Minister wil 'zoutprobleem' aanpakken
In 2010 moeten mensen minder zout eten en moet de voedingsindustrie minder zout toevoegen aan levensmiddelen, zegt minister Klink.
‘Ik wil ernaar streven dat we aan het eind van deze regeerperiode duidelijk een vermindering kunnen zien op het productieniveau en het consumptieniveau.’ Deze ambitie uitte Klink vandaag tijdens het symposium ‘Opzouten’, dat door de Consumentenbond was georganiseerd.
De gemiddelde Nederlander krijgt naar verwachting gemiddeld 9 gram zout binnen per dag. Dat is ruim boven de 6 gram die de Richtlijn goede voeding van de Gezondheidsraad voorschrijft. Beperking van de zoutconsumptie kan forse gezondheidswinst opleveren. Te veel zout zorgt voor een hogere bloeddruk, wat op termijn kan leiden tot een beroerte of hartinfarct.
Daarom wil Klink een beroep doen op de voedingsindustrie om de hoeveelheid zout geleidelijk te verminderen. Dat kan in de vorm van een convenant of werkgroep. ‘Uit de afspraken die gemaakt zijn over het verminderen van transvetzuren, blijkt duidelijk dat bedrijven hun verantwoordelijkheid kunnen nemen’, aldus Klink. Een aantal bedrijven heeft de eerste stappen al gezet voor het verlagen van het zoutgehalte in hun producten. Ook in de criteria van het ‘Ik Kies Bewust’-logo wordt het zoutgehalte meegenomen.
Verder heeft de minister het RIVM opdracht gegeven om te onderzoeken hoeveel zout mensen precies eten. Op basis daarvan wil Klink een stappenplan maken. Bovendien valt zo te controleren of de zoutconsumptie daadwerkelijk daalt.