De wethouder, de minister en het centrum

Minister Rouvoet opende woensdag 5 september in Eindhoven het eerste officiële Centrum voor Jeugd en Gezin. Het Centrum bevindt zich op korte afstand van het gemeentehuis en bestaat uit één loket. Ouders, kinderen én jongeren kunnen er terecht met hun vragen op het gebied van opvoeden en opgroeien.

Marriët Mittendorff, wethouder Jeugd en Gezin in Eindhoven, was blij met de komst van de minister. 'Ik ben zelf ruim vijf jaar wethouder Jeugd en Gezin. Leuk om de minister te ontmoeten van het gelijknamige ministerie. Hij feliciteerde ons met de primeur en sprak de wens uit dat het Centrum een herkenbaar en laagdrempelig adviespunt zal zijn. Voor álle ouders en kinderen, niet uitsluitend voor de probleemgezinnen.'

Eindhoven behoort tot de voorlopers als het gaat om het slechten van muren tussen zorg- en onderwijsinstellingen en het realiseren van een pedagogische infrastructuur. De gemeente richtte zich daarbij in eerste instantie op de jeugd tot 12 jaar. Dit leidde tot de vorming van circa zestig SPIL-centra waarvan nog een aantal in ontwikkeling is. Basisonderwijs, peuterwerk, kinderopvang en opvoedingsondersteuning werken binnen deze centra samen. Ze hanteren een signaleringssysteem. Zodat kinderen die extra aandacht of zorg nodig hebben, deze ook daadwerkelijk krijgen.

Signaleren

Mittendorff: 'Het Centrum voor Jeugd en Gezin beheert en coördineert het signaleringssysteem. Binnen het Centrum vindt ook wekelijks het stedelijk casusoverleg plaats, waarin de meer urgente en complexe gevallen worden besproken. Vanuit het Centrum wordt bovendien de inzet van gezinscoaches en opvoedingsondersteuning gecoördineerd.'

Ze geeft aan dat de gemeente Eindhoven de oudere jeugd ook nadrukkelijk in het vizier heeft. In dit verband hebben in het bijzonder de VMBO-scholen hun verantwoordelijkheden voor probleemleerlingen genomen. De scholen sloten verschillende samenwerkingsovereenkomsten. 'Deze convenanten moeten er toe leiden dat alle leerlingen permanent in beeld zijn en dat er niemand buiten de boot valt. De schoolmaatschappelijk werker is alert op scholieren die problematisch gedrag vertonen of structureel spijbelen.'

Succes

Heeft ze zelf nog een verklaring voor het succes van de Eindhovense aanpak? 'Dat heeft aan de ene kant te maken met de doorzettingsmacht. Als wethouder ben ik eindverantwoordelijk voor het Centrum. Ik kan dus knopen doorhakken en belangrijke besluiten nemen. Op die manier voorkom je dat zaken verzanden in besluiteloosheid of bureaucratie. En aan de andere kant hebben we puur gekeken naar wat nodig was. Dat bleek het aanbrengen van een pedagogische infrastructuur. Een infrastructuur die waarborgt dat er geen enkel kind of gezin wordt buitengesloten van zorg of hulp. Ook zijn de mensen hier zeer praktisch ingesteld, ze hebben veel voor elkaar over. Neem de inrichting van het Centrum. Die is tot stand gekomen dankzij de inzet van enthousiaste en uiterst deskundige mensen die willen samenwerken aan een ideaal.'