Toespraak van minister Van Engelshoven bij het 75-jarig bestaan van De Bezige Bij
Toespraak van minister Van Engelshoven bij het 75-jarig bestaan van De Bezige Bij, op 10 december 2019 te Amsterdam.
Eigenlijk past nu alleen stilte.
Maar daarvoor ben ik natuurlijk niet uitgenodigd:
Om hier stil te zijn.
Ik word geacht de stilte te doorbreken om – hier, voor u - een paar woorden te mogen zeggen.
En dat vind ik een grote eer.
Want de Bezige Bij is niet alleen een gerespecteerd literair huis.
Het is een instituut,
met een heldhaftige ontstaansgeschiedenis.
Opgericht tijdens de Bezetting,
in een tijd waarin woorden het verschil konden maken tussen leven en dood.
In die tijd redden de oprichters van De Bezige Bij mensenlevens met de verspreiding van diezelfde woorden,
door het verzet te financieren met opbrengsten van de uitgeverij.
Die strijd voor het vrije woord is nooit opgehouden.
De Bezige Bij is al 75 jaar een baken in onze Republiek der Letteren.
En in vrijwel elke boekenkast van Nederland en Vlaanderen zoemt het nog steeds van de bijtjes.
Die strijd voor het vrije woord is nooit opgehouden
Ik kan u daar als minister voor Cultuur, maar ook als de lezer Ingrid van Engelshoven, niet genoeg voor danken.
En ik spreek de hoop uit dat dit huis nog vele jaren zijn werk voor het vrije en literaire woord zal kunnen voortzetten.
Het lijkt me passend vandaag met enkele dichtregels af te sluiten.
Ze staan hier op de muur,
maar ook op het plein van de Galvanischool in Den Haag, waar Remco als kind les kreeg.
De kinderen die daar nu op school gaan, kunnen zijn woorden nog elke dag lezen.
‘Verzet begint niet met grote woorden
maar met kleine daden
zoals storm met zacht geritsel in de tuin
of de kat die de kolder in zijn kop krijgt’
‘Verzet begint niet met grote woorden maar met kleine daden'
Verzet begint niet met grote woorden
Maar met woorden kun je wel verzet plegen.
Dank u wel.