Spreektekst staatssecretaris Van Veldhoven bij ontvangst rapport Balans van de Leefomgeving (PBL)
Spreektekst van staatssecretaris Van Veldhoven (IenW) bij bij de ontvangst van het apport 'Balans van de Leefomgeving (PBL)' bij de Nacht van de Leefomgeving, op 6 september 2018 in Amsterdam.
Dames en heren,
Dank aan Hans Mommaas en alle mensen van PBL die aan de Balans hebben gewerkt.
Het rapport is een gezaghebbende graadmeter van ons beleid.
Ik ben blij met de positieve punten. De kwaliteit van de leefomgeving is wezenlijk verbeterd. Op onderwerpen als bodem en drinkwater scoren we goed.
Maar het is helder dat er nog hele grote opgaven op het gebied van energie en klimaat liggen. Ons landbouwsysteem, onze welvaart in het algemeen leggen een grote druk op onze leefomgeving. Het kabinet is zich dit bewust.
Onderwerpen als broeikasgassen, biodiversiteit en grondstoffengebruik staan hoog op onze agenda.
Er gebeurt heel erg veel. U constateert zelf ook verandering.
U constateert dat sinds de vorige Balans uit 2016 'duurzaamheid leeft'. Er is meer aandacht in de maatschappij, in de politiek, in de media.
Ik merk het zelf in de praktijk, bij het enthousiasme van mijn collega’s in het kabinet die aan de slag gaan met de circulaire economie. En ook in de Kamer – ik heb de hele middag een debat gevoerd over circulaire economie.
Misschien nog wel belangrijker: ik merk het ook bij de bedrijven!
Grote bedrijven/multinationals denken actief na over milieuaspecten. Laat ik een recent voorbeeld geven.
Vlak voor de zomer maakte ik de plannen bekend waarmee het kabinet naar een circulaire economie wil toewerken. Ik kondigde ook aan dat ik met bedrijven en instellingen tot een plastic pact wil komen.
Doel is om te stoppen met het op de markt brengen van plastic wegwerpartikelen en veel slimmer om te gaan met het gebruik van plastic verpakkingen.
Dit pact was nog niet aangekondigd of er hingen al bedrijven aan de lijn die aan wilden haken.
Unilever heeft bovendien zelf al aangekondigd om in 2025 alleen nog maar herbruikbare, recyclebare of composteerbare verpakkingen op de markt te brengen.
Bedrijven voelen de maatschappelijke druk, de schokkende beelden van plastic soup missen hun uitwerking niet. En uiteraard zien ze op deze manier ook kansen voor hun eigen bedrijf.
Wat we zien en wat we willen is een verschuivende economische agenda. Nationaal en internationaal. Van fixatie op groei tegen elke prijs naar duurzame groei. Van nu en ons, naar later en volgende generaties. Van lineair naar circulair. Van CPB doorrekeningen naar brede welvaart monitor.
Het zijn verschuivingen in ons denken die u misschien ook doormaakt.
Het gaat om een levensgroot thema. De toekomst van volgende generaties staat op het spel.
Voor mij is dat een hele belangrijke drijfveer. De reden om in de politiek actief te zijn.
Ik ben een optimist. We kunnen met 10 miljard mensen op deze planeet leven. Maar alleen als we veel zuiniger omgaan met schaarse grondstoffen. De afgelopen eeuw zijn we wereldwijd 34 keer meer materialen gaan verbruiken en 12 keer meer fossiele brandstoffen.
Als we zo doorgaan hebben we 3 planeten nodig!
Het is een prachtig plaatje, maar die andere 2 planeten hebben we nog steeds niet gevonden.
Het goede nieuws is: het kán! We weten hoe we zuiniger kunnen omgaan met energie, duurzame energie kunnen opwekken, er is veel nieuwe kennis om slimmer om te gaan met grondstoffen.
Maar zoals het PBL ook constateert: er zijn nog wel een aantal hardnekkige vraagstukken. Zeker op het gebied van grondstoffenverbruik en uitstoot van broeikasgassen.
Op dit vlak liggen nog ongebruikte mogelijkheden. Daarvoor ga ik even terug naar 2015, Parijs.
Hier was ik zelf bij. De ondertekening van het Klimaatakkoord in Parijs was een onvergetelijk magisch moment om mee te maken! Een enorm krachtig signaal van alle politieke leiders. Het inspireert mij nog steeds.
Intussen zijn we verder en wordt het steeds duidelijker dat Parijs een lacune kent.
Als we alle plannen [NDC’s] van de deelnemende landen bij elkaar optellen komen we voorlopig niet tot de noodzakelijke CO2 reductie. Er is meer ambitie nodig. Maar vooral ook andere accenten.
In de klimaatdiscussies is veel aandacht voor duurzame energie maar veel minder voor slim en zuinig gebruik van grondstoffen. Ten onrechte.
Als je de klimaatdoelen van Parijs beschouwt als een puzzel, is de circulaire economie 1 van de ontbrekende puzzelstukjes. Met een beter grondstoffengebruik kunnen we in de industrie wereldwijd tot wel 60% van de broeikasgassen verminderen!
Bovendien hebben we zeldzame grondstoffen als kobalt, gallium en platina hard nodig voor de accu’s, windmolens en zonnepanelen! Als we deze beter kunnen terugwinnen hoeven we ze niet uit verre landen als Congo te halen met alle gevolgen voor de natuur!
Daarom is in ons land de inzet van een circulaire economie onderdeel van het Nationale Klimaatakkoord. Als een van de eerste landen hebben we een kwantitatieve doelstelling opgenomen: in 2030 willen we toe naar 50% minder grondstoffenverbruik.
We hopen dat meer landen aanhaken. Internationaal is dit mijn inzet.
Volgende week ben ik in Californië bij de Global Climate Action Summit, georganiseerd door de gouverneur Brown. Hij ziet de potentie van de circulaire economie voor het klimaat.
En tijdens de COP – de klimaattop in Polen eind dit jaar - zal ik me inzetten om de circulaire economie niet alleen op de agenda te krijgen maar ook te laten versnellen.
Intussen zijn we in ons eigen land flink aan de slag. De plannen van het kabinet zijn bekendgemaakt voor de zomer. Ik heb er vanmiddag uitgebreid met de Kamer over gedebatteerd.
Wij willen bijvoorbeeld producenten meer verantwoordelijk maken voor het afval van hun product. Voor autowrakken is dit al ingeburgerd. Waarom niet voor kleding, meubels, wegwerpartikelen?
We willen toe naar een nieuwe norm voor design. Er zijn nog veel te veel spullen die zo zijn ontworpen dat hergebruik niet mogelijk is. Denk aan: zwarte bloempotbakjes…. Kitkokers…. Chipszakken… ballonnen….
Daarom wordt hergebruik dé norm voor het ontwerp.
Voor nieuwe economische modellen is ook financiering nodig en nieuwe business-modellen.
We zijn met het VNO-NCW aan de slag om een Versnellingshuis op te zetten die bedrijven hierbij helpt.
Er gebeurt veel. Maar het is complex. We hebben nog een lange weg te gaan.
Ik vind het wel zeer inspirerend dat bedrijven zelf steeds meer bewegen, ambitie tonen en nieuwe kennis en kunde ontwikkelen. Daarom sluit ik af met 3 super-concrete voorbeelden waar ik erg enthousiast van word.
Allereerst de betonsector. Met hen hebben we in juni een akkoord gesloten.
Zij gaan voor tenminste 30% minder CO-2 uitstoot in 2030 en zetten stappen naar 100% recyclebaar beton.
Hiermee is de betonsector internationaal koploper.
2e voorbeeld zal vooral de jongeren onder ons aanspreken!
We werken aan een deal met alle grote evenementen. Denk aan Dance Festivals, Open Air, Zwarte Cross. Maar ook Roskilde (Denemarken), Glastonbury (Engeland) en Tomorrowland (België).
Wat ik zo mooi vind is dat de organisatoren stuk voor stuk de verantwoordelijkheid zelf nemen en dingen anders organiseren. Van het vervangen van diesel-generatoren tot het composteren van voedselresten.
En plastic afval hoort niet op de terreinen.
Wist u dat de grootste bierfabrikant van Nederland per jaar 28 miljoen plastic bekertjes gratis verstrekt? En dat die allemaal na elk festival moesten worden opgeruimd? We hopen binnenkort tot een deal te komen.
Tot slot een prachtig hoopgevend voorbeeld van hele nieuwe kennis.
Dit zijn bacteriën die zo gekweekt zijn dat ze CO2 opeten! Deze zetten ze om in suikers die weer gebruikt kunnen worden. Het is nieuwe technologie die ontwikkeld is door een Nederlandse start-up - Photanol.
Ze zeggen in staat te zijn om in 2030 elk jaar 1 megaton CO2 te kunnen verwerken op hun akker in Oost-Groningen.
We gaan hen ondersteunen hoe dit zo snel mogelijk op grotere schaal toegepast kan worden.
Het zijn dit soort veelbelovende ontdekkingen die inspireren. Die ons laten zien dat het kán. En dat ons land hier goed in is.
Het zijn initiatieven die hard nodig zijn om de Balans van onze Leefomgeving de goede kant op te laten slaan. Daar blijven we hard aan werken! En het PBL let erop of het de goede kant op gaat!
Dank u wel.