Wijziging Tijdelijke wet Groningen: meer bijstand voor eigenaren
De Eerste Kamer heeft vandaag ingestemd met de wijziging van de Tijdelijke wet Groningen. Met de verduidelijking van de wet lost het kabinet enkele problemen bij de uitvoering van de versterkingsoperatie op. Ook kunnen huiseigenaren meer bijstand krijgen zodat zij over dezelfde deskundigheid beschikken als de uitvoeringsorganisaties.
Verbeteren van versterking
De wetswijziging lost een aantal knelpunten in de uitvoering van de versterkingsopgave op. Zo krijgt de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) meer ruimte om voorrang te geven aan de versterking van een woning die mogelijk direct onveilig is ten opzichte van een woning die dat niet direct is.
Ook heeft de NCG meer ruimte om een belangenafweging te maken bij de herbeoordeling van woningen die aan elkaar vastzitten. Zo wordt de versterking niet langer vertraagd wanneer 1 bewoner uit de rij een herbeoordeling wil en de andere bewoners vast willen houden aan het oorspronkelijke versterkingsadvies.
Meer bijstand voor eigenaren
Op voorstel van de Tweede Kamer krijgen eigenaren ook meer mogelijkheden om kosteloos experts in te schakelen, ook in civielrechtelijke procedures in bijvoorbeeld het geval van bouwfouten. Zo hebben eigenaren tijdens het proces van de schadeafhandeling en versterking naast recht op een advocaat, mediator, bouwkundige of financiële deskundige straks ook recht op een bodemdeskundige, hydroloog of ecoloog. Op deze manier kunnen eigenaren op dezelfde ondersteuning van deskundigen rekenen als de uitvoeringsorganisaties.
Staatssecretaris Eddie van Marum (Herstel Groningen): “Ik wil zoveel mogelijk voorkomen dat de overheid en eigenaren tegenover elkaar komen te staan. Als dat dan tóch gebeurt, vind ik het belangrijk dat eigenaren een eerlijke kans hebben. Daarom ben ik tevreden dat we, op voorstel van de Kamer, ervoor zorgen dat eigenaren ook kosteloos een bodemdeskundige, hydroloog of ecoloog kunnen inschakelen.”
Heffingsgrondslag NAM
Deze wet vergroot ook de mogelijkheden voor de overheid om de kosten die gemaakt worden als gevolg van de gaswinning uit het Groningenveld, in rekening te brengen bij de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM). Deze kosten brengt de overheid in rekening bij de NAM door middel van een heffing. Zo’n heffing verplicht de NAM om de rekening te betalen.
Met deze wetswijziging kan dit voor meer kosten gelden die de overheid maakt. Bijvoorbeeld kosten die andere overheden maken in de schadeafhandeling of versterkingsoperatie kunnen in de toekomst onderdeel van de heffing worden. Zoals kosten die de provincie Groningen maakt bij het ondersteunen van gedupeerde mkb’ers en agrariërs.