Minister Kuipers versterkt de pandemische paraatheid van Nederland
Het kabinet heeft zich de afgelopen twee jaar ingezet om Nederland beter voor te bereiden op een pandemie. Met het programma Pandemische Paraatheid wil minister Kuipers de kans op een mogelijke pandemie verkleinen en de sociale, economische en gezondheidsgevolgen beperken. De minister geeft met de voortgangsbrief, die naar de Tweede Kamer is gestuurd, verder invulling aan de inzet van de jaarlijks beschikbare € 300 miljoen. Ook geeft hij aan hoe de versterkingen er momenteel voor staan. Daarnaast zijn de kennis- en innovatieagenda's voor Pandemische Paraatheid gelanceerd. Deze geven de komende jaren richting aan het effectiever bestrijden van een volgende pandemie.
Minister Kuipers “Corona heeft een enorme impact gehad op onze samenleving. Het had natuurlijk grote gevolgen voor de volksgezondheid, maar ook op sociaal en economisch gebied was de impact groot. Om beter voorbereid te zijn op een volgende pandemie, moeten we beginnen bij de wetenschap. Want kennis en het uitwisselen daarvan, is een onmisbare bouwsteen voor pandemische paraatheid. Ik nodig het veld uit samen te werken en tot een gezamenlijke aanpak te komen”.
Inzet op kennis en innovatie voor pandemische paraatheid
Kennis en innovatie zijn belangrijk voor een effectieve bestrijding van een volgende pandemie. Met zogeheten kennis- en innovatieagenda’s wil minister Kuipers kennis en onderzoek versterken en innovatie stimuleren. Minister Kuipers wil de uitvoering samen met de academische wereld, het bedrijfsleven RIVM, ZonMw en andere partijen oppakken.
Er zijn al een aantal onderzoeken in gang gezet. Zo financiert ZonMw, in opdracht van de minister, onderzoek om meer te leren over hoe ziektes zich verspreiden en over de invloed van gedrag daarop. Voor de bestrijding van een pandemie is het daarnaast van belang dat we snel kunnen beschikken over geneesmiddelen, vaccins en nieuwe testen. ZonMw financiert onderzoek naar de regelgeving rond medicijn- en vaccinontwikkeling tegen pandemieën.
Mijlpalen en resultaten op het gebied van pandemische paraatheid
Een recente en belangrijke mijlpaal is de lancering van de Landelijke Functie Opschaling Infectieziektebestrijding (LFI). De LFI is een nieuwe crisisorganisatie, en is onderdeel van het RIVM. De LFI is inzetbaar bij de uitbraak van een A-infectieziekte met landelijke impact. Hier wordt jaarlijks €15,5 miljoen in geïnvesteerd. Daarnaast is er extra geld vrij gemaakt om de infectieziektebestrijding bij GGD’en te versterken en zijn er extra plekken voor de opleiding arts Maatschappij & Gezondheid. Hier wordt jaarlijks €52,2 miljoen in geïnvesteerd.
Voor de flexibele inzet van personeel is komend jaar €10 miljoen beschikbaar. Hiermee worden ongeveer vijfhonderd plekken voor de verkorte opleiding Basis Acute Zorg (BAZ) gecreëerd. De opleiding richt zich op het breed en flexibel opleiden van mensen die al in de zorg werken, zodat deze zorgprofessionals beter voorbereid zijn op een volgende crisis.
Ook zijn er contracten in EU-verband met vaccinproducenten afgesloten om te zorgen voor snelle opschaling van vaccins tijdens een crisis, om de leveringszekerheid ter versterken. Daarnaast is dit jaar een samenwerkingsverband opgericht dat het Caribisch deel van het Koninkrijk pandemisch paraat maakt.