Blijven investeren in talent en cultuur
Buitenschoolse activiteiten en een goede maaltijd op school, ook voor kinderen die dat van huis uit niet altijd meekrijgen. Het is een van de noodzakelijke uitgaven die in 2024 gedaan worden door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Naast enkele nieuwe uitgaven blijft het ministerie, in 2024, investeren in basisvaardigheden, talent, onderzoek en cultuur. Om de grote maatschappelijke uitdagingen aan te gaan moet er blijvend worden geïnvesteerd in het talent dat we in Nederland hebben in onderwijs en wetenschap en cultuur. De investeringen in het vervolgonderwijs en onderzoek waren hard nodig. Langjarig achterstallig onderhoud heeft ons land op achterstand gezet. Ook in 2024 is er geld beschikbaar om het onderzoek en onderwijs weer op niveau te krijgen. De rol van bibliotheken is steeds breder. Ook moet een bibliotheek voor iedereen toegankelijk zijn, fysiek dan wel online. In Nederland ben je vrij om jezelf te zijn, ook in 2024 werkt OCW aan acceptatie en rechten van LHBTIQ+.
Gratis schoolmaaltijden en buitenschoolse activiteiten
Dit jaar is gestart met gratis maaltijden op scholen in het primair- en voortgezet onderwijs voor die leerlingen die dat het hardste nodig hebben. Het gaat om scholen waarvan minimaal 30% van de leerlingen uit een gezin komt met een laag inkomen. Ook in 2024 zijn middelen beschikbaar voor de 1600 deelnemende scholen. Het ministerie van OCW investeert volgend jaar 102,5 miljoen euro, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 52,5 miljoen euro, het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 10 miljoen euro is er 1 miljoen aan algemene middelen beschikbaar voor scholen in Caribisch Nederland. Het Jeugdeducatiefonds en het Rode Kruis blijven het programma in Nederland uitvoeren.
Kinderen leren veel in de klas, maar het is minstens zo belangrijk dat ze ook kunnen meedoen aan buitenschoolse activiteiten. Denk aan sporten, naar het museum gaan of extra huiswerkbegeleiding. Niet alle kinderen groeien op in een omgeving die hun talenten optimaal ondersteunt. Om alle kinderen gelijke kansen te bieden loopt daarom de komende jaren het programma School & Omgeving door voor leerlingen in het primair- en voortgezet onderwijs. In 2024 is hier 324,1 miljoen euro voor beschikbaar, daarna structureel 433,2 miljoen euro. Scholen organiseren dit programma samen met gemeenten en lokale partijen zoals sportverenigingen, bibliotheken en culturele centra.
Functionarissen die een brug slaan tussen school, kinderen en gezinnen
Als er thuis problemen zijn, is het vaak moeilijk je gedachten bij de les te houden. Vanaf 2024 is er voor scholen structureel 51,8 miljoen euro beschikbaar voor de zogeheten brugfunctionaris: een deskundige op school die kinderen en gezinnen helpt als er thuis problemen zijn die van invloed zijn op het functioneren op school. Het gaat om hulp en advies bij financiële-, opvoedings- of gezondheidsproblemen. In onder meer Groningen en Zaanstad wordt al langer succesvol gewerkt met brugfunctionarissen. Naast hulp voor ouders en leerlingen worden zo ook intern begeleiders en leraren ontlast en de ondersteuningsstructuur op school versterkt. Binnenkort wordt een subsidieregeling gepubliceerd.
Eerste stappen naar meer rust en ruimte voor hogescholen, universiteiten en wetenschap
Onderwijs en onderzoek zijn van groot belang voor onze samenleving. Het helpt ons om de wereld om ons heen beter te begrijpen, nieuwe dingen te ontdekken en om ons voor te bereiden op de toekomst. De klimaatcrisis, de energietransitie en nieuwe technologieën als AI veranderen ons leven radicaal. Alles wat je ziet, zal op een andere manier geproduceerd, vervoerd, geteeld en bedacht worden. Om Nederland als kennisland in de wereldtop te laten horen heeft minister Dijkgraaf (OCW) een breed gedragen bestuursakkoord afgesloten in 2022. Ook in 2024 is er in dat kader 1,1 miljard euro extra beschikbaar gericht op:
Een gezond en sterk fundament, bijvoorbeeld door (jonge) onderzoekers een kans te geven met de starters- en stimuleringsbeurzen, maar ook door praktijkgericht onderzoek aan de hogescholen (ook in de regio) te stimuleren. Daarnaast komt er ruimte om te investeren in faciliteiten en Europees meer samen te werken.
Ruimte geven aan talent, bijvoorbeeld door de toename van het aantal vaste contracten via onder meer sectorplannen. Maar ook door te investeren in studentenwelzijn en een sociaal veilige omgeving voor studenten en medewerkers.
Bijdragen aan de maatschappelijke uitdagingen van nu en de toekomst, bijvoorbeeld door te investeren in opleidingen voor de sectoren waar we dringend mensen tekort komen, maar ook door betere samenwerking, zowel in de regio (krimpgebieden), als landelijk en internationaal.
Leraren
Minister Dijkgraaf en minister Paul (Primair en Voortgezet Onderwijs) zetten onverminderd door op het aantrekken en behouden van leraren met de 1,5 miljard euro die hiervoor jaarlijks beschikbaar is. Dit geld is onder meer bedoeld voor het gelijktrekken van de salarissen tussen leraren in het primair en voortgezet onderwijs en het verlagen van de werkdruk door bijvoorbeeld het aantrekken van ondersteunend personeel. Ook is er geld voor leraren die werken op scholen met veel leerlingen die extra begeleiding nodig hebben.
Masterplan basisvaardigheden
Minister Paul van Primair en Voortgezet Onderwijs zet in op kwaliteit van onderwijs door taal en rekenen voor alle leerlingen verder te verbeteren. Ook in 2024 is hiervoor 1 miljard euro beschikbaar. Om leerlingen beter te leren lezen, schrijven, rekenen en digitaal vaardig te maken, zodat ze goed mee kunnen doen in de maatschappij, is er het Masterplan basisvaardigheden. Zo’n 3000 scholen in het primair en voortgezet onderwijs zijn hiermee aan de slag.
Mbo: waardering die het verdient
Ook in 2024 is de gelijke behandeling van- en waardering voor mbo-studenten een prioriteit van minister Dijkgraaf. Hierbij moeten zij net als op het hbo en de universiteit de begeleiding en ruimte krijgen om zich te kunnen ontwikkelen tot de beste versie van zichzelf. Minister Dijkgraaf stelt voor 2024 bijna 400 miljoen euro beschikbaar om via de mbo-werkagenda in te zetten op drie doelen: het bevorderen van kansengelijkheid voor mbo-studenten, het verbeteren van de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt, inclusief stages, en het verbeteren van de onderwijskwaliteit, met focus op basisvaardigheden rekenen, taal en burgerschapsonderwijs. Het voorkomen van vroegtijdige schoolverlaters is een ander speerpunt waar in 2024 165 miljoen beschikbaar voor is, onder meer voor extra intensieve begeleiding. Leren in de praktijk is een onmisbaar onderdeel in het onderwijs. Voor veel mbo-studenten is het vaak zelfs de eerste kennismaking met de arbeidsmarkt. Alle studenten verdienen dat hun stage een veilige en waardevolle ervaring is met goede begeleiding, een passende vergoeding en waarbij we stagediscriminatie uitbannen. Hiertoe is een Stagepact afgesloten waar het bedrijfsleven, werknemersorganisaties, onderwijsinstellingen en de overheid zich aan deze doelstellingen committeren en waar minister Dijkgraaf komend jaar 7,5 miljoen euro in investeert. Minister Dijkgraaf wil dat het bedrijfsleven voldoende plekken met goede begeleiding beschikbaar stelt. Voor het bedrijfsleven is dit een waardevaste investering in de toekomst: Nederland heeft nu en in de toekomst goede vakmensen nodig.
Toekomstgerichte bibliotheken
Staatssecretaris Gunay Uslu blijft ervoor zorgen dat elke gemeente een toekomstgerichte bibliotheekvoorziening heeft. Dat houdt concreet in dat gaten in het fysieke bibliotheeknetwerk worden gedicht en dat de online bibliotheek wordt uitgebreid. Daaraan gekoppeld wil staatssecretaris Uslu ook een zorgplicht voor gemeenten instellen, zodat de toegang tot bibliotheken in de toekomst is gewaarborgd. Komend jaar is € 51,7 miljoen euro beschikbaar, en vanaf 2025 een structureel bedrag van € 58,7 miljoen euro. Hiermee kunnen gemeenten bijvoorbeeld subsidie aanvragen voor nieuwe bibliotheken of betere collecties.
Eerlijke beloning voor makers
Makers en mensen in creatieve beroepen verdienen een eerlijke beloning voor hun werk. Staatssecretaris Uslu wil dat culturele instellingen die vanuit de basisinfrastructuur (BIS) geld van de Rijksoverheid ontvangen, daar de komende periode mee aan de slag gaan. Dat betekent onder meer dat zij zich moeten aansluiten bij collectieve tariefafspraken voor de beloning van bijvoorbeeld artiesten, technici en makers. In de komende BIS-periode, die loopt van 2025 t/m 2028, trekt staatssecretaris Uslu hier jaarlijks 34,1 miljoen euro voor uit.
Emancipatie
De ambitieuze doelstellingen op emancipatiegebied zijn in de miljoenennota 2024 vertaald naar middelen voor diverse organisaties die zich inzetten voor meer gender- en lhbtiq+ gelijkheid in Nederland. Zij worden ondersteund met ruim 20,9 miljoen euro per jaar. Daarnaast wordt de komende jaren uitvoering gegeven aan de activiteiten vanuit het nationaal actieprogramma seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld en de emancipatienota.