Veiligheid wetenschap wereldwijd op de agenda
Meer veiligheid en vrijheid voor wetenschappers om hun werk te doen. De 194 lidstaten van VN-organisatie UNESCO nemen met dat doel vandaag unaniem een resolutie aan, die op voorspraak van minister Dijkgraaf (OCW) is ingediend. Daarmee start een VN-programma en komt er meer aandacht bij landen over heel de wereld voor veiligheid van wetenschappers.
Minister Dijkgraaf: “We zien over heel de wereld een alarmerende toename van bedreigingen en intimidatie van wetenschappers. Terwijl hun werk juist zorgt dat we in de politiek de juiste besluiten kunnen nemen, gebaseerd op de feiten. De wetenschap is cruciaal in de strijd tegen misinformatie. Ik zie het als een stap in de goede richting dat zoveel landen hier mee aan de slag willen. Dat is hard nodig”.
Meer vrijheid
Minister Dijkgraaf pleitte vorige week op de tweejaarlijkse algemene conferentie van UNESCO in Parijs voor het aannemen van deze resolutie. Centraal punt van die resolutie: elk land dient zich in te spannen om de wetenschappelijke vrijheid van wetenschappers te versterken. Dat is niet vanzelfsprekend. Berucht zijn voorbeelden waarbij wetenschappers opgepakt worden om hun werk en in de gevangenis belanden. Maar het kan ook gaan om inperkingen van vrijheden door bedrijven met commerciële belangen. Of om bedreigingen of intimidatie uit activistische hoek. Zo bleek eerder dit jaar uit onderzoek onder klimaatonderzoekers wereldwijd dat bijna 40% weleens bedreigd of geïntimideerd is vanwege zijn of haar onderzoek. Helaas zijn er ook bekende voorbeelden van wetenschappers die beveiligd moesten worden vanwege hun onderzoek tijdens coronatijd, ook in Nederland. Tot slot gaat het ook om wetenschappers die zich niet voldoende veilig voelen in hun werkomgeving. Denk aan ongewenste omgangsvormen, waar met name vrouwen en minderheden wereldwijd last van hebben.
Samenwerken in VN-verband
Met de aangenomen resolutie start een UNESCO-programma om meer en structureler kennis uit te wisselen, beter samen te werken en goede voorbeelden te delen. Daarnaast zijn er diverse concrete plannen en acties waarmee landen aan de slag kunnen. Te denken valt aan betere regelgeving, het verbeteren van kennis en bewustzijn, maar ook het inrichten van goede meldpunten waar wetenschappers terecht kunnen om hulp te krijgen. De aangenomen resolutie bevat geen dwingende maatregelen, maar de afspraak is wel dat landen elke 4 jaar verantwoording afleggen over de acties die zij hebben ondernomen om de veiligheid en vrijheid van wetenschappers te verbeteren.
Dat dit programma onder de vlag van UNESCO start is geen toeval. UNESCO is na de Tweede Wereldoorlog opgericht om zachte krachten in de maatschappij, zoals onderwijs, wetenschap, cultuur en journalistiek te beschermen.
Ook in Nederland werk aan de winkel
Omdat een sterke positie van de wetenschap van groot belang is, en werken aan veiligheid en vrijheid nooit klaar is, treft minister Dijkgraaf ook in eigen land maatregelen. Zo is vorig jaar, samen met onder andere universiteiten, NWO en de KNAW, het meldpunt WetenschapVeilig opgericht. Hier kunnen wetenschappers en ander personeel om snel de juiste hulp te krijgen bij bedreiging en intimidatie, en eventueel in contact gebracht worden met de politie. Ook werkt minister Dijkgraaf met onderwijsinstellingen samen voor betere sociale veiligheid op de werkvloer. En doet hij gerichte investeringen, bijvoorbeeld voor meer onderzoeksbeurzen, die zorgen voor rust en ruimte voor wetenschappers om in alle vrijheid hun werk te kunnen doen.