Speech door Wopke Hoekstra: Bouwen aan een veilige Europese toekomst
Vertaling van de toespraak door Wopke Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken, bij het Europacollege in Brugge op 20 februari 2023. Alleen het gesproken woord geldt. Lees de oorspronkelijke tekst in het Engels.
Uwe excellenties, dames en heren, beste studenten,
Hartelijk dank Rector Mogherini - beste Federica - voor uw zeer warme ontvangst en vriendelijke woorden en natuurlijk voor uw uitnodiging om hier in het Europacollege te spreken.
Eerlijk gezegd kan ik geen betere locatie bedenken om de toekomst van ons continent te bespreken.
Niet alleen bereidt dit College zijn studenten voor op toekomstige carrières in de EU, de stad Brugge is zelf een knooppunt in de Europese geschiedenis.
Eeuwenlang dreven Baltische kooplieden hier handel met hun mediterrane partners en verstrekten Italiaanse bankinstellingen leningen aan Duitse vorsten. Op deze met kasseien geplaveide pleinen wisselden goederen uit heel ons continent van eigenaar.
In zekere zin kan men stellen dat ons meest succesvolle Europese verhaal - de gemeenschappelijke markt - hier in Brugge zijn oorsprong vond.
Het oorspronkelijke idee van de zes oprichtende staten van de gemeenschappelijke markt was om economische onderlinge afhankelijkheid te gebruiken om Europa te beschermen tegen toekomstige oorlogen.
Zij creëerden een in mijn ogen ongeëvenaarde basis voor economische kracht.
Maar dit idee was natuurlijk gebaseerd op de vooronderstelling van een open en op regels gebaseerde wereld.
De wereld verandert nu snel naar een wereld van grote machtsconcurrentie, gewapende conflicten en bijna constante crisis.
Een kantelmoment
Het afgelopen decennium waren er natuurlijk al veel tekenen van deze nieuwe wereld.
Maar bijna een jaar geleden beleefden we een kantelmoment.
Russische gevechtsvliegtuigen, raketten, tanks en soldaten kwamen de Oekraïense grens over.
De invasie schond de fundamenten waarop vrede in Europa is gebaseerd.
We zagen de gevolgen in de straten van Boetsja, die waren bezaaid met de lichamen van burgers die, met de handen op de rug gebonden, brutaal waren geëxecuteerd.
We zagen het in Marioepol, waar Russische bombardementen van de scholen, huizen en ziekenhuizen van deze eens zo levendige stad stille begraafplaatsen maakten.
Oekraïense aanklagers doen momenteel onderzoek naar meer dan negenenzestigduizend oorlogsmisdaden begaan door Russische troepen.
Negenenzestigduizend. Dat zijn honderden oorlogsmisdaden per dag, en dat aantal stijgt nog steeds.
Achter elk van deze gevallen schuilen beklemmende menselijke verhalen van gewone mensen zoals u en ik, die gedwongen werden gruweldaden te ondergaan.
Volodymyr Cherednichenko, een 26-jarige elektricien uit Boetsja, was een van hen.
De Britse journalist Luke Harding schreef over hem in zijn recente boek "Invasion".
Volodymyr had een foto genomen van verschillende vernietigde Russische tanks.
Toen Russische soldaten op zijn deur klopten, vonden ze de foto op zijn telefoon en sleurden hem mee.
Ze sloegen hem, braken zijn arm en sloten hem op in een kelder.
Daar dwongen ze hem te knielen en doodden hem met een schot in de zijkant van het hoofd.
Harding schrijft hoe Volodymyr's verhaal hem nog lang daarna achtervolgde. Hij schrijft (en ik citeer): 'Ik zag hem in gevangenschap en doodsbang in het donker. Ik kan me zijn laatste momenten voorstellen. Angst, wanhoop, eenzaamheid, misschien hoop, en dan de dood.’
Deze oorlog is een gevecht voor het overleven van de Oekraïense natie, zijn mensen en vrijheid.
Maar Oekraïne vecht niet alleen tegen een neo-koloniale tegenstander.
Het vecht voor een betere toekomst.
Een Europese toekomst, waarin een vrij, voorspoedig en sterk Oekraïne vrij is om zijn eigen lot te bepalen.
Hiervoor hebben ze onze volledige steun nodige en verdienen ze deze.
Een nieuwe realiteit
Beste vrienden,
Eerlijk gezegd hadden we, zelfs voordat deze oorlog begon, al een intimiderende lijst met brandende kwesties op onze Europese to-dolijst staan. Brandende kwesties die we moesten aanpakken om onze Unie in wezen doelmatig te maken.
Zaken als grip krijgen op migratie. Klimaatverandering aanpakken. Schulden terugdringen en investeren in innovatie. Veiligstellen van toeleveringsketens en creëren van een open strategische autonomie.. Bescherming van de fundamentele rechten en waarden van onze Unie: voor alle Europese burgers, in alle landen, altijd.
En eigenlijk is elk van deze kwesties alleen maar urgenter geworden.
En toch is een bredere nieuwe realiteit tot ons doorgedrongen.
Onze Europese veiligheid wordt bedreigd. Er wordt weer oorlog gevoerd op Europese bodem. Maar daar blijft het niet bij. Onze veiligheid wordt op de proef gesteld en bedreigd op fysiek, digitaal, economisch en geopolitiek gebied.
Deze bedreigingen, deze beproevingen, verdienen een veel coherenter, proactiever en krachtiger antwoord.
Voor de militaire veiligheid is het antwoord voor mij duidelijk: dat is de NAVO.
De NAVO is en blijft de hoeksteen van onze Europese veiligheid.
Eindelijk worden de al zo lang noodzakelijk investeringen in onze strijdkrachten gedaan, en daar moeten we mee doorgaan.
We zijn veel serieuzer bezig met de bescherming van onze oostflank, en daar moeten we mee doorgaan.
En nu steeds meer EU-leden ook deel gaan uitmaken van de NAVO, is het onze taak het bondgenootschap te versterken en ervoor te zorgen dat de NAVO en de EU hand-in-hand met elkaar samenwerken.
Maar er is meer nodig. De omvang en diepte van de bedreigingen waarmee wij worden geconfronteerd, reiken veel verder dan het militaire domein.
Daarom ben ik ervan overtuigd dat de EU een veel belangrijker veiligheidsaspect aan haar hele repertoire moet toevoegen
De weg naar veiligheid
Ik wil vier gedachten aan u voorleggen over de weg naar veiligheid.
Ten eerste is er geen alternatief - geen alternatief - voor Oekraïens succes op het slagveld.
Natuurlijk is er een duidelijke morele verplichting om de Oekraïners te helpen vechten voor hun vrijheid.
Maar dit gaat hand-in-hand met een fundamentele geopolitieke werkelijkheid: door Oekraïne te ondersteunen beschermen we ook de veiligheid van heel Europa.
Daarom voelt de discussie over het in voorraad houden van onze eigen wapens, in plaats van ze aan Oekraïne te leveren, voor mij geforceerd aan.
Want die wapens zijn nu nodig om het land dat de Europese veiligheid het meest bedreigt uit te putten.
Maar er is meer aan de hand.
Naast een morele verplichting en een geopolitieke krachtmeting is deze oorlog nog iets anders geworden.
Het is - naar mijn mening - de belangrijkste lakmoesproef voor onze geloofwaardigheid die wij als NAVO en EU in decennia hebben moeten doorstaan.
Onze vastberadenheid, ons doorzettingsvermogen, onze vasthoudendheid - of het gebrek daaraan - zal tot ver in de toekomst doorklinken.
De wereld kijkt toe. Moskou, Beijing en Teheran in het bijzonder.
We mogen ons dus niet laten verleiden tot een vals gevoel van veiligheid door alles wat we hebben gedaan en bereikt.
Ja, ik ben het ermee eens dat we de verwachtingen van iedereen - misschien ook van onszelf - hebben overtroffen met een ongekende golf van Europese eenheid.
Maar als we hier niet nog een been bijtrekken, zullen alle inspanningen van het afgelopen jaar voor niets zijn geweest.
Dus moeten we onze inspanningen volhouden - zolang als nodig is.
Deze week is het de trieste verjaardag van een oorlog. Mensen vragen mij vaak wanneer de oorlog zal eindigen.
Ik begrijp en deel natuurlijk, zoals wij allemaal, het verlangen naar vrede.
Maar vergis u niet: het zou best kunnen dat het einde nog lang niet in zicht is.
In feite weet niemand het, maar misschien zijn we nog niet eens halverwege.
De Sovjet-Unie zat negen jaar in Afghanistan en heeft Oost-Europa gedurende tientallen jaren bezet.
Poetin is bereid en in staat om honderdduizenden jonge, slecht uitgeruste en slecht getrainde mannen het graf in te sturen.
Dat heeft hij al gedaan, en hij zou nog wel eens honderdduizend mannen kunnen sturen, en nog eens, en nog eens, en nog eens.
We moeten deze gruwelijke tactieken dus serieus nemen en onze strategie aanpassen.
We moeten proactief worden, in plaats van reactief.
Dus laten we onze wapenleveranties op de lange termijn bekijken.
Laten we de inspanningen van onze defensie-industrie opvoeren.
En laten we indien nodig onze burgers helpen, zodat ze hun gasrekeningen kunnen betalen en hun boodschappen kunnen doen, gedurende de hele oorlog - zodat we deze met zijn allen kunnen doorstaan.
De logica hierachter is net zo oud als dat beroemde Romeinse gezegde: als je vrede wil, bereid je dan voor op oorlog.
Cybersecurity
Beste vrienden,
Mijn tweede gedachte is ervoor te zorgen dat we de cybersecurity van ons continent op orde hebben.
Laten we de realiteit onder ogen zien: er is een strijd gaande. Een onzichtbare strijd, die zich hier en nu afspeelt.
Een strijd in de Europese cyberspace.
Dagelijks worden cyberaanvallen uitgevoerd op onze instellingen, universiteiten, banken, ziekenhuizen, infrastructuur, bedrijven en burgers.
In heel Europa. De schade loopt in de miljarden euro's per jaar.
En hoewel de schade enorm is, is de verontwaardiging beperkt.
Gezien de onzichtbaarheid van de dreiging is dat begrijpelijk - en toch ook vreemd.
Want als buitenlandse agenten in Frankfurt zouden opduiken en de ECB zouden overvallen, zouden we onmiddellijk in opstand komen, en terecht.
Daar moeten we dus gewoon verandering in brengen.
Om deze uitdaging aan te gaan, moeten we veel gecoördineerder, coherenter en proactiever optreden.
We moeten als Europeanen alle middelen gebruiken die we ter beschikking hebben.
Daarom is het essentieel dat de EU een wereldwijde cybermacht wordt - met een capaciteit voor attributie, afschrikking en zo nodig vergelding.
We moeten toe naar een situatie waarin de kosten van een aanval op een van ons zo hoog zijn, dat ze in feite prohibitief worden.
Het moet glashelder zijn dat de kosten om ons aan te vallen prohibitief zijn.
We moeten dit doen door gebruik te maken van alle economische, financiële, politieke en offensieve cybermogelijkheiden die we ter beschikking hebben.
De EU en haar lidstaten beschikken over een indrukwekkende reeks opties om tegenstanders in het cyberdomein aan te pakken.
Zoals sancties, het uitzetten van diplomaten en cybervergelding.
Laten we die dus zo effectief mogelijk inzetten, om de daders af te schrikken en ervoor te zorgen dat iedereen die ons aanvalt de prijs kent.
Onze Europese kracht
Dames en heren,
Mijn derde gedachte over het opbouwen van een veilige Europese toekomst is dat we onze Europese kracht moeten benutten.
En vergis u niet: we zijn een economische supermacht. Wat we nu moeten doen, is het vermogen creëren om onze economische capaciteit om te zetten in geopolitieke invloed.
Daarom is Nederland er zo van overtuigd dat we op het gebied van sancties, mensenrechten en civiele EU-missies moeten overstappen op besluitvorming met gekwalificeerde meerderheid. Dit zal onze veelzijdigheid drastisch vergroten.
Daarom moeten we een veel effectiever, krachtiger en eenvoudig toe te passen instrument om dwang te voorkomen verder ontwikkelen op EU-niveau.
Zodat wanneer een wereldmacht een van ons via economische maatregelen tot onderwerping probeert te dwingen, deze de volledige economische macht van de Unie als geheel zal voelen.
En daarom moeten we naar de volgende horizon varen wat sancties betreft.
Ik sprak onlangs met het hoofd van een gerenommeerde inlichtingendienst van buiten de EU, en hij zei: “Jullie (de Europese) sancties doen de Russen veel pijn.”
Dat is goed nieuws, maar tegelijkertijd worden sancties op grote schaal omzeild.
We hebben momenteel in de EU te weinig capaciteit om nieuwe sancties te analyseren, te coördineren en te bevorderen.
We moeten onze inspanningen dus gewoonweg opvoeren.
Daarom wil ik dat we in Brussel een sanctiehoofdkwartier oprichten.
Een plek waar lidstaten informatie en middelen kunnen delen over effectiviteit en ontwijking. Waar we veel meer doen om ontwijking door derde landen te bestrijden.
Dit nieuwe hoofdkwartier moet een lijst opstellen van sectoren en handelsstromen met een hoog ontwijkingsrisico. Bedrijven worden verplicht in hun contracten clausules over eindgebruik op te nemen, zodat hun producten niet in de Russische oorlogsmachine terechtkomen.
En de EU moet het volle gewicht van haar collectieve economische kracht en haar strafrechtsysteem inzetten tegen degenen die meewerken aan het omzeilen van sancties.
Door ze met naam en toenaam te noemen, te bestraffen en te vervolgen.
Ten vierde en tot slot. Als we naar de wereld kijken, zien we een aantal verontrustende trends, die allemaal geopolitieke vertakkingen op lange termijn hebben. Internationale instellingen zijn in het defensief. Democratie en mensenrechten worden openlijk in twijfel getrokken. En hoe slecht Rusland het ook doet op het slagveld, ik moet toegeven dat het succesvoller is in het wereldwijd verspreiden van valse waarheden dan ik zou willen.
Zowel individuele landen als de EU als geheel moeten dus diplomatiek actiever worden. We hebben een assertievere en gecoördineerde diplomatie, een grotere mondiale aanwezigheid en een veel en veel intensievere samenwerking met onze vrienden in het Gobal South nodig.
We moeten ons meer inspannen om contacten te leggen, gebieden van gemeenschappelijk belang te vinden en samen te werken op gebieden als energie, handel, klimaatverandering en strategische grondstoffen.
In veel landen in het Global South is Europa al een van de grootste investeerders, handelspartners of de grootste verstrekker van ontwikkelingshulp.
De EU moet nu leren deze posities strategisch te coördineren.
Ons handels-, investerings-, ontwikkelingssamenwerkings-, en buitenlands en veiligheidsbeleid maken samen deel uit - of zouden dat moeten doen - van een wereldwijd EU-beleid om onze waarden te bevorderen en onze belangen te verdedigen.
Vooral in deze tijden is het aan ons om strategische partnerschappen op te bouwen door te luisteren naar wat andere landen eigenlijk nodig hebben en door samen te werken op gebieden waar we wederzijds voordeel kunnen behalen.
Zodat wat wij aanbieden steeds aantrekkelijker is dan wat andere landen aanbieden.
Om onze boodschap te laten weerklinken, zullen wij investeren in sterkere betrekkingen met Afrika, Azië en Noord- en Zuid-Amerika.
Ongekende tijden
Dames en heren, beste studenten,
Ik wil afronden. We leven in ongekende tijden. En toch is wat onze burgers van ons verwachten even fundamenteel als gerechtvaardigd. De Europese burgers verwachten dat hun politici, hun landen en hun Unie hen beschermen. Om hen te beschermen tegen de toenemende bedreigingen van buiten onze continentale grenzen.
Het is aan ons om dit waar te maken
Wij hebben de capaciteit en het potentieel om al deze zaken te doen.
Dus laten we de kans grijpen en ons continent klaarmaken voor de toekomst.
Dank u en ik wens u allen het beste.