Blauwtongvirus vastgesteld op enkele schapenbedrijven in Midden-Nederland
Bij vier schapenhouderijen in dezelfde regio is een besmetting met het blauwtongvirus vastgesteld, namelijk in gemeente Wijdemeren (provincie Noord-Holland) en de gemeente Stichtse Vecht (provincie Utrecht). De laatste keer dat dit virus is vastgesteld was in 2009. Dit virus is niet overdraagbaar door direct contact tussen dieren en niet besmettelijk voor mensen. Een besmetting heeft wel directe gevolgen voor de handel van levende herkauwers en hun sperma, eicellen en embryo’s binnen de EU. De besmette bedrijven worden tijdelijk geblokkeerd door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) in afwachting van de resultaten van het bron- en contactonderzoek.
Piet Adema, minister van LNV: “Het is vervelend dat het blauwtongvirus na zoveel tijd weer is vastgesteld in Nederland. Voor de betreffende houders is dit schrikken. Bij deze ziekte hoeven geen dieren te worden geruimd zoals bij vogelgriep, gezien de aard van de ziekte. Wel kunnen dieren er flink ziek van worden en zorgt de constatering in Nederland voor aanvullende voorwaarden voor de sector wanneer zij levende herkauwers en levende producten willen verhandelen binnen de EU. Dit heeft economische effecten. Samen met de NVWA zullen we de situatie nauwgezet monitoren.”
Het blauwtongvirus komt voornamelijk voor bij schapen en runderen, maar ook andere herkauwers kunnen besmet worden. De besmettingen komen door de beet van vliegjes (knutten) die besmet zijn met het virus. Er zijn verschillende serotypen van deze ziekte. Het serotype van deze besmettingen moet nog worden vastgesteld. De ziekteverschijnselen zijn wisselend, van symptoomloos tot zeer ernstig. Normaliter is de ziekte niet dodelijk, maar door complicaties (zoals slecht eten) kan sterfte toch voorkomen.
Het blauwtongvirus is een categorie C-ziekte volgens de Diergezondheidsverordening (EU). Dit betekent dat er voor het blauwtongvirus een meldplicht bestaat, maar geen bestrijdingsplicht. Verdenkingen van een infectie met blauwtong moeten gemeld worden bij de NVWA.
Maatregelen
Om meer helderheid te krijgen over de situatie mogen de bedrijven met besmette dieren (tijdelijk) geen dieren of levende producten (sperma, eicellen en embryo’s) afvoeren. Er zal een epidemiologisch bron- en contactonderzoek uitgevoerd worden en screening van de bedrijven in het gebied, om de mate en verspreiding van de besmetting in beeld te brengen. Waar mogelijk worden insectenwerende maatregelen getroffen op de besmette bedrijven om zo verdere verspreiding van het virus proberen te voorkomen. Vaccinatie is het belangrijkste bestrijdingsinstrument voor de veehouder. Om te kunnen gaan vaccineren is het echter nodig dat bekend is welk serotype het virus betreft en of voor dit serotype een geschikt vaccin beschikbaar is. Hier is op korte termijn meer duidelijkheid over.
Gevolgen internationale handel
Nederland zal de besmetting melden bij de Europese Commissie. Per direct wijzigen de certificeringseisen voor de handel in levende herkauwers en hun levende producten (sperma, eicellen en embryo’s) en gelden aanvullende voorwaarden voor de handel naar andere EU-lidstaten, zoals quarantaine of extra testen. De gewijzigde certificeringseisen zullen merkbare economische gevolgen hebben voor de sector. De handel met derde landen kan ook worden beïnvloed door deze uitbraken. De sector is over deze wijzigingen geïnformeerd.