Toespraak minister Bijleveld-Schouten bij symposium 'Iedereen telt mee: nieuwe inzichten over diversiteit en inclusiviteit'

Minister van Defensie Ank Bijleveld-Schouten heeft een toespraak gehouden bij het Symposium 'Iedereen telt mee: nieuwe inzichten over diversiteit en inclusiviteit' bij de Stichting Hoop & Ontwikkeling in het Museum Volkenkunde in Leiden.

Good evening, ambassadors, guests,

It's a pleasure to be here today. We will be talking about two subjects that matter a lot to me, both personally and as a minister of Defence. The first subject is 75 years of freedom, and the second is diversity.

Please allow me to continue in Dutch.

Beste aanwezigen,

Het is misschien moeilijk te geloven, maar ik heb zelf meer dan eens gevoeld hoe het is om de meest "diverse" persoon in een gezelschap te zijn.
Ik heb gestudeerd op de - toen nog - Technische Hogeschool Twente, daar was ik één van de weinige vrouwelijke studenten.
Lange tijd was ik de enige vrouwelijke burgemeester in Overijssel…. en later de enige vrouwelijke Commissaris van de Koning.
Daarvoor was ik één van de eerste vrouwen die zwanger was in de Tweede Kamer. Zwangerschapsverlof was er niet. Mijn eerste dochter werd tijdens het zomerreces geboren; puur toeval! En voor de tweede moest ik me ziek melden. Voor belangrijke stemmingen kwam ik terug.
En u mag raden waarom zwangerschapsverlof er nog niet was. Omdat men natuurlijk uitging van het doorsnee Kamerlid… een man.

Dus ik weet hoe het voelt om niet alleen op te vallen om wie je bent… hoe het is om te voelen dat de omgeving waar je werkt, niet helemaal op jou berekend is… en hoe moeilijk het is om dan de status quo ook aan te passen, zodat ook jij gelijke kansen krijgt.

Ik heb u een klein kijkje in mijn leven gegeven. En nu wil ik samen met u kijken naar iemand anders' leven. Een leven waarin diversiteit ook een rol speelde…maar ook de 75 jaar vrijheid waar we het vandaag over hebben.

Het gaat om het leven van Boy Ecury.
Zijn volledige naam was: Segundo Jorge Adelberto Ecury.
Hij leefde maar 22 jaar. En in die veel te korte tijd toonde hij wat mij betreft buitengewoon veel moed.  
Boy werd in 1922 geboren op Aruba. Als zestienjarige jongen wilde hij naar een militaire academie op Puerto Rico, maar daar werd hij vanwege zijn huidskleur niet geaccepteerd.
Dus ging hij studeren in Nederland. Hij haalde hier een handelsdiploma.
Zijn studententijd was niet zoals die van de gemiddelde student hier in Leiden vandaag de dag... want Boy meldde zich al snel bij het verzet aan in de oorlogstijd. Hij hielp Duitse vrachtwagens in brand te steken; stal dekens uit een NSB-kringhuis, liet treinen ontsporen, hielp onderduikers en geallieerde piloten.
In 1944 bezocht hij op een dag de hoogmis in een Rotterdamse kerk. Nazi's herkenden hem en pakten hem op. Tegen zijn celgenoten zei Boy: "Ik zal sterven met een glimlach op mijn lippen." Een dag later werd hij gefusilleerd op de Waalsdorpervlakte. En ieder jaar worden op de Waalsdorpervlakte de klokken geluid voor Boy Ecury.
Een kort leven. Een dapper leven.
Boy verrichte heldendaden. En bedenk daar even bij dat hij als donkergekleurde jongen enorm opviel. Dan kan je alleen maar concluderen: Boy had zenuwen van staal en een hart van goud.

Ik vind het zelf belangrijk om dit verhaal te vertellen. De Tweede Wereldoorlog is ook aan het Caribisch deel van het koninkrijk niet voorbij gegaan. In Nederland is dat niet zo bekend.
Eerlijk is eerlijk - ik heb zijn verhaal al eerder verteld, als staatssecretaris Koninkrijksrelaties en op Aruba bij de viering van het Koninkrijk. Als ik niet staatssecretaris was geweest, en een op Aruba wonende tante had die me bij de les houdt, dan had ik 't niet geweten.

We moeten dus zelf die verhalen weer naar boven trekken - u wilt mij daar vast bij helpen.

Want er zit veel in dit verhaal dat het waard maakt om het keer op keer te vertellen.
De bereidheid om tot het uiterste te gaan. Om te beschermen wat ons dierbaar is. De getoonde moed, die onze militairen ook in zich hebben, als het erop aankomt. En zijn huidskleur, die het hem nooit makkelijk maakte en zelfs de toegang tot een militaire academie blokkeerde. Wat hebben die uiteindelijk aan talent misgelopen!

Want dat is wat er gebeurt, wil ik u vanavond zeggen, als je niet openstaat voor diversiteit, vind ik: je loopt talent mis.

(…)

We zijn nu vele jaren verder.
Bij onze Defensie werken burgers en militairen met verschillende culturele achtergronden; er werken mannen en vrouwen, gelovigen en atheïsten, mensen met verschillende geaardheden, transgenders.

Voor iedereen geldt hetzelfde: gelijk salaris, gelijke promotiekansen, dienstplicht is er sinds dit jaar ook voor meisjes; ook daar zijn mannen en vrouwen gelijkgesteld, ook als is er geen opkomstplicht op dit moment. En er zijn vrijwel gelijke toelatingseisen.

We houden bij Defensie alleen bij wie man of vrouw is, al het andere niet. Maar ik hoef geen cijfers te hebben om te weten dat het wat mij betreft wel wat meer divers mag. Ik ben geregeld de enige vrouw aan tafel; voor mij dan wel weer herkenbaar… Bij bezoeken aan kazernes en op een fregat zijn vrouwen vaak in de minderheid. En het is allemaal erg wit. Witte mannen van midden veertig, midden vijftig jaar.

Hoe komt dat? Er zijn meerdere redenen.
Een ervan is: uniformiteit hoort bij de krijgsmacht. In hoe je je kleedt. In hoe je je gedraagt: als onderdeel van een team dat een hoger doel nastreeft. Dat is van belang, want je moet 100% van elkaar op aankunnen als je met gevaar voor eigen leven je ergens inzet.
Maar die uniformiteit zorgt er weleens voor dat mensen het moeilijk vinden als iemand 'anders' is. Terwijl het natuurlijk niet uitmaakt op wie je valt of hoe je je identificeert - het maakt uit of je fysiek en mentaal klaar bent voor inzet.

Wat speelt er nog meer?
Aanname- en adviescommissies zien er vaak hetzelfde uit… En mensen zijn geneigd iemand aan te nemen die eruit ziet zoals zij. Meestal is dat: zoals hij.

Als commissaris van de koning heb ik me sterk gemaakt voor meer vrouwen als commissaris; in mijn periode groeide het aantal vrouwen van 1 naar 6.

En we weten allemaal: als je steeds hetzelfde blijft doen, dan krijg je steeds hetzelfde resultaat. Dan verandert er niks.

Gelukkig gebeurt er van alles om het roer om te gooien.
We hebben 4 netwerken waar ik ontzettend blij mee ben, want ze doen steengoed werk op het gebied van leeftijd, op het gebied van vrouwen, op het gebied van geaardheid en op het gebied van culturele achtergrond.

Zo bedenkt het multiculturele netwerk van Elvis Manuela - hoi Elvis - dat je ook moet gaan werven op het Kwaku festival in de Bijlmer.

En we varen als Defensie elk jaar mee tijdens de Gay Pride en staan, in ieder geval de afgelopen jaren, en wat mij betreft altijd al toen ik commissaris van de koning was, stil bij Coming Out Day.

Tijdens elke missie gaat er een geestelijk verzorger mee -een rabbijn, een imam, een pastoor.
Ik ga zelf binnenkort naar de Defensie Iftar. Ik ben zelf katholiek, en de mensen die ik daar spreek zijn natuurlijk islamitisch, maar we dienen uiteindelijk hetzelfde doel. En ik ga binnenkort ook naar de Paasviering van Defensie.   

Waarom vind ik dat zo belangrijk? En waarom vindt Defensie dit zo belangrijk?

Omdat we de beste mensen binnen willen krijgen. En dan moeten we eerlijk zijn: de deur heeft niet altijd wagenwijd opengestaan voor iedereen. Dat moeten we willen veranderen. De deur open zetten, zorgen dat mensen weten waar ze die kunnen vinden, en dat als je de drempel over bent, dat je je ook welkom voelt.

En dat dan hetzelfde van je gevraagd wordt als van ieder ander. Dezelfde strenge eisen gelden dus voor iedereen!
We doen dit dus omdat we de beste mensen willen hebben...en omdat het beste team wat mij betreft een divers team is. Een eenheid die op verkenning gaat bijvoorbeeld, haalt gewoon meer info op als er ook vrouwen in die eenheid zitten. Vrouwelijke blauwhelmen - women peacekeepers - kunnen meer inlichtingen binnen hengelen én zijn een rolmodel op plekken waar vrouwen vaak juist slachtoffer zijn. Dat is goed om ons te realiseren. Denk aan het Elsie Initiative. Eind vorig jaar sprak ik zelf nog een drietal vrouwelijke militairen in Afghanistan, die zich met hulp van een Nederlandse genderadviseur inzetten voor hun land…Ik vroeg: waarom doen jullie dit? En zij vertelden mij dat ze het doen voor hun kinderen. Want zonder veiligheid in hun land, en zonder stabiliteit in hun land, hebben hun kinderen uiteindelijk geen toekomst.

En dat alles tezamen wil ik tegen u zeggen: een diverse krijgsmacht is wat mij betreft een sterke krijgsmacht.

Beste mensen,

U kent artikel 1 uit de Grondwet vast uit uw hoofd. Ik vind het een belangrijk richtsnoer, en ik heb 'm in mijn werkkamer, geprint op een Delfts blauwe schaal. Komt - ie: "Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld."

Maar kent u ook artikel 97: "Ten behoeve van de verdediging en ter bescherming van de belangen van het Koninkrijk, alsmede ten behoeve van de handhaving en de bevordering van de internationale rechtsorde, is er een krijgsmacht." Dat staat er.

En wat ik nou zo graag zou willen, is dat artikel 1 en artikel 97 van de Grondwet dichterbij elkaar komen. Want als het om onze krijgsmacht gaat, dan is het zeker waar, dat we samen sterker staan.

En dan wil ik nu Elvis Manuela vragen om naar voren te komen.
Wat jij bent de voorzitter van ons Multiculturele Netwerk bij Defensie. Ik moet dit even voorlezen, een bewijs van waardering voor jou namens de Stichting Hoop & Ontwikkeling. Hier staat: "We thank you for your social commitment, with the aim of promoting social cohesion and safety within Dutch society by building bridges between different cultures."
Ik mag het je aanreiken, en ik hoop dat we even heel hard klappen voor Elvis, want het is heel belangrijk wat hij doet. Dank je wel Elvis.