Oorlog in Oekraïne: Nederlandse inzet tegen oorlogsmisdaden en straffeloosheid
De Russische agressie tegen Oekraïne verwoest de levens van miljoenen Oekraïners en heeft grote gevolgen voor stabiliteit wereldwijd. Dit mag niet onbestraft blijven, en Oekraïners verdienen gerechtigheid. Daar zet Nederland zich op verschillende manieren voor in.
Waarom zet Nederland zich in tegen straffeloosheid in Oekraïne?
Verwoestingen van woningen en ziekenhuizen. Moord en verkrachting. Ontvoeringen van kinderen. Sinds de oorlog in Oekraïne verschijnt regelmatig nieuws over wat er gebeurt in het oosten van Europa. Er is veel onderzoek nodig. Om de waarheid te achterhalen, daders te vinden en om gerechtigheid te krijgen – voor slachtoffers en nabestaanden.
Nederland staat voor een wereld waarin mensenrechten worden nageleefd en landen zich aan hun afspraken houden. Alleen dan kunnen we leven in vrede en veiligheid. Daarom is het belangrijk om te zorgen voor gerechtigheid voor slachtoffers en nabestaanden, en om Rusland een duidelijk signaal te geven. Dat de vreselijke misdaden worden gezien. En dat ze niet onbestraft kunnen blijven. Daarbij moet Oekraïne natuurlijk nauw betrokken blijven: we praten niet over hen zonder hen.
Straffeloosheid oorlog in Oekraïne: wat vindt en doet Nederland?
Dit zijn de Nederlandse standpunten en initiatieven in de strijd tegen straffeloosheid:
Onderzoek naar ontvoeringen van Oekraïense kinderen
Op 30 maart 2023 lanceerde de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) een missie met experts die onderzoek gaan doen naar de deportatie van Oekraïense kinderen door Rusland. Samen met onder meer Duitsland heeft Nederland zich sterk gemaakt voor de inzet van deze missie, om de feiten over de ontvoering van kinderen verder aan het licht te brengen met nieuwe onafhankelijke data. Het team van onafhankelijke experts vertrekt naar Oekraïne met het doel om data te verzamelen en waar mogelijk met slachtoffers en getuigen te spreken. Nederland maakt deel uit van de werkgroep voor de missie en levert een financiële bijdrage.
Het Internationaal Strafhof
Op 17 maart 2023 vaardigde het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag een arrestatiebevel uit tegen de Russische president Poetin en de Russische Commissaris voor Kinderrechten Lvova-Belova. Nederland ziet deze arrestatiebevelen als een belangrijke stap naar gerechtigheid. Tijdens een internationale conferentie voor ministers van Justitie op 20 maart heeft Nederland € 1 miljoen extra toegezegd voor het werk van het Internationaal Strafhof. Binnenkort opent het Internationaal Strafhof een veldkantoor in Kyiv (Engels), om de samenwerking met de Oekraïense autoriteiten en het Oekraïense rechtssysteem nog verder te versterken.
Dialogue Group on Accountability for Ukraine
Op 3 maart 2023 lanceerden Nederland, Oekraïne, de Europese Unie, Eurojust en het Internationaal Strafhof op de United for Justice-conferentie in Lviv een internationaal netwerk: de Dialogue Group on Accountability for Ukraine. Dit netwerk geeft landen, internationale organisaties en partijen uit het maatschappelijk middenveld een platform om initiatieven tegen straffeloosheid te bespreken en op elkaar aan te laten sluiten. Een belangrijk uitgangspunt bij de oprichting van de Dialogue Group is dat Oekraïne nauw betrokken is en zelf aan het stuur blijft bij de internationale inzet tegen straffeloosheid.
Dit netwerk is een resultaat van de Ukraine Accountability Conference in Den Haag van juli 2022, waarin 45 landen de oprichting van de Dialogue Group steunden. Naast het operationeel maken van dit netwerk, zet Nederland zich in om er meer landen bij te betrekken.
Internationaal centrum in Den Haag voor vervolging van het misdrijf agressie
Op 2 februari 2022 maakte de Europese Commissie bekend dat het International Centre for the Prosecution of the Crime of Aggression (ICPA) geopend zal worden in Den Haag. Dit internationale onderzoekscentrum gaat onderzoek doen naar het misdrijf agressie tegen Oekraïne, met het uiteindelijke doel om verantwoordelijken voor de invasie te vervolgen. Het ICPA, gehuisvest door Eurojust, maakt het voor Oekraïense aanklagers mogelijk om onderzoek te doen naar het misdrijf agressie vanuit Den Haag. Het Internationaal Strafhof doet op dit moment al onderzoek naar oorlogsmisdrijven gepleegd in Oekraïne, maar heeft ten aanzien van Rusland geen rechtsmacht over het misdrijf agressie. Daarom wordt het ICPA opgericht en wordt er internationaal over een apart agressietribunaal gesproken.
Agressietribunaal
Nederland steunt een tribunaal om het misdrijf agressie te vervolgen en staat ervoor open om het tribunaal in Den Haag te openen. Internationale steun en voldoende mensen en middelen om zo’n tribunaal te huisvesten zijn belangrijke voorwaarden om uiteindelijk tot zo’n tribunaal te komen. Nederland is onderdeel van een kerngroep die voorstander is van zo’n tribunaal, en wil dat meer landen – ook buiten Europa – zich hierbij aansluiten.
Schaderegister voor verwoestingen Oekraïne
De Verenigde Naties (VN) hebben een resolutie aangenomen die groen licht geeft voor het opzetten voor een register voor geleden oorlogsschade in Oekraïne. Op 17 februari 2023 liet het kabinet weten bereid te zijn om dit register te huisvesten in Nederland. Er zijn ook mogelijkheden om dat via een internationale organisatie te doen zoals de Raad van Europa of de VN. Een register is een noodzakelijke eerste stap naar een claimscommissie en een compensatiefonds. Het is belangrijk Rusland aansprakelijk te stellen voor betaling van de oorlogsschade.
Forensische onderzoeksmissies onder de vlag van het Internationaal Strafhof
Op verzoek van Oekraïne stuurde Nederland twee keer een forensisch opsporingsteam naar Oekraïne om de lokale autoriteiten te ondersteunen. Om bewijs te verzamelen dat bruikbaar is voor onderzoek naar oorlogsmisdaden. Het team van de Koninklijke Marechaussee vertrok onder de vlag van het Internationaal Strafhof. Voor 2023 staan twee nieuwe missies gepland: in het voorjaar (samen met Tsjechië) en in het najaar (samen met België en Luxemburg).
Nederland zet zich ook in voor sancties tegen Rusland om schendingen van het internationaal recht en mensenrechten te adresseren.