Asielstelsel solide, uitvoering moet beter

Het kabinet onderschrijft de conclusie van de commissie-Van Zwol dat de aandacht de komende jaren vooral moet liggen bij een goede uitvoering van asiel- en terugkeerprocedures, omdat het daar nu te vaak vast loopt. Dat staat in een brief van staatssecretaris Broekers-Knol van Justitie en Veiligheid aan de Tweede Kamer waarmee de ministerraad heeft ingestemd.

De commissie-Van Zwol deed onderzoek naar alle aspecten die eraan bijdragen dat vreemdelingen zonder verblijfsrecht langdurig in Nederland verblijven. Aanleiding vormde de gebeurtenissen rond de geplande uitzetting van twee Armeense kinderen. De commissie stelde vast dat het Nederlandse asielbeleid en de asielpraktijk fatsoenlijk op orde is, maar dat wel tastbaar moet worden gestuurd op snelheid en tijdigheid van asielprocedures en aan versterking van terugkeer.

‘Er is nog een wereld te winnen, maar niet met grootschalig, nieuw beleid. We moeten eerst goed doen wat we binnen de regels al kunnen doen. Daar zet het kabinet de komende jaren op in, samen met de uitvoerende diensten’, aldus de staatssecretaris. Daarbij onderschrijft ze de conclusie dat de asielpraktijk permanent werk in uitvoering is.

Stabiele financiering

Een eerste belangrijke stap om tot betere uitvoering te komen, is zorgen voor stabiele financiële en personele capaciteit, zoals de commissie ook aanbeveelt. Om te voorkomen dat er nogmaals ontijdig personeel wordt afgeschaald, zoals in 2017 gebeurde, is eerder dit jaar door het kabinet besloten om de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) structureel te financieren. Daarvoor wordt jaarlijks 100 miljoen euro uitgetrokken.

Daarnaast adviseert de commissie om goed te sturen op de doorlooptijden bij de IND. Ook die aanbeveling neemt de staatssecretaris ter harte. Ze stuurt daarover nog voor de begrotingsbehandeling een brief aan de Tweede Kamer.

Eerste asielaanvraag

De commissie beveelt ook aan de eerste asielaanvraag zo zorgvuldig mogelijk te behandelen, omdat dit later in het proces vertraging voorkomt. Daartoe zou het volgens de commissie goed zijn om rechtsbijstand te blijven bieden aan de start van een asielprocedure. Het kabinet houdt op dit punt echter vast aan de afspraak in het regeerakkoord. Bij de uitwerking van deze maatregel ziet de staatssecretaris erop toe dat er aandacht is voor het waarborgen van een zorgvuldige behandeling van de eerste asielaanvraag.

Maatregelen

Het kabinet neemt de aanbevelingen van de commissie-Van Zwol grotendeels over. Zo wordt het indienen van kansloze herhaalde asielaanvragen ontmoedigd en wordt er gestart met casemanagement in dossiers van mensen voor wie het herkomstland reispapieren heeft verstrekt, waardoor de aanvragen sneller beoordeeld kunnen worden. Kinderen van 12 tot 15 jaar worden, wanneer zij dat willen, zo veel mogelijk zelf ook gehoord en bij de beslissing op de asielaanvraag maakt de IND meer inzichtelijk hoe het belang van het betreffende kind is gewogen.