Vuist tegen mensenhandel
Nederland versterkt de aanpak van mensenhandel. We verbeteren de opvang en zorg voor slachtoffers, intensiveren de opsporing van daders en zetten in op een betere signalering van deze vormen van uitbuiting. Juist omdat mensenhandel op uiteenlopende manieren en in veel verschillende sectoren voorkomt, is de inzet van een breed scala aan partijen nodig voor een effectieve aanpak. Daarom trekt ‘Den Haag’ samen op met een groot aantal andere partners die concreet in onze straten, wijken en steden en zelfs in het buitenland betrokken zijn bij de aanpak van mensenhandel, zoals gemeenten, politie, openbaar ministerie, zorg, onderwijs en (internationale) ngo’s en organisaties. Dat staat in het programma “Samen tegen mensenhandel” dat de Ministerraad afgelopen vrijdag op voordracht van staatssecretaris Harbers (Justitie en Veiligheid) heeft vastgesteld en dinsdagavond naar de Tweede Kamer is verstuurd.
Mensenhandel kent vele gezichten en vele verschijningsvormen. Het meisje dat door haar zogenaamde vriendje wordt gechanteerd om seks met andere mannen te hebben en slachtoffer wordt van seksuele uitbuiting. Het jongetje dat wordt aangezet om in een supermarkt iets te stelen en ten prooi valt aan criminele uitbuiting. Of mensen uit het buitenland die te maken hebben met arbeidsuitbuiting en onder erbarmelijke omstandigheden te veel onbetaalde uren moeten werken. Mensenhandel gaat over meisjes en jongens, vrouwen en mannen die onder vaak mensonterende omstandigheden worden gedwongen te werken. Soms zelf vlak onder onze neus in de straat waar we wonen.
Staatssecretaris Harbers:
“Ik wil bereiken dat de mensenhandel boven water komt. Dat elke Nederlander het ziet, herkent en daar dan ook iets mee doet. Voor de meeste mensen is mensenhandel een ver-van-mijn-bedshow. Maar mensenhandel is dichterbij dan je denkt, terwijl het leed voor slachtoffers vaak onzichtbaar blijft. We hebben het dan niet alleen over seksuele uitbuiting en gedwongen prostitutie, maar ook over arbeidsuitbuiting of gedwongen criminaliteit. Het gaat om mensen die onder dwang dingen moeten doen, waarvoor ze in vrijheid nooit zouden kiezen. Dat kunnen en mogen we niet accepteren.”
Samenhangende aanpak
Het programma “Samen tegen mensenhandel” beslaat daarom een breed scala aan trajecten, projecten en initiatieven die gebundeld langs vijf actielijnen elkaar aanvullen en versterken. Hierin wordt de al bestaande aanpak van mensenhandel verder doorontwikkeld en uitgebouwd met concrete nieuwe initiatieven. Ook de gemeentelijk inzet krijgt een impuls omdat lokaal maatwerk nodig is voor een goede aanpak. Daarnaast wordt door voorlichting en bewustwording ingezet op het zoveel mogelijk voorkomen dat mensen slachtoffer worden, zowel in Nederland als in herkomst en transitlanden van migranten. Specifieke aandacht is er ook voor de aanpak van arbeidsuitbuiting die, ten opzichte van de aanpak van seksuele uitbuiting, nog niet altijd voldoende aandacht krijgt. Ten slotte is het noodzaak om kennis, expertise en informatie vanuit de diverse partijen nog beter bij elkaar te brengen om zo vanuit een breed front effectief aan de slag te gaan. Het programma versterkt daarmee de al bestaande inzet voor de bestrijding van mensenhandel in Nederland en daarbuiten. Het programma dient als kapstok waar steeds weer nieuwe initiatieven aan verbonden kunnen worden, naar gelang de ontwikkelingen in het veld en de behoeften bij de partijen die betrokken zijn bij de aanpak.
Concrete acties
In het programma zijn verschillende concrete acties aangekondigd, zoals het realiseren van extra specialistische opvangplekken voor slachtoffers met multi-problematiek zodat zij adequate hulp en opvang krijgen. Ook wordt er ingezet op het verbeteren van het behandelaanbod in jeugdhulpinstellingen. Ook de opsporing wordt versterkt. Omdat slachtoffers nog te vaak geen aangifte durven te doen start de politie onder andere een pilot om drempels voor het doen van aangifte of een melding weg te nemen. Tegelijkertijd investeert de politie in een betere en bredere informatiepositie om de pakkans van daders te vergroten, ook wanneer slachtoffers besluiten geen aangifte te doen. Door informatiegestuurd en domeinoverstijgend te werken wordt de capaciteit efficiënter, effectiever en doelgerichter ingezet.
Voorts wordt de kennis onder medewerkers van politie, baliepersoneel en toezichthouders bij gemeenten verhoogd via extra opleidingen en trainingen. Dat is van belang omdat vroege herkenning van de juiste signalen het mogelijk maakt snel te handelen. Daarmee kan de duur van de uitbuiting worden verkort en kunnen slachtoffers sneller naar zorg worden begeleid en daders eerder worden opgespoord. De aanpak van arbeidsuitbuiting wordt onder andere verstevigd door uitbreiding van de capaciteit bij de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Daardoor is het mogelijk meer toezicht op werkgevers te houden en onderzoeken uit te voeren.
Samenwerking en informatiedeling
Samenwerking en informatiedeling is een vereiste om zicht te krijgen op de problematiek en de aanpak tot een succes te maken. Daarom trekken de ministeries van Justitie en Veiligheid, Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gezamenlijk op. In die gebundelde nationale inzet en de samenwerking met lokale en internationale partners ligt de kracht en meerwaarde van het programma.
De versterkte landelijke aanpak verbetert de mogelijkheden om te komen tot het noodzakelijke lokale maatwerk dat nodig is in regio’s en steden. Steeds meer gemeenten zijn doordrongen van de verantwoordelijkheden die zij bij de aanpak hebben. Het programma benadrukt daarom het belang dat gemeenten een eigen goede en samenhangende werkwijze opzetten en in de praktijk ook weten uit te voeren. Daarbij worden zij niet alleen ondersteund vanuit het rijk, maar ook vanuit de VNG, CoMensha en het CCV. Daarnaast faciliteert het programma samenwerking over de grenzen heen. Want deze vorm van misdaad stopt niet bij landsgrenzen. De aanpak van mensenhandel dus ook niet. Alleen door samenwerking op alle niveaus kan mensenhandel een halt worden toeroepen. Door niet weg te kijken. En door effectief op te treden.