Inleidend statement persconferentie na ministerraad 3 juli 2020
Inleidend statement van minister-president Rutte tijdens de wekelijkse persconferentie van 3 juli 2020. Over onder meer het coronavirus en de overheidsfinanciën. Bekijk de hele persconferentie via YouTube. Of lees de letterlijke tekst van de persconferentie.
Inleidend statement persconferentie na ministerraad 3 juli 2020
Minister-president Rutte:
Een paar punten ter inleiding. Het was vandaag de laatste ministerraad voor Martin van Rijn. Hij is er nog tot volgende week, maar volgende week vrijdag is hij weg. En ik moet zeggen: wij hebben afscheid genomen vandaag in de ministerraad. We zullen ook nog op andere plekken afscheid nemen. Maar waardering is echt enorm bij de collega’s voor wat hij heeft gedaan, hoe hij is ingesprongen half maart. En de bijdrage die hij heeft geleverd bij het zovele mogelijk onder controle brengen van de coronavirus uitbraak. En ik heb daar ook mijn grote waardering, mijn grote dank vanmorgen naar Martin uitgesproken. Echt bijzonder als je dan belt en zegt: we hebben je nodig. Dat die man zegt: oké, ik kom. Dat zijn altijd mooie momenten.
Tegelijkertijd het is niet weg. Als je wereldwijd nu kijkt naar het coronavirus, maar goed dat kunnen we Martin niet aanrekenen, dan zien we natuurlijk dat het over hele grote aantallen gaat. Inmiddels een recordaantal van 11 miljoen besmettingen en 500.000 mensen die zijn overleden aan het virus. En op dit moment neemt het nog snel toe. In landen als de Verenigde Staten, Brazilië, India en ook in Europa zien we lokale brandhaarden. In Nederland zoals u weet is het aantal besmettingen inmiddels dalend. Evenals het aantal mensen wat in het ziekenhuis ligt, of zelfs op de intensive care is behoorlijk gedaald. En daarom ook de stappen die zijn gezet naar een zekere versoepeling van de maatregelen ook deze week. Eergisteren, woensdag. Maar ik blijf erbij zeggen. Die ruimte die hebben we met elkaar verdiend. En die ruimte moeten we ook met elkaar zien vast te houden. Want als je naar het internationale beeld kijkt dan zie je dus hoe groot het risico nog steeds is. Het is onder ons, dat kan weer oplaaien. En dan zouden eventuele aangescherpte maatregelen weer nodig zijn. Je ziet het ook deze week, Portugal. Het reisadvies moeten aanpassen voor een paar steden daar, Porto en Lissabon. Omdat daar het aantal besmettingen lokaal weer aan het oplopen is en dat is niet Amerika, Brazilië of India. Dat is hier in Europa. En dat betekent ook dat we ons moeten blijven houden aan de basisregels wat we eigenlijk gemiddeld genomen eigenlijk heel goed doen. Belangrijkste blijft toch thuisblijven bij klachten, je meteen laten testen. Als je buiten bent de anderhalve meter afstand. Drukte vermijden. Handen wassen en alle andere afspraken die we met elkaar hebben gemaakt als we dat doen. En zeker op straat en buiten die anderhalve meter, dan heeft zo’n virus weinig toekomst als we dat met elkaar volhouden. Maar goed, op zichzelf – laten we ook daar reëel over zijn- de cijfers zijn gewoon op dit moment positief. Dat is natuurlijk goed nieuws. Maar mijn pleidooi is, laten we dat met elkaar vasthouden. Want het is ook weer terug als we niet oppassen.
Dan is er tegen de achtergrond van die coronacrisis ook een economische crisis, ook in Europa. En bij veel andere landen. En dat leidt ertoe dat er volgende week – nee over twee weken – op vrijdag een extra Europese raad is. Die is belangrijk omdat het, natuurlijk bijzonder omdat we daar gaan praten over: hoe ga je nou in Europa om met een gezamenlijke reactie op dit vraagstuk. Hoe kun je elkaar helpen. En hoe zorg je ervoor dat landen die wat meer hulp nodig hebben ook de nodige hervormingen doorvoeren zodat ze een volgende keer die hulp niet nodig hebben en het zelf kunnen oplossen. Het is ook bijzonder omdat het de eerste raad is waarbij Duitsland het roterende voorzitterschap stoel vervuld. Niet van de vergadering, dat is natuurlijk de vaste voorzitter. Maar wel van de Unie. En het is bijzonder omdat we elkaar voor het eerst weer in lange tijd zoals het er nu naar uitziet live gaan treffen in Brussel. In de aanloop naar die raad zullen er ook veel gesprekken zijn hier in Nederland. Misschien ook in het buitenland met collega’s om dat goed voor te bereiden en daar zie ik ook naar uit om te kijken of het lukt daar tot compromissen te komen.