Vijftien van de vijfentwintig veiligheidsregio’s maken afspraken over kwaliteit rampenbestrijding

Minister Ter Horst heeft op 09 juli 2008 afspraken gemaakt met de veiligheidsregio’s Brabant-Noord, Hollands Midden, Kennemerland, Flevoland, Zeeland en Utrecht, Fryslân, Zuidoost-Brabant en Amsterdam-Amstelland over de kwaliteit van de rampenbestrijding. In totaal zijn er nu convenanten afgesloten met vijftien van de vijfentwintig veiligheidsregio’s. Met deze afspraken worden het verbeteren en regionaal organiseren van de rampenbestrijding en crisisbeheersing versneld aangepakt. De regio’s krijgen hiervoor de komende twee jaar een extra bedrag variërend van 1,1 tot 1,9 miljoen van de minister.

Toespraak door minister Ter Horst

‘Vandaag zet de rampenbestrijding in Nederland een flinke stap in de goede richting’, zei minister Ter Horst vandaag bij de ondertekening van de convenanten. De convenanten zijn maatwerk, maar bevatten altijd twee vaste onderdelen: de basisvereisten crisismanagement en afspraken over het regionaliseren van de brandweer. De basisvereisten zijn kwaliteitseisen over melding en alarmering, leiding en coördinatie bij incidenten en rampen en informatie-uitwisseling. Belangrijke partners hierbij zijn de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR), Politie, brandweer en gemeenten. Daarnaast staan er afspraken in de convenanten die passen bij de noden van de regio, bijvoorbeeld over oefeningen. Met de vandaag gesloten convenanten staat de teller op vijftien: eerder sloot de minister al convenanten met de regio’s Zuid-Limburg, Haaglanden, Midden- en West-Brabant, Rotterdam-Rijnmond, Gooi- en Vechtstreek en Gelderland-Zuid.

Minister Ter Horst en de heer Van Gijzel, voorzitter veiligheidsregio Zuidoost Brabant

Met de convenanten wil de minister de veiligheidsregio's stimuleren om, vooruitlopend op de wet- en regelgeving (Wetsvoorstel Veiligheidsregio's en Besluit Veiligheidsregio's), toe te groeien naar het daarin vastgelegde kwaliteitsniveau. Na inwerkingtreding van de wet en besluit geldt dit kwaliteitsniveau uiteraard voor alle vijfentwintig regio’s. Voor wat betreft de brandweerzorg ziet de minister de regionalisering van de brandweer als een belangrijk middel om de rampenbestrijding en crisisbeheersing op orde te brengen. Het is daarbij de bedoeling dat er in elke regio één regionale brandweerorganisatie ontstaat, onder leiding van een regionale brandweercommandant. Dit moet niet betekenen dat brandweermensen de voeling met hun eigen dorp of stad verliezen, integendeel. Vanuit de regio blijft de brandweer georganiseerd via lokale brandweerkazernes en brandweerposten. Alleen vanuit lokale kazernes kan de brandweer op tijd bij een brand of ongeluk zijn.

Groepsfoto: vlnr: de heren Lonink , Reitsma  , Van Gijzel , minister Ter Horst, de heer Klitsie, , mevrouw Horselenberg , de heren Wolfsen , Cornelis , Schneider

Documenten