Overeenstemming over flexibele opvang asielzoekers
Provincies, gemeenten en het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) slaan de handen ineen om de asielopvang beter te organiseren. Zij gaan het komende half jaar aan de slag met het maken van concrete plannen om de asielopvang in hun regio’s flexibeler te maken. Dat zijn de leden van de Landelijke Regietafel Migratie en Integratie (LRT) gezamenlijk overeengekomen. Hiermee worden de geleerde lessen van de verhoogde asielinstroom uit 2015 en 2016 omgezet in praktische afspraken voor de komende jaren, zo schrijft de LRT vrijdag in een brief aan alle burgemeesters en Commissarissen van de Koning.
Door de samenwerking moet er in de toekomst beter ingespeeld kunnen worden op fluctuaties in de asielinstroom. Ook kan er beter aansluiting gevonden worden met inburgering, integratie of terugkeer. Dit wordt bereikt door drie soorten asielopvang vorm te geven: Gemeenschappelijke vreemdelingenlocaties (gvl) waar asielzoekers de procedure starten en kunnen doorlopen. Daarnaast komen er satellietlocaties, waar asielzoekers terecht kunnen als ze niet op een gvl hoeven te verblijven. Ook komen er regionale opvanglocaties waar kansrijke asielzoekers en vergunninghouders een begin kunnen maken met integratie dichtbij de gemeente van uiteindelijke huisvesting.
Belangrijke stap
Met de afspraken in de zogeheten Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen is volgens de bestuurders een belangrijke, volgende stap gezet in de samenwerking naar een flexibeler asielsysteem. Zo worden bijvoorbeeld meer opvanglocaties flexibel ingericht, zodat in rustiger tijden naast asielzoekers ook andere bevolkingsgroepen hier tijdelijk kunnen wonen. Hierbij valt te denken aan arbeidsmigranten, jongeren, studenten en spoedzoekers.
Meer opvang nodig op korte en lange termijn
Met de nieuwe afspraken wordt ook toegewerkt naar een betere verspreiding van het aantal opvangplekken over Nederland. Daardoor is het aantal plekken die regio’s op de middel lange termijn moeten realiseren per regio verschillen. Tevens is een inspanning nodig op de korte termijn: per provincie gaat dat om circa 400 opvangplekken extra. Het COA zit momenteel zo goed als vol en heeft in totaal nu 5000 extra plekken nodig.
Kleinschaliger opvang
Daarnaast heeft staatssecretaris Ankie Broekers-Knol (Asiel en Migratie) besloten om de mogelijkheid te bieden om op een aantal locaties te experimenteren met een omvang van 150 opvangplekken. Gemeenten hebben behoefte aan het testen van kleinschaliger opvang, om zo te bezien of dit de integratie bevordert en het draagvlak voor de komst van een asielzoekerscentrum vergroot. Tegelijkertijd kan het Rijk onderzoeken hoe de kosten voor dit soort kostbare opvang gedrukt kunnen worden. Naast deze kleinere locaties blijven grotere locaties cruciaal om aan de vraag naar opvangplekken te kunnen voldoen.
Vergunninghouders
Vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken wordt verder een programmamanager aangesteld die gemeenten gaat helpen om meer vergunninghouders van huisvesting te voorzien. Momenteel wachten 5600 mensen met een verblijfsvergunning in een asielzoekerscentrum op een woning. Door de maatregelen rond corona en de schaarste op de woningmarkt, heeft het doorplaatsen naar gemeenten vertraging opgelopen.
LRT
Aan de LRT nemen de ministeries van Binnenlandse Zaken, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Justitie en Veiligheid deel, evenals Jetta Klijnsma namens de Commissarissen van de Koning, Theo Weterings namens de VNG, Jan de Reus namens het Interprovinciaal Overleg (IPO) en het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). De bestuurders komen regelmatig bij elkaar om afspraken te maken over migratie en integratie.