Sierteeltsector bundelt krachten voor meer verantwoorde productie: bedankt voor de bloemen
Vandaag wordt in het World Horti Center in Naaldwijk het Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO) convenant sierteeltsector ondertekend. De Nederlandse sierteeltsector heeft samen met de overheid, een vakbond en NGO Hivos afspraken gemaakt over meer verantwoorde internationale productie en handel van siergewassen. Het convenant wordt breed ondersteund door de sector en naar verwachting zullen in de komende maanden nog meer bedrijven aansluiten. Minister Kaag voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit tekenen het convenant namens de rijksoverheid. Vanuit de sector wordt het getekend door individuele bedrijven, Royal FloraHolland en vertegenwoordigende organisaties.
In eerste instantie worden op sector- en bedrijfsniveau sociale en milieu risico’s in kaart gebracht. In het eerste jaar worden in elk geval al projecten gestart op het gebied van leefbaar loon en de impact van gewasbeschermingsmiddelen op mens en milieu.
Brede scope
De scope van het convenant beslaat de ketens voor de veredeling en de productie van bloembollen, uitgangsmateriaal, snijbloemen, snijgroen, bomen en pot- en perkplanten. Nederland is een belangrijk knooppunt in de internationale sierteelthandel. Nederland exporteert wereldwijd voor 6 miljard euro aan bloemen en planten en importeert voor ruim 600 miljoen euro bloemen uit Afrika en ruim 100 miljoen uit Zuid-Amerika. Belangrijke importlanden zijn Kenia, Ethiopië, Ecuador en Colombia. Circa 600 Nederlandse handelsbedrijven zijn internationaal actief. Het convenant bouwt voort op het bestaande sectorinitiatief Floriculture Sustainability Initiative (FSI). De uitvoering van het convenant zal worden begeleid door IDH, the Sustainable Trade Initiative.
Waarom dit convenant?
Bedrijven moeten zich inspannen voor Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en duurzaam ketenbeheer. De maatschappij en de overheid verwachten dit. Bovendien is dit vastgelegd in internationale richtlijnen en verplichtingen zoals de uitgangspunten van de Verenigde Naties voor Bedrijfsleven en Mensenrechten, de Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en de fundamentele arbeidsnormen van de International Labour Organization (ILO). In Nederland zijn in de vorm van IMVO-convenanten inmiddels in 10 sectoren afspraken op dit gebied gemaakt.
Wat doet de overheid?
De Nederlandse overheid kan desgewenst met overheden in productielanden afspraken maken over bijvoorbeeld het wegnemen van eventuele importrestricties voor biologische gewasbeschermingsmiddelen en biostimulanten. De overheid spant zich daarnaast in om het convenant samen met vergelijkbare buitenlandse initiatieven op te schalen naar een Europese aanpak, zodat de impact groter wordt.