Direct verbod op antidemocratische organisaties mogelijk
De Nederlandse democratische rechtsorde is geen vanzelfsprekendheid. Het kabinet werkt daarom voortdurend aan het weerbaar maken van onze samenleving tegen radicale antidemocratische krachten als extremistische organisaties en criminele bendes. Vandaag is daar weer een belangrijk instrument aan toegevoegd; de Eerste Kamer stemde in met het wetsvoorstel van minister Dekker voor Rechtsbescherming dat rechters meer mogelijkheden geeft om antidemocratische en ondermijnende organisaties snel te verbieden en ontbinden.
Minister Dekker:
“De democratische rechtsorde is het fundament onder onze open en tolerante samenleving. De vrijheden in onze samenleving moeten we koesteren, maar ook verdedigen tegen krachten die deze bedreigen. Dat kan om extremistische organisaties gaan, maar bijvoorbeeld ook om motorbendes die onze samenleving ontwrichten met intimidatie, drugscriminaliteit en witwaspraktijken. Met deze wet kan de rechter organisaties die in strijd komen met onze openbare orde sneller en effectiever verbieden.”
De wetswijziging is een aanscherping van artikel 2:20 van het Burgerlijk Wetboek, waarmee rechtspersonen ook nu al kunnen worden verboden. De aanscherping maakt de betekenis van dat artikel duidelijker, de toepassing effectiever en de werking sneller. Met behoud van de noodzakelijke waarborgen. Dat betekent dat het Openbaar Ministerie eenvoudiger kan bewijzen dat een organisatie moet worden verboden. Voortaan is concreter omschreven wat in Nederland in strijd is met de openbare orde, en de bewijspositie voor het OM is met de bepaling verlicht. Dat geeft de rechter ook meer houvast om over zo’n verbod te beslissen.
Het verbodenverklaring van een antidemocratische of ondermijnende organisatie wordt ook effectiever. De rechter kan al tijdens de procedure bevelen activiteiten van een organisatie stop te zetten. Leden die zo’n verbod negeren, zijn strafbaar. De rechter kan voortaan de middelen van de organisatie toebedelen aan de staat, waardoor dit geld niet kan worden gebruikt om de activiteiten in een andere organisatie voort te zetten. En de straf op voortzetting van de organisatie is verdubbeld. Wie na een definitief verbod toch nog doorgaat, krijgt een gevangenisstraf van twee jaar. Dat was één jaar.
De drijvende krachten achter extremistische en criminele organisaties worden stevig aangepakt. Voorheen lag de nadruk alleen op organisaties zelf. Nu krijgen leidinggevenden van verboden organisaties in principe een bestuursverbod van drie jaar of meer. Dit voorkomt dat zij ongehinderd door kunnen gaan met hun antidemocratische of ondermijnende activiteiten in een andere organisatie.