Speech staatssecretaris Knops bij Dies Natalis Open Universiteit Heerlen

Dies Natalis Open Universiteit Heerlen, 26 september 2019, Parkstad Theater Heerlen
 

[GESPROKEN WOORD GELDT]

1.

Dames en heren,

Hartelijk dank voor de uitnodiging.
Ik begin graag met een citaat van Tom Ghelen, die werkzaam is bij consultancybedrijf Accenture op de Brightlands Smart Services Campus, hier in Heerlen. Hij zegt:

“Strategisch gezien is Heerlen een ideale plek. Midden in een regio met een geweldige concentratie aan universiteiten en hogescholen. Met een vijver waarin ruim 60.000 academische studenten zwemmen, in een straal van 100 kilometer. In het hart van de maakindustrie en de slimme dienstverlening. Een regio waar kennis vloeit, met beschikbaar talent. Daar wilden we als Accenture deel van uitmaken.” [Einde citaat][1]

De kansen van grensregio’s,

van de plek waar wij nu zijn,

blijven veelal onderbelicht en mogen meer worden benut.

De woorden van Tom Ghelen herkennen wij allemaal,

maar niet iedereen heeft het door!

De grensregio’s verdienen meer aandacht.

[1] https://www.brightlands.com/news/2019/accenture-werken-aan-limburg-als-digitale-europese-hotspot

2.
Dames en heren,

Ik wil u graag meenemen in een gedachtenexperiment.
Stel, Nederland is een uitgestrekt land zonder bebouwing.
Niets meer dan groen en water,

Een uitgestrekte vlakte.

Wij mogen ons land helemaal opnieuw inrichten.

Wat zouden we nu doen?

Ik denk dat we dan automatisch de kracht van regio’s zouden opzoeken.

Ik denk dat niemand dan zou denken:
Laten we een heleboel bedrijven en bewoners verzamelen in een dorp aan de Amstel,

waar het dan heel druk wordt,

zodat de leefbaarheid in gevaar komt.
En dan stoppen we er meer fietsen dan mensen in.
Dat zou niet logisch zijn.
Maar dat is nu wel de realiteit.

De regio’s verdienen meer aandacht en daar investeren we ook in.

Dat doe ik namens het Kabinet vanuit mijn Rijksvastgoedportefeuille door vastgoedposities in de regio in te zetten voor maatschappelijk rendement.
Maar er gebeurt meer.
Met de Regiodeal Parkstad Limburg investeert het Kabinet 40 miljoen euro.
Die deal heeft een internationale dimensie: de ligging in de grensregio biedt kansen om beter samen te werken met regio’s zoals Aken.

Maar alleen samen kunnen we de aandacht voor regio’s vergroten.

Daar wil ik vandaag graag met u bij stilstaan.


Dit vergt namelijk een grote verandering in ons denken.
Ik wil daar juist hier over spreken,

op een universiteit,

op een plek waar fundamenteel wordt nagedacht over vraagstukken die ons allemaal raken.

Dames en heren,

Vier uur geleden landde ik op Schiphol na een driedaags bezoek aan Sint Maarten en Sint Eustatius.
Als staatssecretaris voor Koninkrijksrelaties reis ik daar regelmatig naartoe om met eigen ogen een indruk van het wel en wee van de bevolking te krijgen.
Om te zien hoe de wederopbouw na de vernietigende orkaan vordert.

Toen ik gisteravond in het vliegtuig stapte, dacht ik:

Onder meej giet ut land voorbeej

Vliegtuug werkt zig umhoeg

de wolke door

Nog 12 oor en ut zonleech det brand in mien oeg

Ow ik hoap dat ik sloap

Meschien velt ut mèj

Als ik droëm van enne boëm in un zomerse wei.
Auto, Vliegtuug, d'n trein d'n boewt

Auto, Vliegtuug, d'n trein d'n boewt

Waat is de werreld toch groet.
Voor de niet-Limburgers: dat was Rowwen Hèze
 

U kent het misschien wel, als u zelf terugkomt van een reis.
Vanuit het vliegtuig,

als de landing in zicht komt,

door het raampje turend,

naar de inrichting van ons land.

Nederland van bovenaf.

Wat opvalt ten opzichte van andere plekken in de wereld:
De vele blokken woningen die soms lijnrecht naast en dicht op elkaar liggen.
Het strakke asfalt dat gebieden en mensen met elkaar verbindt.
Heel soms een kronkelende rivier.
Maar één ding vergeten we wel eens als we,

aanvliegend richting Schiphol,

dat strak gebouwde Nederland van boven zien:


Het is Nederland niet!

Het is een deel van Nederland.
Het is de Randstad.

Mijn toen zesjarige zoontje vroeg me een paar jaar geleden: papa, waarom zit de regering helemaal aan de rand van het land?
Dat is een goeie vraag.
Want er is wel een historisch antwoord maar met de bril van vandaag misschien minder logisch.

Wat mij betreft heeft de eenzijdige fixatie op de Randstad wel zijn langste tijd gehad.

We kunnen de enorme kansen daarbuiten,

zoals hier aan de grens in Heerlen,

veel beter benutten.


Om wat de regio hier te bieden heeft.
Zodat we geen grenzen stellen aan de groei, maar groeien aan de grens.
Dát is de verandering in denken die Nederland nodig heeft.

Als we Nederland dan opnieuw gaan inrichten, ga ik dus niet beginnen in het westen.
Mijn aandacht gaat dan uit naar de grensregio’s.

In grensregio’s kun je gunstig wonen.
Kun je genieten van ruimte, is het goed leven én werken.

Wie had 20 jaar geleden kunnen voorzien dat digitalisering zo disruptive zou zijn?
De digitale infrastructuur maakt je tegenwoordig ook minder afhankelijk van de fysieke infrastructuur.
Het zorgt voor een andere werkelijkheid waar de ordening zoals hij ooit ontstaan is, niet vanzelfsprekend logisch is, afgezet tegen de criteria die nu gelden voor ontwikkeling.
Digitale wegen en bereikbaarheid zijn minstens zo belangrijk als fysieke wegen!
 

Bij de herinrichting van Nederland zou ik, staand aan de tekentafel, eerst de
‘Atlas voor gemeenten 2019’ openslaan.
Want die studie, met als thema groei en krimp, toonde de kracht van de grensregio.

Die liet zien dat lijstjes van de meest aantrekkelijke steden er geheel anders zouden uitzien als je kansen en mogelijkheden over de grens in ogenschouw neemt.
De onderzoekers stelden dat juist net óver de grens in de meeste regio’s veel banen te vinden zijn.
Die andere blik op de werkelijkheid is belangrijk.
 

Maar ook,

dat taal- en cultuurverschillen,

verschillen in wet- en regelgeving en gebrek aan informatie over mogelijkheden en kansen aan de andere kant van de grens in de weg zitten.
Waardoor weinig mensen een baan in het buitenland,

vlak over de grens,

als optie zien.

Ze denken dat er allerlei belemmeringen zijn. Vaak ten onrechte.
Ik hoop dat de grensinfo-punten die misverstanden helpen oplossen.
Voor die loketten, waar je terecht kan met vragen over werken over de grens, hebben we de financiering voor de komende jaren geregeld.
Dat spraken Nederland, Noordrijn-Westfalen en de regio’s op 9 mei af op de eerste grenslandconferentie in Venlo.

Geachte aanwezigen,

Ik maak me zorgen over het gebrek aan kennis van elkaar over de grenzen.
Daar moet verandering in komen.
Om taal- en cultuurverschillen te verkleinen,

maken we jongerenevenementen mogelijk.

Events waarbij Nederlandse en Duitse jongeren elkaar tegenkomen.
Op het terrein van sport en cultuur.
Want je leert elkaar pas kennen, als je elkaar ontmoet.
En het begint bij de nieuwe generatie.
 

Samenwerking begint bij dit soort lokale initiatieven.
En als wetten en regels in de weg zitten,

helpen wij die problemen oplossen.
Dat doen we samen. Met onze buren in Noordrijn-Westfalen en Vlaanderen.

Daarnaast pakken we ook het gebrek aan bruikbare informatie aan.
Het is mooi dat het Centraal Bureau voor de Statistiek,

net als de OU hier in Heerlen neergestreken als antwoord op de mijnsluitingen,

een dataportaal voor grensoverschrijdende statistieken bouwt.
Data is het nieuwe goud, in de traditie van het zwarte goud dat hier 50 jaar geleden  werd gewonnen.


Dames en heren,
 

Laten we teruggaan naar ons gedachtenexperiment.

U heeft het wel gemerkt,

als het aan mij ligt verschuiven we het zwaartepunt van Nederland van links naar rechts.
Geografisch gezien dan.
(…)

Zonder gekheid.

In de grensstreken van Nederland liggen kansen.

En overal wordt het goede voorbeeld gegeven.

Staand boven de tekentafel met daarop de kaart van Nederland richt ik eerst de lamp op de bovenkant.
Want je zou datacenters aan de kust kunnen bouwen, in Groningen bijvoorbeeld, in plaats van in Amsterdam.
Dan hoef je duurzame energie van windmolens niet helemaal naar het dorp aan de Amstel te brengen.
Google, een van de grote smart techs, had dat ook door.
Zij streken neer in de Groningse Eemshaven.
 

Daar weten ze wel raad met de ruimte, ook voor duurzame energie, en de beschikbaarheid van koelwater.

Daarna richt ik de lamp op het zuiden van Nederland waar ook kansen liggen.
Er zijn Belgen die in Gent werken maar graag in Zeeuws-Vlaanderen willen wonen.
Vanwege de lage huizenprijzen en de ruimte.
Wanneer die voordelen aandacht krijgen,

dan gaan mensen die willen wonen in de drukke stad, met bijbehorende torenhoge prijzen, misschien wel twijfelen. Is dit wel de beste keuze?
En terecht.


In juni publiceerde Rabobank weer de eigen index die de ‘brede welvaart’ in regio’s meet.[1]
Dat gebeurt aan de hand van elf onderwerpen, waarbij niet alleen economische groei belangrijk is.
Rabobank keek ook naar thema’s als woontevredenheid, gezondheid en milieu.

De Randstad blijft achter: de drie grootstedelijke regio’s Groot-Amsterdam, Groot-Rijnmond en Agglomeratie ’s-Gravenhage scoren het laagst.

Zo biedt de grensregio meer wat de Randstad niet heeft.
Afzetmarkten als het Ruhrgebied en België,
een voordeel voor bijvoorbeeld Greenport Venlo en logistieke knopen in Oost Nederland.

Laat ik de lamp boven de kaart van Nederland ten slotte op deze regio richten.
Als je bewust bent van de potentie van dit gebied,

als je goed de kansen in kaart brengt,

dan ligt deze regio niet in de periferie van Nederland.
Dan is het een economisch en cultureel bruisend gebied.
En het heuvelland met schitterende vergezichten.

De veerkracht na de mijnsluitingen is indrukwekkend.
Neem uw universiteit.
De cijfers in de Keuzegids Universiteiten 2019 liegen er niet om.
De OU is derde van de veertien in de lijst beste universiteiten van Nederland.

De bachelor Bedrijfskunde is de beste van Nederland.

Net als de bachelor Psychologie en de bachelor Informatiekunde.

De OU is uniek door zijn opzet, door het onderwijs op afstand dat juist dáárom voor iedereen toegankelijk is. Inclusief.
De OU heeft de afgelopen 35 jaar bewezen een onmisbare parel in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek te zijn.

De Gouden driehoek van overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen komt in deze regio prachtig tot uiting in het onderzoek naar de komst van de Einstein-Telescoop, die ondergronds zwaartekrachtsgolven moet gaan meten.
Het observatorium zal van groot belang zijn voor de internationale natuur- en sterrenkunde.

Zuid-Limburg kwam daarvoor in beeld.
Door de stevige bodem, maar ook door het goede netwerk dat er al is.
Neem de kennis- en onderzoeksinfrastructuur:
De Universiteit Maastricht, Belgische Universiteiten, de Rheinisch-Westfälische Technische Hochschule uit Aken en bedrijven uit de regio bestuderen samen de mogelijkheden voor de telescoop in Limburg.

Ik wil maar zeggen:

We moeten de grensoverschrijdende potentie van dit gebied aan iedereen in Nederland duidelijk maken!


3.

Dames en heren,

Om Nederland van boven te zien,

hoef je niet per se in een vliegtuig te zitten.
Je moet alleen de wil hebben om vanuit een ander perspectief naar de kaart te kijken.
Dat vraagt een andere blik op de werkelijkheid.
En daarmee op de kansen in Enschede, Nijmegen, Roosendaal, Terneuzen en Parkstad.


Want: hoe meer ogen erop je gericht worden, hoe meer je in het middelpunt komt te staan.
En zo kunnen er nieuwe centra in Nederland ontstaan.
Ik blijf daarvoor mijn best doen vanuit het Kabinet.
Als Limburger,

en als Nederlander die kansen wil benutten, wáár ze ook aan de oppervlakte komen.

Laten we de rest van het land laten zien wat we hier in huis hebben.

Hier,

op de verjaardag van de Open Universiteit,

die al 35 jaar het goede voorbeeld geeft.

Dank u wel.

[1] https://economie.rabobank.com/publicaties/2019/juni/brede-welvaart-pas-na-tien-jaar-boven-niveau-van-voor-de-economische-crisis/