Afbouw gaswinning Groningen op koers
De gaswinning uit het Groningenveld daalt al vanaf 2023 onder de vijf miljard Nm3. De maatregelen die het kabinet heeft genomen om de gaswinning in Groningen zo snel mogelijk te beëindigen, liggen daarmee op koers. Vooral door de bouw van een nieuwe stikstoffabriek in Zuidbroek en de verwachte extra inkoop van stikstof zal de gaswinning in Groningen na 2022 nog slechts in beperkte mate nodig zijn.
Dat schrijft minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat vandaag in een brief aan de Tweede Kamer. In maart besloot het kabinet de gaswinning in Groningen zo snel mogelijk te beëindigen waardoor het veiliger wordt in de regio. Uit de voortgangsbrief blijkt dat een aantal aanvullende maatregelen dat in maart is aangekondigd meer en sneller resultaat oplevert dan was voorzien. Zo kan er meer stikstof worden ingekocht waarmee hoogcalorisch gas uit de kleine gasvelden en uit het buitenland wordt omgezet in laagcalorisch gas. Dit leidt eind 2019 al tot een extra daling van de vraag naar laagcalorisch gas uit Groningen met 1 tot 1,5 miljard Nm3. Ook de versnelde afbouw van de export naar Duitsland verloopt voorspoedig.
De opbrengst van de aanvullende maatregelen en de oplevering begin 2022 van de nieuwe stikstofinstallatie in Zuidbroek leiden tot een scherpe daling van de resterende gaswinning uit het Groningenveld na 2022. In de periode daarna wordt de gaswinning in Groningen helemaal afgebouwd. Daarvoor wordt een operationeel afbouwplan opgesteld, waarbij ook de mogelijkheid om de buffer in de ondergrondse opslag bij Norg te vullen met geconverteerd hoogcalorisch gas wordt onderzocht.
De snelle daling van de gaswinning na 2022 heeft ook gevolgen voor de ombouw van de industriële grootverbruikers van Groningengas. Na 2022 zal de ombouw van Groningengas naar hoogcalorisch gas minder effect hebben op het terugbrengen van de gaswinning in Groningenveld. Er is dan namelijk voldoende stikstofcapaciteit om in een groot deel van het jaar alle nog aangeslotenbedrijven te voorzien van geconverteerd hoogcalorisch gas (pseudo-Groningengas). Dit maakt het mogelijk om bij de ombouw van de meeste industriële grootverbruikers direct in te zetten op duurzame alternatieven in plaats van op een tijdelijke overstap van laag- naar hoogcalorisch gas. Dit draagt ook bij aan de doelstellingen uit het Klimaatakkoord
Voor het behalen van het afbouwpad is het echter wel noodzakelijk dat de grootste verbruikers voor oktober 2022 van het laagcalorisch gas afschakelen. Het gaat in totaal om negen bedrijven die jaarlijks meer dan 100 miljoen Nm3 verbruiken. Met een aantal van deze bedrijven zijn reeds afspraken gemaakt over de ombouw. Omdat de ombouw van al deze bedrijven essentieel is voor het tijdig bereiken van het door het Staatstoezicht op de Mijnen geadviseerde veilige winningsniveau van 12 miljard Nm3, zal minister Wiebes deze bedrijven wettelijk verplichten om af te schakelen van Gronings gas. Voor zover noodzakelijk kunnen deze bedrijven aanspraak maken op nadeelcompensatie.