Toespraak staatssecretaris Van der Maat (Defensie) bij luchtmachtherdenking, 4 mei 2023
Toespraak van staatssecretaris van Defensie bij het monument van de gevallen vliegers te Soesterberg.
Beste mensen,
Op 11 maart 1953, 70 jaar geleden, werd de luchtmacht zelfstandig en kreeg – hier in Soesterberg - het predicaat Koninklijk.
Vooral de Tweede Wereldoorlog had overtuigend aangetoond dat een zelfstandig opererend luchtwapen bestaansrecht had.
Maar de prijs daarvoor was hoog.
Grote offers werden in die verschrikkelijke jaren gebracht.
Vliegtuigen gingen verloren.
Vele bemanningsleden vonden de dood.
Vandaag staan we stil bij hun moedige optreden.
Bijvoorbeeld van het roemruchte 322 squadron, opgericht in 1943.
Nu 80 jaar geleden.
Eén van de vliegers was Leo Hendrikx.
Hij overleefde de oorlog wel, zij het ternauwernood.
Op zondag 4 april 2023 is hij op 99-jarige leeftijd overleden.
Leo Hendrikx was een van de laatst nog levende Engelandvaarders.
Bovendien was hij de oudste nog levende vlieger van de luchtmacht, die tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft gevlogen.
Zijn verhaal leest als een spannend jongensboek.
Na het uitbreken van de oorlog besloot Leo met zijn drie beste vrienden naar Engeland te gaan.
Ze schreven een brief aan hun ouders en vertrokken.
Leo was op dat moment 16 jaar oud.
Een indrukwekkende reis volgde.
In België verkochten ze hun fietsen voor 100 gulden en met dat geld namen ze de trein naar Parijs.
De reis zou maanden duren.
Meerdere keren werden ze aangehouden, vastgezet en kwamen ze weer vrij.
Via Spanje, Curaçao en Canada kwam Leo uiteindelijk in Groot-Brittannië aan.
Daar werd hij als Airman Second Class opgeleid tot jachtvlieger op de Spitfire.
Leo werd ingedeeld bij het 322 Squadron.
Tot zijn eigen frustratie werd hij pas in het voorjaar van 1945 daadwerkelijk ingezet.
Op Eerste Paasdag ging het echter fout.
Zijn Spitfire werd geraakt door Duits luchtafweergeschut en Leo moest een noodlanding maken in vijandelijk gebied.
Hij liep daarbij ernstige verwondingen op.
Bovendien werd Leo al snel gevangen genomen door de Duitsers.
Met een verbrand gezicht en een arm uit de kom werd hij naar een ziekenhuis in Apeldoorn gebracht.
Daar maakte hij op vrijdag 13 april de bevrijding mee.
Daarna werd het boek gesloten.
Alles was na de oorlog gericht op de toekomst.
Er werd niet meer over gesproken.
Zelfs aan zijn eigen vader vertelde Leo nooit zijn verhaal.
Hij vroeg er niet naar en ik zweeg erover. Misschien was het ook de behoefte aan een zekere verdringing
, zo liet hij pas veel later weten.
Toch hadden de gebeurtenissen een enorme impact.
En bleven een rol spelen.
Bovendien waren zijn zenuwen dermate beschadigd geraakt, dat hij zijn rechterarm nooit meer optimaal heeft kunnen gebruiken.
Uiteindelijk is Leo zijn verhaal gaan delen.
En in 2018 kreeg hij nog het Draaginsigne Gewonden uitgereikt, 73 jaar na dato.
Zijn verhaal laat zien dat de effecten van oorlog een leven lang kunnen doorwerken.
Niet alleen bij de direct betrokkenen, maar ook in de generaties daarna.
Dat besef alleen al is reden genoeg om er alles aan te doen om oorlog te voorkomen.
Of om ons in te zetten een oorlog zo snel mogelijk te beëindigen.
Zoals in Oekraïne, waar nu alweer 14 maanden gestreden wordt.
Met iedere maand die de oorlog langer duurt, zijn de gevolgen groter.
Gaat het langer duren voordat het land weer is opgebouwd.
En de vele vluchtelingen weer naar huis kunnen.
Zoals Anna Bieliaievaa en haar zoontje.
Zij maakten het luchtwapen van de andere kant mee.
Na de derde dag dat er militaire vliegtuigen boven haar huis in het belegerde Charkov vlogen, besloot ze te vluchten.
Ze vertelde hier het volgende over:
Vliegtuigen zijn echt andere wapens. Een tank of een geweer is zichtbaar en kun je begrijpen. Maar een vliegtuig kun je alleen maar horen. Je huis begint te trillen en het enige dat je denkt is: niet hier, niet nu. Wat als ik zou sterven en mijn zoontje zou dat zien? Of wat als mijn zoontje zou sterven? We moesten daar weg, het gevaar was te groot geworden.
Hier in Nederland vond zij met haar zoontje een veilige plek.
Toch maakt ze zich nog veel zorgen om de mensen die in Oekraïne zijn achtergebleven.
Dat zijn hele reële en terechte zorgen.
Zeker nu er steeds meer bekend wordt over de gruwelijkheden van de Russische agressor.
Zoals de deportatie van duizenden Oekraïense kinderen naar kampen in Rusland.
Onlangs werden er 31 Oekraïense kinderen uit de omgeving van Charkov teruggebracht bij hun familie.
Deze kinderen vertelden dat ze te horen kregen dat hun ouders hen niet meer wilden zien.
Ze werden voortdurend naar andere locaties gebracht.
En behandeld als beesten.
Dat zijn misdaden tegen de menselijkheid.
Als vader vind ik deze verhalen vreselijk om te horen.
En als we hierover horen, dan komt de vergelijking met de gruwelijkheden in de Tweede Wereldoorlog opeens wel heel dichtbij.
Gruwelijkheden waarvan we ons niet konden voorstellen deze nog een keer mee te maken.
Laten we er alles aan doen om erger te voorkomen.
Daarom ondersteunen we Oekraïne met trainingen en materieel.
En beschermen we de Oostflank van Europa met onze F-35’s.
We moeten ons erop voorbereiden dat het conflict zich op enig moment aandient.
Daarom investeren we in mens en materieel.
Daarom investeren we in het luchtwapen.
Maar wel in het besef dat de inzet van het luchtwapen enorme impact kan hebben.
Op het verloop van de strijd, maar ook op de burgerbevolking.
Waar we het 110 jaar geleden moesten doen met een gehuurd houten vliegtuig, de BRIK I, hebben we nu de beschikking over de BRIK II.
Deze eerste militaire satelliet van Nederland maakt het mogelijk om nog preciezer op te treden.
Beste mensen,
Van de BRIK I tot de BRIK II heeft de Koninklijke Luchtmacht een enorme ontwikkeling ondergaan.
Zijn er talloze mijlpalen bereikt.
Is het luchtwapen de laatste decennia bijna onafgebroken ingezet.
En heeft het personeel van Koninklijke Luchtmacht een zeer relevante bijdrage geleverd voor vrede, vrijheid en veiligheid.
Sommigen van hen hebben hiervoor de hoogste prijs betaald.
Vandaag herdenken we hen met het grootste respect.
Dank u wel.