Kabinet neemt besluit over ratificatie van het facultatief protocol bij VN-verdrag handicap en het IVRK

Minister Conny Helder en staatssecretaris Maarten van Ooijen hebben namens het kabinet besloten om het facultatieve protocol van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (VN-verdrag handicap) en het derde facultatieve protocol bij het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (hierna: IVRK) te ratificeren. Het kabinet start direct met het ratificatieproces van het protocol bij het VN-verdrag handicap. Het ratificatieproces voor het derde facultatief protocol bij het IVRK start na afronding van het ratificatieproces bij het VN-verdrag handicap en na een expliciet weegmoment.  Afgelopen periode is het advies van de Raad van State bestudeerd en besloten om tot ratificatie over te gaan. Ratificatie van het protocol versterkt de bescherming van de rechten van de mens in de nationale én internationale rechtsorde.

Minister Helder: “Mensen met een beperking moeten in Nederland volwaardig mee kunnen doen. Ik vind het dan ook belangrijk dat mensen het gevoel hebben dat zij hun recht kunnen halen. Hiervoor zijn gelukkig in het Nederlandse recht al meerdere mogelijkheden. Met de ratificatie van het facultatief protocol versterken we deze mogelijkheden.  Daarom is het goed nieuws dat we nu een grote stap kunnen zetten in de ratificatie van het facultatief protocol VN-verdrag handicap, waarmee we ook goed aansluiten op internationale afspraken.”

Staatssecretaris van Ooijen: “Ieder kind verdient het om veilig, gezond en kansrijk te kunnen opgroeien. Daarbij hoort ook dat kinderen een stem hebben en dat hun mening ertoe doet. Ik probeer kinderen zelf ook te betrekken bij beleid dat hen raakt. Daarom is het goed nieuws dat we nu ook een stap kunnen zetten in de ratificatie van het derde facultatieve protocol bij het IVRK, waarmee de rechten van kinderen verder worden versterkt.”

Facultatief protocol VN-verdrag handicap en IVRK

Het facultatief protocol verleent het Comité voor de Rechten van Personen met een Handicap en het VN-Kinderrechtencomité de bevoegdheid klachten te behandelen van personen of groepen personen die menen slachtoffer te zijn van een schending van het verdrag door een staat. Mensen kunnen hier gebruik van maken als er op nationaal niveau geen mogelijkheden meer zijn. 

Als het Comité betrouwbare informatie ontvangt die wijzen op ernstige of systematische schendingen door een staat, kan het Comité die staat vragen om mee te werken aan een onderzoek. Naar aanleiding van het onderzoek kan het Comité de staat vragen eventuele maatregelen die naar aanleiding van het onderzoek zijn genomen, mee te nemen in de periodieke rapportage van de staat aan het Comité.

Vervolg

Er is besloten om eerst te starten met de ratificatie van het facultatief protocol bij het VN-verdrag handicap. Hiervoor zal een goedkeuringswetgeving worden opgesteld. Deze wetgeving wordt na goedkeuring binnen het kabinet en advies van de Raad van State bij het parlement ingediend. Later in tijd volgt dezelfde procedure voor het IVRK, na een expliciet weegmoment waarin de opgedane ervaring met het doorgelopen ratificatieproces goed meegenomen wordt.