Werkprocessen bij NFI aangescherpt

Werkprocessen bij het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) worden verbeterd op basis van aanbevelingen die de onafhankelijke commissie MIT vandaag onder leiding van prof.dr. S.C. Bleker-van Eyk heeft gepresenteerd. De MIT-commissie is in maart 2018 ingesteld na een melding over een mogelijke misstand bij de uitvoering van procedures van onderzoeken op het zogenoemde terrein van Micro-analyse Invasieve Trauma’s (MIT). Het gaat hierbij om een unieke onderzoeksmethode vanuit verschillende deskundigheidsgebieden die bij het NFI sinds 2008 wordt toegepast naar invasief geweld aan het skelet of weefsel van slachtoffers, meestal steek- en slagwonden. 

Twee mensen onderzoeken bij het NFI

Beeld: Marcel Molle

,,Forensisch bewijs is cruciaal voor de opsporing en de rechtspleging in Nederland. Forensisch onderzoek moet ook boven elke twijfel verheven zijn.'' Dat schrijft minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid vandaag in een brief aan de Tweede Kamer, waarin hij de maatregelen naar aanleiding van het rapport van het onafhankelijke MIT-commissie toelicht.

Schaduwprocedure

De onafhankelijke commissie heeft in eerste instantie gekeken of schaduwprocedures zijn gevolgd in alle MIT-onderzoeken die sinds de invoering van deze methode in 2008 zijn uitgevoerd. De schaduwprocedure - het kritisch tegenlezen door een andere deskundige - is  een belangrijke waarborg voor kwaliteit. Deskundigen bij het NFI zijn zelf te allen tijde vanuit hun onafhankelijke positie verantwoordelijk voor de inhoud en kwaliteit van hun rapport. Een niet geschaduwd rapport betekent niet dat een rapport niet bruikbaar is. De MIT-commissie stelt dat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat sprake is van systematische fouten in het volgen van de procedure voor het schaduwen. Wel stelt de commissie vast dat de procedures ten aanzien van de MIT-methode onduidelijkheden bevatten en ruimte laten voor interpretatieverschillen.

De onafhankelijk commissie heeft in 6 van de 571 MIT-rapporten geen of slechts gedeeltelijk schaduwbewijs aangetroffen. In 17 gevallen was er wel geschaduwd, maar ontbrak de paraaf van de tegenlezer. De 6 rapporten waarin geen of deels bewijs is voor schaduwen, worden nog dit jaar door zowel een NFI-deskundige als een externe deskundige geschaduwd. Bij de 17 rapporten waar de paraaf ontbrak, zal deze administratieve omissie worden hersteld door de oorzaak en achtergrond van deze tekortkoming en de aard en datum vast te leggen. Het Openbaar Ministerie (OM) is over de rapporten geïnformeerd. Bij een eerste beoordeling is volgens het OM gebleken dat in alle 6 niet of gedeeltelijk geschaduwde rapporten geen gevolgen zijn voor de strafzaak.

Maatregelen

Het NFI heeft reeds maatregelen genomen om het MIT-proces te verbeteren. Er vindt voortaan een 100%-controle plaats op de schaduwparaaf van de tegenlezer. Zonder deze paraaf gaat er geen onderzoek naar de opdrachtgever. Daarnaast is per augustus 2018 een projectgroep ingericht om te komen tot een nieuwe, duidelijkere schaduwprocedure. Deze projectgroep zorgt tevens voor harmonisering van NFI-brede en divisie-specifieke procedures. 

De onafhankelijke MIT-commissie heeft de eerder geconstateerde cultuurproblemen bij het NFI ook in haar onderzoek gezien. In 2017 is al onderzoek uitgevoerd naar de organisatie- en managementcultuur bij het NFI en sindsdien is een cultuurverandertraject ingezet. De bevindingen van de onafhankelijke MIT-commissie zijn aanleiding om dit cultuurverandertraject met volle kracht voort te zetten. Zo worden extra maatregelen genomen voor het verbeteren van de kwaliteit, onder meer met periodieke kwaliteitstoetsen, het opstellen van een wetenschappelijke gedragscode en het verhelderen van de tegenspraak- en escalatieprocedure voor schaduwen.

De onafhankelijke MIT-commissie adviseert bovendien een koers uit te zetten ten aanzien van de positionering van het NFI als wetenschappelijk instituut dan wel kennisinstituut. In overleg met de nieuwe aangestelde directeur wetenschap en techniek bij het NFI wordt bezien hoe forensisch professionals voldoende ruimte kunnen krijgen om hun werk goed te kunnen doen. Tevens stuurt minister Grapperhaus eind oktober de eerder toegezegde visie op de toekomst van het forensisch onderzoek naar de Tweede Kamer. Daarin wordt ingegaan op de positionering van het NFI in het forensische veld.

Melding

Minister Grapperhaus onderschrijft de conclusies van de onafhankelijke commissie dat de opvolging van de melding in januari 2017 over de schaduwprocedure in eerste instantie onvoldoende was. Het NFI beschikt over een meldingsprocedure, conform de interne klokkenluidersregeling Rijk, Politie en Defensie. Om ervoor te zorgen dat deze beter wordt nageleefd, is een informatiebrochure opgesteld (digitaal beschikbaar) voor alle medewerkers. Ook komt er een vaste integriteitscommissie met onafhankelijke deskundigen binnen het ministerie van Justitie en Veiligheid, waartoe alle medewerkers – dus ook van het NFI - zich rechtstreeks kunnen richten.

Hoekmeetmethode

Parallel aan de melding over de schaduwprocedure kwam in 2017 twijfel aan het licht over de juiste toepassing van een specifieke hoekmeetmethode, de zogeheten Infinite Focus Microscope (IFM). Daarop heeft het NFI zelf in 2017 besloten de inzet van deze hoekmeetmethode nader te onderzoeken. Het gebruik van de IFM is geen onderdeel van de MIT-procedure, maar kan wel een bijdrage leveren aan dezelfde soort onderzoeken. Minister Grapperhaus deelt de aanbeveling van de onafhankelijke MIT-commissie om het onderzoek van het NFI naar de zaken waar de IFM is toegepast zo snel mogelijk af te ronden..