen van de klimaatverandering die veroorzaakt wordt door de opwarming van de aarde. Volgens deskundigen moeten we deze eeuw rekening houden met een stijging van de zeespiegel van tussen de 20 en 80 centimeter. Dat is voor onze beide landen iets om terdege rekening mee te houden. Zonder dijken en duinen zou bijna de helft van Nederland onder water lopen. Zelf woon ik dichtbij het laagste punt van Nederland: bijna zeven meter onder de zeespiegel.

Uw situatie hier lijkt op die in het westen van Nederland. Paramaribo en omgeving zijn bijzonder kwetsbaar als de zeespiegel stijgt. Dan heb ik het niet alleen over het risico van overstromingen, maar ook over erosie van de kust, het verlies van zoetwaterbronnen en landbouwgrond en het schraler worden van de rijke Surinaamse planten- en dierenwereld.

In Nederland werken we hard aan de versterking van onze kust door dijken en duinen te verhogen en zand op te spuiten langs de kust. Ook Suriname werkt - samen met partners uit Nederland - aan een strategie om het land te beschermen tegen het water.

Zoals ik al zei: we hebben meer gemeen dan we soms denken. We delen niet alleen een verleden, maar ook een flink aantal uitdagingen voor de toekomst. Een toekomst waarin de concurrentie met andere landen flink toeneemt, grondstoffen schaarser worden en het milieu onder druk staat. Met alle gevolgen van dien.

Zelfvertrouwen, zonder zelfgenoegzaamheid

Dames en heren,

Hoe kunnen we ons in zo'n wereld het best opstellen? Wat is de beste strategie? In de eerste plaats: kijken naar wat je sterke punten zijn. Want daarin ligt je kracht. De uitvalsbasis naar de toekomst. Kijk bijvoorbeeld naar dit land, naar Suriname. Er is het nodige waarop Suriname trots kan zijn. In 2005 mocht ik uw Assemblee toespreken bij de viering van dertig jaar onafhankelijkheid. Ik heb toen gezegd dat uw land groot respect verdient voor de manier waarop de verschillende bevolkingsgroepen samenleven en samenwerken. Ook dwars door moeilijke perioden heen vinden de mensen in Suriname steeds weer de moed om samen met optimisme verder te gaan. Ik herhaal dat vandaag. Dat is iets om te koesteren.

En er is meer. De economie groeit. De begroting is in evenwicht. De export zit in de lift. De staatsschuld daalt. Macro-economisch gezien is Suriname in kalmer water terecht gekomen.Als je de landen van de wereld in twee gelijke groepen verdeelt op basis van hun ontwikkelingsniveau, staat Suriname in het linkerrijtje. Niet aan de top, wel aan de goede kant van de streep. Verder is Suriname rijk gezegend door Moeder Natuur. Niet alleen met bodemschatten, ook met prachtige regenwouden. Het is niet voor niets dat steeds meer eco-toeristen uit de VS en Europa dit land komen ontdekken.

Succesvol zijn in de 21ste eeuw begint met: vertrouwen in eigen kunnen.Maar dat zelfvertrouwen mag nooit ontaarden in zelfgenoegzaamheid. In Nederland hebben we dat door schade en schande geleerd. Rond het jaar 2000 prijsden we ons uit de markt doordat de lonen harder groeiden dan de arbeidsproductiviteit, terwijl er heel veel mensen met een uitkering langs de kant stonden. We waren te duur en te weinig actief. Daardoor werden we hard geraakt toen de mondiale economie inzakte. Het heeft jaren van hard werken en hervormen gekost om daar weer bovenop te komen. Ondernemerschap is de basis van welvaart. We doen ons uiterste best om aantrekkelijk te blijven als vestigingslocatie. Onder meer door te investeren in goed onderwijs en door regels en procedures voor ondernemers beter en eenvoudiger te maken.

Ook Suriname werkt daaraan. En er liggen op dit vlak nog grote uitdagingen. Suriname staat niet bekend als een land waarin het gemakkelijk is een eigen bedrijf te starten. Door alle rompslomp kan het soms wel twee jaar duren voordat een ondernemer aan de slag kan. Dat is 15 keer zo lang als het wereldgemiddelde.

- Ik ben overigens benieuwd of sommigen van u overwegen na uw studie een eigen bedrijf te starten. Als dat zo is, wil ik straks graag horen welke kansen u ziet. Voor uzelf en voor Suriname. -

De noodzaak van duurzaamheid

Dames en heren, ik heb het gehad over ondernemerschap. Maar er is meer nodig. Nadenken over de toekomst betekent automatisch: nadenken over energie en duurzaamheid. Een land als Suriname - met zoveel natuurlijke rijkdommen - zou in deze discussie een belangrijke rol kunnen spelen. Helemaal omdat u - net als Nederland - de gevolgen van het broeikasaffect en de zeespiegelstijging aan den lijve ondervindt. U heeft er dus direct belang bij om voorop te lopen.

Door de stijgende inkomsten uit olie, bauxiet en goud heeft Suriname ook mogelijkheden voor investeringen in duurzaamheid. In Nederland stoppen we een deel van de opbrengst van ons aardgas in een fonds waaruit we projecten betalen die Nederland in de toekomst sterker en duurzamer maken, zoals spoorlijnen en windmolenparken, maar ook onderwijsprojecten. Zo zorgen we dat ondergrondse rijkdommen omgezet worden in bovengrondse schatten.

Ik begrijp heel goed dat Suriname voor een zware opgave staat. Elektriciteitscentrales zijn verouderd en niet altijd even betrouwbaar. Transportverbindingen laten te wensen over. De druk die de bauxietwinning legt op het milieu is groot. En zo zijn er meer zaken die om aandacht vragen.Tegelijkertijd zijn er ook tal van hoopgevende initiatieven. En uw universiteit speelt daarbij een toonaangevende rol. U wilt concreet bijdragen aan een duurzamer en betrouwbaarder energievoorziening in Suriname, door kennis te ontwikkelen en te verspreiden. Daarnaast wilt u ook bijdragen aan een bewuster gebruik van energie. Want net als in Nederland wordt er ook in Suriname nog heel veel kostbare energie verspild. Het is van grote waarde dat uw universiteit een centrale rol wil spelen in het debat over de duurzame toekomst van Suriname. Terecht stelt de Anton de Kom Universiteit dat Suriname op een energiekruispunt staat en dat alle krachten moeten worden gebundeld - technologisch, economisch, sociaal en bestuurlijk. Niet voor niets is 'energie' uw centrale thema voor 2008 en 2009.

Suriname heeft veel mogelijkheden de inzet van duurzame energiebronnen: zon, wind en water. U heeft de nodige ervaring met grootschalige waterkrachtprojecten. Bijzonder is dat er ook steeds meer voorbeelden komen van waterkrachtprojecten op kleine schaal, in dorpen in het binnenland. Dat scheelt transport van diesel, is goed voor het milieu en geeft de bewoners meer zekerheid over hun energievoorziening. Suriname wil - net als Nederland - verder kijken dan de dag van morgen en aansluiting vinden bij de internationale voorhoede. Wereldwijd werd vorig jaar voor circa 66 miljard Amerikaanse dollar geïnvesteerd in hernieuwbare energiebronnen. Dat was een kwart méér dan in 2006. Dat geeft het toenemende gevoel van urgentie aan. Een gevoel van urgentie dat we met elkaar delen.

Voor de Nederlandse kust - bij Egmond aan Zee - werd een jaar geleden een offshore windpark in gebruik genomen. De 36 windmolens leveren samen genoeg capaciteit om 100.000 Nederlandse huishoudens van stroom te voorzien. Bijna - maar niet helemaal - genoeg voor de stad Paramaribo.

Op het gebied van energie en duurzaamheid is veel onderzoek nodig voor het vinden van de juiste antwoorden. Zo wordt onder meer in Nederland hard gewerkt aan de ontwikkeling van een tweede generatie biobrandstoffen, geproduceerd uit houtafval en gras. Zoals u wellicht weet kleven aan de eerste generatie biobrandstoffen - uit suikerriet, granen en palmolie - nogal wat nadelen, omdat ze concurreren met de voedselproductie en ten koste kunnen gaan van waardevolle natuur.

Dat laatste moeten we voorkomen. Economische ontwikkeling kan niet zonder verantwoord milieubeleid. Wat zou Suriname bijvoorbeeld zijn zonder haar regenwouden? De bewoners van het binnenland zijn ervan afhankelijk voor hun eerste levensbehoeften. Heel Suriname profiteert mee van het groeiende eco-toerisme. Bovendien maken uw bossen deel uit van de 'groene longen' die de aarde 'lucht' geven. Bos is dus een kostbaar goed. In de toekomst kunnen landen in het kader van de internationale handel in emissierechten ook gecompenseerd worden voor behoud van bestaand bos. Reden te meer om er zuinig op te zijn.

Wereldvoorbeeld

Dames en heren, de wereld om ons heen is zo groot en dynamisch dat het vaak net is alsof we er totaal geen greep op hebben. We kunnen ons voelen alsof alles ons overkomt. Alsof we machteloos staan. Dat gevoel is wel begrijpelijk. Maar het is niet terecht. We kunnen als mens, als groep, als universiteit, als land, als partners en vrienden in de wereld wel degelijk veel betekenen. Door gewoon dichtbij huis te beginnen. En door vertrouwen te hebben in eigen kunnen.

Zoals die studenten van de Technische Universiteit Delft en de Anton de Kom Universiteit die twee jaar geleden in actie kwamen na de vreselijke overstromingen langs de Suriname Rivier. Ze gingen erop af en zetten samen met de getroffen dorpsbewoners een waarschuwingssysteem op, heel simpel, met peilstokken in de rivier. De inwoners van de verschillende dorpen seinen de waterstanden aan elkaar door, zodat de mensen stroomafwaarts precies weten hoeveel water er op hen afkomt. Hier op deze universiteit werd een model ontwikkeld waarin alle gegevens over de waterstanden worden opgenomen, zodat het waarschuwingssysteem verder verbeterd kan worden. 'Kleinschalig', zegt u misschien. Maar ik vind het een wereldvoorbeeld. Als enkele studenten zoiets voor elkaar krijgen, wat kunnen we dan in groter verband samen niet bereiken? Vele kleintjes maken samen groot.

Ik ben er trots op dat Nederland en Suriname zulke uitstekende banden hebben. Niet alleen vanwege ons gezamenlijke verleden. Maar vooral vanwege onze gezamenlijke toekomst als vrienden en partners in een veranderende wereld. Verbondenheid geeft ons kracht. De sterke netwerken die er van oudsher bestaan tussen onze landen, geven ons houvast en kansen in de 21ste eeuw. Onze relatie is en blijft daarmee van grote waarde.