Dankwoord minister-president Balkenende bij de ontvangst van de biografie Graaf van Limburg Stirum, Den Haag, 1 november 2007

Kort dankwoord bij het ontvangst van de biografie van J.P. Graaf van Limburg Stirum 1873-1948 'Tegendraads Landvoogd en Diplomaat'

Hooggeboren heren, mevrouw Locher, professor De Graaff,

Dank u wel voor dit schitterende boek.

Als vertegenwoordigers van het geslacht Van Limburg Stirum, staat u beiden in een bijzondere traditie. Het is heel waardevol dat u zich inzet om die traditie door te geven aan volgende generaties, onder meer via Stichting IJsselvliedt en via dit boek.

Dankzij de Stichting en de beide auteurs beschikken we nu niet alleen over een biografie van een zeer interessant diplomaat en landvoogd. We hebben er ook een boek bij dat een indringend beeld geeft van onze eigen geschiedenis en die van de wereld om ons heen.

Ik heb de drukproef al mogen doorkijken. En ik kan u zeggen: dit boek is een feest om te lezen. Het is net alsof de verfijnde atmosfeer van Louis Couperus van de pagina's opstijgt. De lezer ruikt bijna het aroma van de sigaren in de Haagse salons en hoort het ratelen van de koetsen over het Lange Voorhout. Dat is een verdienste van de beide auteurs. Zij slagen erin de geschiedenis een menselijk gezicht te geven.

Toen Graaf van Limburg Stirum in 1895 begon als ambtenaar op het Ministerie van Buitenlandse Zaken, werkten daar zo'n dertig mensen. Minister was jonkheer Roëll. Hij was toen niet alleen minister van Buitenlandse Zaken, maar óók van Binnenlandse Zaken. En daarnaast was hij voorzitter van de ministerraad. Zo'n combinatie kunnen we ons nu nauwelijks meer voorstellen.

Die jaren op het Haagse departement waren het begin van een bijzonder avontuurlijke loopbaan. Wat een afwisselend leven heeft Graaf van Limburg Stirum gehad. Zijn werkveld was de wijde wereld. Hij was actief in Den Haag, Rome, Caïro, Constantinopel, Peking, Stockholm, Buitenzorg, Berlijn en Londen.

Zijn leven lijkt wel een roman van Graham Greene.

Aristocraat als hij was, hechtte hij sterk aan tradities. Maar hij had ook oog voor de veranderende tijd. Zo reed hij al in 1909 in een auto rond!

Soms lijkt hij zelfs een profetische blik te hebben. Eén voorbeeld. Toen hij begin 1913 als diplomaat in Peking aankwam, zette hij direct vraagtekens bij de populaire opvatting dat China een achtergebleven land was. 'De atmosfeer hier is met elektriciteit overladen', schreef hij in een van zijn eerste rapportages. De geschiedenis heeft hem gelijk gegeven.

Het hoogtepunt van zijn loopbaan vormden zijn jaren als gouverneur-generaal in Nederlands-Indië, van 1916 tot 1921. Uit deze biografie komt hij naar voren als een bedachtzaam bestuurder die concrete stappen zette om de autonomie van de bewoners van de Indonesische archipel te vergroten. Natuurlijk; hij was een kind van zijn tijd. Een tijd waaraan paternalisme niet vreemd was. Maar hij werd gedreven door eens sterk rechtvaardigheidsgevoel en werd daar ook om gewaardeerd.

Wie dit boek leest, maakt een reis van ruim zeventig jaar door onze geschiedenis. Een reis met toppen en dalen. Graaf van Limburg Stirum was erbij in Berlijn, toen daar begin jaren dertig het nationaal-socialisme opkwam. Hij beleefde de laatste angstige jaren voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog als diplomaat in Londen. Gelukkig heeft hij ook nog mogen zien hoe Nederland na de oorlog herrees.

Wat ik zo mooi vind aan het boek, is dat de 'grote' wereld en de 'kleine' wereld zo goed met elkaar zijn verbonden. Juist door de inkijkjes in het persoonlijk leven, is het verhaal zo krachtig.

Dat is een prestatie van de beide auteurs. De graaf zelf heeft het u niet gemakkelijk gemaakt. Veel sporen zijn uitgewist door de bepaling in zijn testament dat zijn dagboeken en persoonlijke papieren vernietigd moesten worden. Toch heeft u beiden veel boven tafel gekregen, onder meer over zijn studententijd in Leiden.

Zo heeft de graaf bij het uitwissen van zijn sporen buiten zijn ordelijke hospita gerekend. Dankzij haar weten we dat de studerende graaf op een bepaald moment uit de gracht gevist moest worden. Zij noteerde in haar huishoudboekje een uitgave van tien gulden, omdat er naar de graaf 'gedregd' moest worden. Een ongelukje? Of een interessant doorkijkje in het kleurrijke studentenleven van die tijd? We zullen het nooit precies weten.

Op die studentencapriolen na, was Graaf van Limburg Stirum een man met een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Zo'n 45 jaar heeft hij ons land in diverse functies gediend.
Om het geld hoefde hij het niet te doen. Integendeel: diplomaten van voor de oorlog, legden vaak op hun werk toe.

Het is mooi dat we nu beschikken over een omvangrijke biografie van deze bijzondere man. Een man om respect voor te hebben.

Hij zag Nederland veranderen van een land van ratelende koetsjes in een land van razende automobielen.
Hij zag de wereld veranderen van een gemeenschap waarin koloniale mogendheden die dienst uitmaakten in een gemeenschap van vrije staten.

Hij was een man die zijn leven lang vasthield aan het principe 'noblesse oblige'. Sommigen noemen dat misschien ouderwets. Maar ik vind het een principe dat ook in onze eeuw nog niets van zijn kracht heeft verloren.

Ik hoop dat dit boek zijn weg naar veel lezers zal vinden.

Dank u wel.