Toespraak van minister Hugo de Jonge bij de opening van het hogeschooljaar van de Hogeschool Rotterdam
Op maandag 02 september 2019 sprak minister De Jonge (VWS) bij de opening van het hogeschooljaar van de Hogeschool Rotterdam.
Beste mensen,
Wat een feest om hier vandaag het hogeschooljaar te openen.
Voor mij als Rotterdamse hbo’er helemaal - al zat ik dan op die andere Rotterdamse hogeschool.
Toch voelt het als een thuiswedstrijd.
In 1995 zat ik hier vlakbij op de PABO.
Enorm vormende jaren.
Ik werd toen niet alleen verliefd op Rotterdam, ik raakte ook verliefd op het onderwijs.
Op het grote verschil dat je als leraar kunt maken in het leven van een kind.
Omdat school de plek is waar talent wordt ontdekt, wordt ontgonnen en wordt waargemaakt.
Omdat school een plek is van een nieuwe kans, elke dag opnieuw.
Mijn laatste stage liep ik op basisschool de Akker in de Millinxbuurt op Zuid en daar kreeg ik ook mijn eerste eigen klas.
Destijds een beruchte wijk, doordrenkt van drugsoverlast, armoede, schulden en werkloosheid.
Een plek waar gezinnen zo snel mogelijk van weg wilden gaan.
Veel kinderen in mijn klas kregen van huis uit te weinig mee van wat je alle kinderen gunt.
Aandacht, richting, grenzen, liefde.
En tegelijkertijd kregen ze juist te veel mee van wat je kinderen níet gunt.
Volwassen problemen, huiselijk geweld, armoede, drugsoverlast.
Juist daar ontdekte ik hoe betekenisvol je als leraar in het leven van kinderen kunt zijn.
Op Zuid heb ik geleerd dat je je niet hoeft neer te leggen bij hoe de dingen zijn.
Zeker niet als het over de toekomst gaat.
Ik kom nog steeds leerlingen uit mijn eerste klas tegen.
Als ik zie wat ze zijn geworden en voor elkaar hebben gekregen in het leven…(sommigen ook via de schoolbanken van de Hogeschool Rotterdam)...
Dat zijn dingen waar je hoop van krijgt en de les uit moet trekken: we hebben de opdracht de dingen ten goede te keren.
We hebben een plicht tot optimisme.
En die plicht vraagt van ons om groot te denken.
Misschien wel groter dan we denken aan te kunnen.
Omdat groot denken ons in staat stelt tot grote prestaties.
Prestaties van wereldformaat.
Deze zomer was het 50 jaar geleden dat ‘de eerste mens’ voet op de maan zette.
Een resultaat van groot denken en jaren doorzetten.
In die control room in Houston werkten bijna uitsluitend pas afgestudeerden.
De gemiddelde leeftijd was er 27 jaar.
Twintigers die een vak hadden geleerd, maar met dat vak nu heel nieuwe dingen moesten gaan ontdekken.
Twintigers die slim waren, maar die vooral onvoorwaardelijk met elkaar samenwerkten.
Die met hun leiderschap, hun branie en hun vakkennis Neil Armstrong en Buzz Aldrin in 1969 op de maan lieten landen.
A small step for a man, a giant leap for mankind.
In een wereld zonder pc’s die voor ze konden nadenken.
In een wereld, waarin er geen internet was, om even gauw iets op te zoeken.
Er zit een mensenleven tussen de wereld van toen, en de wereld van vandaag.
Maar toch kunnen we genoeg lessen trekken uit de tien jaar die het kostte om die eerste stappen op de maan te zetten.
Toen waren het twintigers die aan een opdracht begonnen waarvan ze op voorhand wisten wat de uitkomst moest zijn, maar waarvan de weg ernaartoe hun voorstellingsvermogen te boven ging.
Het enige wat ze zeker wisten, was dat het moest lukken, en dús lukte het ook.
Beste studenten, ik richt me nu even speciaal tot jullie,
Vandaag staan we ook voor vraagstukken die ons voorstellingsvermogen ver te boven gaan.
De grote vragen van de toekomst, zijn ook de vragen waar de twintigers van nu hun tanden in zullen moeten zetten.
Neem de vergrijzing. We weten dat die ons land enorm gaat veranderen.
Vanaf vandaag verdubbelt het aantal 75-plussers tot aan 2040, het aantal 90-plussers verdrievoudigt en het aantal mensen boven de 100 jaar verviervoudigt.
Tegen de tijd dat jullie eind dertig zijn, zijn er dus heel veel oudere mensen bijgekomen.
En we weten dat helaas niet iedereen gezond blijft: het aantal mensen met dementie zal bijvoorbeeld verdubbelen.
Het aantal mensen dat meerdere chronische ziektes heeft neemt ook toe.
In jullie toekomst hebben dus meer mensen zorg nodig.
Maar tegelijkertijd zijn er ook minder mensen om die zorg te leveren, omdat de arbeidsmarkt juist krapper wordt.
Hoe organiseren we dan onze zorg?
Welke innovaties kunnen ons daarbij helpen?
Een van de grote vraagstukken van morgen is de verdeling van die schaarste op de arbeidsmarkt.
Want dat is wat jullie talent wordt: het wordt schaars.
Laat me dat uitleggen.
Nu al werkt 1 op de 7 mensen in de zorg.
Maar stel dat we de wereld op dezelfde manier zouden organiseren als we vandaag doen, dan zouden dat er in 2040 1 op de 4 moeten zijn.
Dat gaat natuurlijk niet.
De zorg is niet de enige sector die staat te trappelen om de mensen die hier vandaag beginnen.
Wat te denken van de techniek, defensie, het onderwijs?
De hele arbeidsmarkt schreeuwt om jullie talent.
In de categorie grote vragen van de toekomst, de vragen waar de twintigers van nu hun tanden in zullen moeten zetten: wat te denken van het aanpakken van het klimaatprobleem?
Wij zijn de laatste generatie die daarin nog echt het verschil kan maken voor de generatie na ons.
Daar is jullie talent ook ongelooflijk hard bij nodig.
Want het is onze dure plicht om onze planeet beter door te geven aan onze kinderen en kleinkinderen, dan dat we hem gekregen hebben.
We kunnen niet met de aarde blijven omgaan alsof we de laatsten zijn die erop leven en dus alles op mogen maken.
We zullen naar andere oplossingen moeten zoeken.
Betere oplossingen.
En die oplossingen zijn dichterbij dan we denken.
Niet in Sillicon Valley, maar hier, op de Hogeschool Rotterdam.
Bij de opleiding Automotive, waar studenten dag in dag uit het hoofd breken over hoe mobiliteit slimmer en schoner kan.
Het gebeurt bij de opleiding Watermanagement, waar studenten studeren op de bescherming van ons kwetsbare land tegen de stijging van de zeespiegel.
En bij de opleiding Bouwkunde, waar wordt gewerkt aan klimaatneutrale scholen, woningen en ziekenhuizen.
Het zijn de mensen van die opleidingen, van wie we nu al weten dat we ze heel hard nodig hebben om voor een beter klimaat te zorgen.
Om wie de arbeidsmarkt staat te trappelen.
Ik zei het al: de hele arbeidsmarkt schreeuwt om jullie talent.
Het is niet voor niet dat de numerus fixus van verpleegkunde-opleiding is afgehaald.
En gelukkig is de instroom van studenten daarmee verdubbeld.
Dat betekent trouwens ook dat de werkgevers die staan te springen om die verpleegkundigen, vervolgens wel moeten helpen door voldoende stageplekken te garanderen.
Daarvoor is verstandig overleg in de regio tussen de hogescholen en de werkgevers noodzakelijk.
We kunnen het onszelf niet veroorloven om onverstandige keuzes te maken in het verdelen van die schaarste van jullie talent.
We hebben hier lang de neiging gehad om te zeggen: kies vooral een studie die je leuk vindt, ga iets doen wat je motiveert.
Maar ‘leuk’ is niet de enige maat der dingen.
De samenleving van morgen verwacht meer van ons.
En daarvoor is het nodig dat we gaan nadenken over waar we in de toekomst ons geld mee willen gaan verdienen;
gaan nadenken over wat de vergrijzing voor impact heeft op de manier waarop we de zorg en onze samenleving gaan organiseren;
gaan nadenken over welke grote opdrachten het talent van onze beste mensen het hardst nodig hebben.
Als het over onze toekomst gaat, dan wordt het tijd om onze koplampen wat hoger af te stellen.
En dat is geen taak van alleen het kabinet, alleen het onderwijs, of alleen de werkgevers.
Het is de dure plicht van ons allemaal.
De dure plicht om onze studenten echt voor te bereiden op de arbeidsmarkt van morgen.
Want als we door onze oogharen naar de toekomst kijken, dan weten we best waar de grote vraag zit aan talent.
We weten dat die zit in de techniek, de zorg, de IT.
En dus zou een geleidere beroepskeuze richting die sectoren enorm helpen om onze arbeidsmarkt klaar te maken voor de dag van morgen.
In elke regio moet het duidelijk zijn welke opleiding kansrijk en minder kansrijk is, in welke richting we onze talenten het hardst nodig hebben.
Waar hebben we meer nodig, waar moet het dus met minder kunnen?
Het is noodzakelijk om daar in elke regio met kennisinstellingen, met het bedrijfsleven en met maatschappelijke partners concrete afspraken over te maken.
Daar moeten jullie het met elkaar over durven hebben.
Ik ben ervan overtuigd dat we met zulke afspraken onze jongeren naar een betere toekomst helpen met een verstandige, nuchtere studiekeuze.
Maar het is niet alleen kennis en gericht vakmanschap waar de toekomst om vraagt.
De complexe problemen vragen ook om mensen die met elkaar kunnen en willen samenwerken.
Studenten van verschillende opleidingen, met verschillende achtergronden.
Niemand is bij machte om al die moeilijke klussen in z’n eentje te klaren.
Maar meer nog dan dat, vragen de grote problemen van morgen om leiderschap.
Om jullie leiderschap.
Het is het soort leiderschap dat al die mensen in de control room van 1969 toonden.
Zij hadden het vermogen om hun eigen werk goed te doen, en daarin de mensen om zich heen mee te nemen.
Zij hadden het vermogen om hun eigen vak verder te ontwikkelen en daarmee prestaties van wereldformaat neer te zetten.
Zij hadden het vermogen om het onmogelijke mogelijk te maken – mensen te laten lopen op de maan – en ze daarna weer veilig thuis te laten komen.
Dat leiderschap is niet iets wat anderen voor je kunnen doen, maar wat je zelf mee moet brengen.
De verandering die nodig is begint morgen en jullie zijn degenen die het gaan doen .
We zitten hier allemaal om een betekenisvolle schakel te zijn naar de oplossingen van de toekomst.
Beste studenten, beste docenten,
Het mooiste van het onderwijs is dat je elke dag opnieuw begint.
Docenten, jullie hebben elke dag de prachtige taak om studenten te vormen.
En studenten, jullie hebben elke dag de mogelijkheid om hard te werken en het beste uit jezelf te halen.
Want jullie zijn de mensen op wie we rekenen.
Jullie zijn het, op wie de wereld zit te wachten.
We zitten te wachten op vakmensen, die zichzelf steeds weer opnieuw uitvinden.
En op leiders, die voor zich zelf een rol weggelegd zien bij de grote vraagstukken van de toekomst.
En op docenten en opleidingen die niet alleen toewerken naar een diploma, maar ook naar onze volgende ‘maanlanding’.
En ontstijg dus jullie hokje en werk samen, over grenzen heen.
En maak dus verstandige keuzes en haal het maximale uit de jaren die voor je liggen.
En toon dus leiderschap om die veranderende wereld van vandaag, tot jullie succes van morgen te maken.
Want alleen zo kunnen we het hoofd bieden aan al die grote uitdagingen waar ons land voor staat.
Alleen zo kunnen we jullie talent maximaal benutten.
En alleen zó kunnen van jullie dromen wereldprestaties maken.
Ik wens jullie een heel mooi studiejaar toe.