Toespraak minister-president Rutte bij opening Vrijheidsmuseum in Groesbeek
Dames en heren,
In 1944 waren Ria Rosendaal en Maria Diedenhofen 7 jaar.
Twee heel gewone meisjes.
Eentje uit Nijmegen en eentje uit Hau, vlakbij het Duitse Kleef.
Ze gingen naar school, speelden met hun broertjes en zusjes, en maakten plezier.
Zoals alle kinderen doen.
Tot de bombardementen op hun stad een einde maakten aan de illusie van veiligheid.
De grond begon te beven, de muren schudden en de ruiten rinkelden.
, zei Maria.
Op dat moment ben je aan je lot overgeleverd en zo voel je je ook
Haar ervaringen komen overeen met die van Ria, 25 kilometer verderop.
Zij zei: De slagerij lag vol gewonden, uit de sponning gerukte deuren, het was een gekerm.
Overal was stof en het was pik- en pikdonker.
Vandaag, bijna 80 jaar later, hebben Ria en Maria hier iets over hun achtergrond verteld.
Om ons te herinneren aan wat er kan gebeuren als we even niet opletten.
Ons te waarschuwen.
En ons aan te sporen op te staan als vrede, vrijheid en veiligheid in gevaar komen.
En helaas weten we hoe nodig dat is.
De ervaringen van Ria en Maria zijn die van alle kinderen die te maken krijgen met oorlog en geweld.
We zouden het hier, in ons deel van de wereld, soms bijna vergeten.
Zo vanzelfsprekend voelt vrijheid voor ons.
Helaas drukt de afschuwelijke oorlog in Oekraïne ons iedere dag met onze neus op de feiten.
Vrijheid is niet vanzelfsprekend.
Vrijheid vraagt om permanent onderhoud.
Bij het Vrijheidsmuseum hebben ze die boodschap goed begrepen.
Daarom gaat dit museum niet alleen over wat er gebeurde tussen 1939 en 1945, maar ook over hoe dat kon gebeuren.
Over hoe sluimerende gevoelens van onvrede kunnen uitgroeien tot daden van onvoorstelbare gruwelijkheid.
Over hoe gewone mensen van de ene op de andere dag in een wereld terechtkwamen die ze niet meer herkenden.
Over de keuzes waar zij voor kwamen te staan, en hoe moeilijk die vaak bleken.
Er is nooit één verhaal.
Dat is het thema van het Vrijheidsmuseum.
En overal in dit museum is te zien hoe waar dit is.
Laat ik duidelijk zijn: er is geen discussie over wie er slachtoffer waren.
Evenmin is er discussie over wie daarvoor verantwoordelijk waren.
Maar je eigen positie in de maatschappij, bepaalde voor een groot deel hoe je de Tweede Wereldoorlog meemaakte.
Of je een man was of vrouw.
Burger of militair.
Of je Joods was, of een andere achtergrond had.
Allemaal factoren die meewogen in het antwoord op de vraag: wat kan ik doen?
Die vraag is vandaag nog net zo actueel als toen.
Het is een vraag die ieder van ons zich moet stellen als het moeilijk wordt.
Als het erop aankomt.
Als vrede, vrijheid en veiligheid op het spel staan.
En nee, dat antwoord is niet altijd makkelijk.
Toen niet, zoals we kunnen lezen in de getuigenissen van militairen en burgers in dit museum.
Maar ook nu niet.
Op dit moment vechten Oekraïense militairen en burgers voor de vrede, vrijheid en veiligheid van hun land.
En net als de families van Ria en Maria, zijn het heel gewone mensen van wie het leven volkomen onverwacht een heel andere wending heeft genomen.
Maar als er iets is wat dit museum laat zien, is het dat het altijd gewone mensen zijn die het uitzonderlijke doen.
Die het verschil maken.
Die bepalen hoe onze geschiedenis én onze toekomst eruit zien.
Daarom eindigt het verhaal in dit museum niet in 1945, maar loopt het door tot in het hier en nu.
Langs alle stappen die we sinds die tijd met elkaar hebben gezet.
Europese samenwerking is gebouwd op de puinhopen van de Tweede Wereldoorlog
, vatte Maria dat zojuist bondig samen.
En ze heeft gelijk.
In de jaren na de Tweede Wereldoorlog leerden we in Europa dat ‘samenwerken’ niet hetzelfde is als je eigen identiteit opgeven.
Dat het één het ander niet hoeft uit te sluiten.
En dat er veel meer is wat ons bindt, dan wat ons scheidt.
Het beste bewijs daarvan is dat wij hier vandaag samen dit museum openen.
Voor Nederland en Duitsland geldt: we zijn van ver gekomen.
Helemaal tot het punt waar we nu zijn: twee landen, in vriendschap verbonden.
Die samen optrekken op tal van gebieden.
Economisch.
Cultureel.
Militair.
Het komt er nu op aan opnieuw te kiezen.
Nu alles waar wij voor staan, opnieuw onder druk staat.
En wij ons opnieuw de vraag moeten stellen: wat kan ik doen?
Het antwoord op die vraag vinden we in dit museum.
Dank u wel.