Toespraak van minister Van Engelshoven bij de opening van het Trippenhuis

Toespraak door minister Van Engelshoven bij de heropening van de Tinburgenzaal in het Trippenhuis, op 14 oktober 2019 te Amsterdam

[Het gesproken woord geldt!]

Dank je wel Wim,

Beste mensen,

Fijn om tenslotte nog een paar woorden tot u te kunnen richten.

We hebben het zojuist uitgebreid gehad over interdisciplinaire samenwerking –

samenwerking die zich niets aantrekt van grenzen tussen vakgebieden of grenzen tussen onderwijs en onderzoek.

Ik wil daar een dimensie aan toe voegen, die nauw aansluit bij de plek waar we nu zijn:

de Tinbergenzaal.

Vernoemd naar Jan en Niko Tinbergen.

Niko was een bioloog die in 1973 de Nobelprijs voor geneeskunde kreeg,

Jan was een natuurkundige die in 1969, deze maand 50 jaar geleden, de Nobelprijs voor economie ontving.

Soms lijkt het alsof we onbekend terrein betreden als we het hebben over interdisciplinair werken.

Alsof we iets nieuws doen als we pleiten voor meer samenwerking over de grenzen van vakgebieden heen.

Maar dat is slechts schijn.

Het is van alle tijden.

Jan en Niko Tinbergen zijn er wereldberoemd mee geworden.

Iets vergelijkbaars geldt voor het Trippenhuis:

Tussen 1815 en 1885 hingen deze wanden vol met Hollandse Meesters.

Van de vloer tot aan het plafond.

De Nachtwacht had een mooie plek in de grote zaal van het linkerhuis, pal tegenover wat toen de grote publiekstrekker was: de Schuttersmaaltijd van Van der Helst.

Het Rijksmuseum woonde hier toen samen met de voorloper van de KNAW.

Kunst en Wetenschap onder één dak.

Ook toen al.

Beste mensen,

Als er één les is, die dit gebouw ons leert,

dan is het wel dat schotten er zijn om overheen te kijken.

Want het is maar de vraag of Jan Tinbergen zijn Nobelprijs had gekregen als hij zich had opgesloten binnen de grenzen van zijn discipline.

En je kunt je met evenveel recht afvragen of het Trippenhuis er wel zo mooi had bijgelegen als dat dwarsverband met de kunsten – en nu ook met het onderwijs – er niet was geweest.

Ik ben heel blij met de restauratie,

(En ik ben heel blij voor u dat die achter de rug is.)

Het heeft een prachtig Trippenhuis opgeleverd,

waar weer mooie, nieuwe kruisbestuivingen kunnen ontstaan,

en waar de genderbalans gelukkig ook weer enigszins in evenwicht is.

Dankzij de zalen die naar vrouwelijke wetenschappers zijn vernoemd en dit prachtige portret dat hier naast/achter mij staat.