Vijf mogelijke varianten om verbruiksbelasting in te delen naar suikergehalte
Vandaag heeft het kabinet vijf mogelijke varianten voor een gedifferentieerde verbruiksbelasting gepresenteerd. Met deze varianten kunnen alcoholvrije dranken ingedeeld worden naar het suikergehalte. Dranken met geen of weinig suiker worden hierdoor goedkoper en dranken met een hoger suikergehalte worden duurder. Het doel van deze suikerbelasting is het bevorderen van de gezondheid door het tegengaan van overgewicht. Het is nu aan de Tweede Kamer om een keuze te maken.
Het kabinet heeft vijf mogelijkheden voor een zogeheten gedifferentieerde verbruiksbelasting in kaart gebracht. Bij de eerste variant vallen alle alcoholvrije dranken onder belasting en zijn er geen uitzonderingen. Vervolgens worden in de varianten daarna steeds meer dranken van de belasting uitgezonderd of vallen dranken in een lager tarief. Zoals mineraalwater, zuivel- en sojadranken en pure vruchten- en groentesappen. Over uitgezonderde dranken hoeft geen verbruiksbelasting te worden betaald. Wel leiden meer uitgezonderde dranken tot een hogere belasting voor de dranken die nog wel zijn belast.
Keuze vormgeving
De verbruiksbelasting omzetten naar een suikerbelasting heeft als doel het bevorderen van de gezondheid door het tegengaan van overgewicht. Dit gezondheidsdoel kan op twee manieren worden bereikt: consumenten kiezen vaker voor dranken waar minder suiker in zit en producenten verlagen de hoeveelheid suiker in hun dranken. Daarbij speelt dat alcoholvrije dranken natuurlijke en toegevoegde suikers kunnen bevatten. De Gezondheidsraad adviseert zo min mogelijk suikers binnen te krijgen via dranken. Het maakt daarbij niet uit of het gaat om natuurlijke suikers of toegevoegde suikers.
Bij de omzetting naar een suikerbelasting zijn er nog een aantal aandachtspunten. Bijvoorbeeld dat het in de praktijk lastig uitvoerbaar is om onderscheid te maken tussen natuurlijke en toegevoegde suikers in dranken. Ook moet voor elke uitzondering nader onderzocht worden of er bij de uitzondering mogelijk sprake is van staatssteun.
Achtergrond en vervolg
Nederland heeft al sinds 1993 een verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken. Deze belasting heeft tot op heden altijd een budgettair doel gehad. In 2023 heeft het kabinet onderzoek laten doen naar de (on)mogelijkheden om in de verbruiksbelasting onderscheid te maken op basis van het suikergehalte van alcoholvrije dranken, zodat de belasting ook een gezondheidsdoel krijgt. De Tweede Kamer heeft het kabinet via meerdere moties verzocht om hier verder mee aan de slag te gaan.
Belanghebbenden kunnen van 26 april tot en met 7 juni reageren op de preconsultatie. Deze input wordt meegenomen in het verdere proces. Welke variant er wordt gekozen is uiteindelijk aan de Tweede Kamer.