Nederlands initiatief voor wereldwijd meer fietsgebruik op de COP

Tienduizend fietsexperts opleiden en inzetten in landen overal ter wereld. Daarvoor start staatssecretaris Heijnen vandaag op de klimaattop in Egypte een samenwerking met diverse maatschappelijke instellingen en overheden. In veel landen ontbreekt momenteel de kennis en expertise om veilige en comfortabele fietsinfrastructuur aan te leggen. Terwijl dat wel goed is voor het klimaat en de leefbaarheid. De eerste opleiding voor fietsexperts start naar verwachting volgend jaar.

Opleiden

De Dutch Cycling Embassy, een Nederlandse organisatie om fietsgebruik wereldwijd te promoten en de Transport Decarbonisation Alliance, een publiek-privaat samenwerkingsverband om transport te verduurzamen, gaan de opleidingen in ontwikkelingslanden samen vormgeven. Ze trekken daarin op met UNEP, de milieutak van de Verenigde Naties die veel ervaring heeft met vergelijkbare projecten in Afrika. Concreet gaat het bijvoorbeeld om verkeerskundigen en planologen, die leren hoe fietsstimulering werkt, en hoe infrastructuur kan bijdragen aan een veilige en goede plek voor fietsers in steden. Dat heeft veel voordelen. Voor het klimaat, de ruimte in de stad, de gezondheid en de schone lucht. Bovendien is fietsen en fietsinfrastructuur relatief goedkoop. De opstartkosten van 150.000 euro voor het opleidingsprogramma betaalt staatssecretaris Heijnen. Het uiteindelijke doel is in 10 regio’s wereldwijd 40 lichtingen met 25 deelnemers op te leiden, zodat de 10.000 bereikt wordt. In 2033 moet het klaar zijn.

Heijnen: “In Nederland hebben we geluk. We kennen al jarenlang de voordelen van fietsen en we hebben kennis en geld om te investeren in goede fietspaden en fietsenstallingen. Ik gun andere landen én ons klimaat dat ook. Daarom maken we vandaag deze afspraken. Ik roep hier op de klimaattop overheden, banken en ontwikkelingsorganisaties op om mee te investeren in de fiets”.

Een van de steden die al veel in fietskennis heeft geïnvesteerd is Qelimane, in Mozambique. Burgemeester Manuel de Araujo: “Quelimane is alleen de fietsstad geworden die het vandaag de dag is dankzij de opgebouwde kennis over gedragsverandering en het aanleggen van wegen voor fietsen en lopen. Onderwijs en trainingen zijn cruciaal om veilige, hoogwaardige infrastructuur aan te leggen voor actieve mobiliteit. Daarom hoop ik oprecht dat meer landen en financiële instellingen dit initiatief zullen ondersteunen."

Ook de Wereldbank ziet het belang van investeren in fietsinfrastructuur. Transportdirecteur Nicolas Peltier-Thiberge: “De Wereldbank is toegewijd aan het verduurzamen van transport en investeren in fietsen en voetgangers is een cruciaal element van deze transitie.”

Fiets op de klimaattop COP27

Het is de eerste keer dat de fiets zo’n grote rol op een klimaattop heeft. De nieuwe afspraken worden vandaag getekend op een fietsevent dat Nederland organiseert. Die bijeenkomst gaat over het beschikbaar maken van internationale financiering voor fietsinfrastructuur door ontwikkelingsbanken en in klimaatfinanciering. In het bijzonder voor ontwikkelingslanden waar dat geld niet altijd beschikbaar is. De vervoersbehoefte in veel ontwikkelingslanden stijgt snel en het heeft veel voordelen om daarbij direct naar de fiets te kijken. Aan het Nederlandse evenement doen onder andere de Wereldbank, het World Resources Institute, de European Cyclists’ Federation, UNEP en tal van steden, waaronder Utrecht, mee.
Ook in Nederland blijft er ondertussen veel aandacht voor het belang van de fiets. Staatssecretaris Heijnen heeft in Nederland afgelopen maandag voor 780 miljoen aan investeringen van het Rijk in doorfietsroutes, fietsenstallingen en fietstunnels en -bruggen bekend gemaakt.