Toespraak minister De Jonge tijdens herdenking slavernijverleden op Bonaire
Toespraak van de minister Hugo De Jong tijdens de herdenking slavernijverleden op Bonaire op 1 juli 2023.
Beste Bonairianen,
Kerido Habitante.
Dames en heren,
Goedemiddag,
Damas i Kabayeros,
Bonaire strooit met kleur en zon.
De straatnamen klinken er als muziek.
De schoonheid is er stil en eenvoudig.
Bonaire is een mooi eiland, maar ook een eiland met een geschiedenis.
Een geschiedenis die we terugzien in Slagbaai.
In het Mangazina di Rei.
Maar ook in Witte en Oranje Pan waar de hutjes van de tot slaafgemaakten staan.
De sporen zijn er.
De sporen zijn er altijd geweest.
De getuigenissen van een macabere machinerie.
De getuigenissen van een pijnlijke en beschamende periode in de Nederlandse geschiedenis.
In Slagbaai werden de tot slaafgemaakten aan land gezet.
In het Mangazina di Rei kregen ze hun rantsoenen.
In de gele hutjes – “de Slavenhutjes” – sliepen ze.
Althans, zo werd gezegd.
De werkelijkheid is dat ze zijn gebouwd als propaganda.
Om de wereld de suggestie voor te houden dat de tot slaafgemaakten hier op Bonaire goed werden behandeld.
Daar waar de geschiedenis lang verteld werd door de kolonisator, daar komen nu de verhalen van zij die werden onderdrukt, van zij die veerkracht toonden en van zij die weerstand boden steeds meer in het licht.
Het beeld dat Nederland lang voorgeschoteld kreeg van de koloniën was het beeld van Nederland als energieke handelsmacht op alle zeeën.
Het beeld van tot slaafgemaakten als dankbaar en tevreden.
Het beeld van de koloniën als wild en exotisch. Als natuurparadijs.
De andere zijde bleef onzichtbaar.
De kille feiten.
…. mannen, vrouwen en kinderen die op barbaarse wijze ontvoerd werden uit hun thuisland;
…. gezinnen die uiteengerukt werden,
een man van zijn vrouw,
ouders van hun kind;
…. van alles ontdaan, verkocht aan de hoogste bieder, gekluisterd aan ketens;
.... vaak geboren in slavernij en nooit echt vrij geweest.
Soms kun je gevoel hebben voor andere tijden, voor context, voor andere ideeën, voor andere meningen, maar hier kun je niet neutraal over praten: de slavernij is en was in alle opzichten verkeerd.
Daarbij passen de excuses zoals die zojuist door Zijne Majesteit de Koning bij de Nationale Herdenking in het Amsterdamse Oosterpark zijn uitgesproken.
Dat deed hij als Koning en als deel van de regering.
De Koning sluit hierbij aan op de excuses van de minister-president van 19 december jl., de excuses voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden, en postuum aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden, aan hun kinderen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu.
[…]
De andere zijde van de slavernij begint meer een plaats te krijgen in onze instellingen, collecties, publicaties en in onze maatschappelijke bewustwording.
De andere zijde van de slavernij wordt zichtbaarder.
Het denken verandert.
Open en eerlijk wordt het verleden onder ogen gezien.
Dat is goed, terecht en nodig.
Want te lang is het stil gebleven.
Vandaag is het 160 jaar geleden dat de slavernij op Bonaire werd afgeschaft.
Tevens is vandaag het begin van het herdenkingsjaar slavernijverleden 2023-2024.
Een belangrijke herdenking.
Op 19 december zei de minister-president al dat het aanbieden van excuses niet bedoeld is om het verleden af te sluiten en achter ons te laten.
Het is bedoeld om samen de weg vooruit te vinden.
Bij woorden passen daden.
Daden die laten zien dat we intensiever willen werken aan meer kennis over het slavernijverleden en dus aan meer bewustwording, erkenning en begrip.
We delen immers niet alleen het verleden, maar ook de toekomst.
En we willen in die toekomst samen vooruit.
Het ondersteunen van initiatieven zoals het boek Bonaire, een koloniale zoutgeschiedenis van de auteurs Cees Luckhardt en Boi Antoin is hierin een belangrijke bijdrage.
Het is lesmateriaal dat de kinderen op dit eiland en een ieder meer vertelt over de geschiedenis van dit eiland.
Bijvoorbeeld over dat Bonaire voor de komst van de Europeanen minstens 9 nederzettingen met oorspronkelijke bewoners kende.
Dat in 1765, ruim dertig jaar voor de grote Tula-opstand op Curaçao van 1795, niet één, maar twee opstanden plaatsvonden op Bonaire.
De toezegging voor een namenmonument op Bonaire moet u ook in het licht bezien van bewustwording, erkenning, begrip en herdenking.
De Dialooggroep Bonaire is inmiddels bezig met het in kaart brengen van het benodigde extra namenonderzoek, met de verschillende ideeën over de vormgeving en is in gesprek met het Bestuurscollege over de locatie van het monument.
Het namenmonument, net als de obelisk die vandaag onthuld wordt, dient de bewustwording.
Het is een monument dat de functie heeft de namen voor altijd zichtbaar te maken.
Het is een plek waar iedereen op zijn manier de geschiedenis kan herdenken.
En een plek die herinnert aan het verleden en tegelijkertijd een waakt voor de toekomst.
Minister-president zei het al op 19 december.
Het belangrijkste is nu dat we alle stappen die we gaan zetten ook echt gezamenlijk zetten.
In overleg, luisterend en met als enige intentie: recht doen aan het verleden, heling in het heden.
Naast kennis, bewustwording, erkenning en herdenking staat een groeiend begrip van de doorwerking van het slavernijverleden in onze samenleving.
Het proces na de komma moet bijdragen aan het aanpakken van die doorwerking en de verwerking van dit leed.
Na erkenning en excuses mogen we samen werken aan heling, verzoening en herstel.
Een proces dat we alleen samen met de eilandbewoners en nazaten van tot slaafgemaakten kunnen vormgeven.
[…]
Nos ta kana drenta den futuro huntu.
Un futuro unda tur hende ta igual.
I unda tin lugá pa konmemorá pasado, tur aña di nobo.