Toespraak van minister Grapperhaus bij de conferentie 'Versnelling aanpak ondermijning'
Conferentie 'Versnelling aanpak ondermijning' van het Strategisch Beraad Ondermijning. Amsterdam, Bijlmerbajes, 21 juni 2018.
Er is een band die op dit moment op een bijna perfecte manier de legendarische albums van de Beatles naspeelt. Ze heten the Analogues. Ik ben er nog niet naartoe geweest, maar ik hoor dat het spectaculair moet zijn. Dat lijkt me nogal een uitdaging, om de Beatles perfect na te spelen. Steven Van Zandt, de gitarist van Bruce Springsteen, zei ooit: Band members have a special bond. A great band is more than just some people working together.
Als je de originele opnames van de Beatles beluistert, dan begrijp je meteen wat Van Zandt bedoelt. De instrumenten spelen hun eigen partij, en toch is er harmonie. De zangers hebben hun eigen timbre, en toch is er meerstemmige samenzang. Lennon en McCartney achten elk hun deuntjes, en toch schuiven ze die naadloos in elkaar tot één onweerstaanbare evergreen. Dat is goede samenwerking.
Goede samenwerking is onzichtbaar, en leidt als het ware tot een natuurlijk orkest. Terwijl we natuurlijk heel goed weten dat een orkest gewoon een samengesteld geheel van musici is.
Ja, onzichtbare, perfecte samenwerking, dat is wat mij betreft een van de belangrijkste doelstellingen voor de komende jaren als het gaat om de strijd tegen de ondermijnende criminaliteit. Maar dan wel een positieve onzichtbaarheid. Niet de negatieve laffe onzichtbaarheid van criminelen, die burgers en bestuurders op achterbakse manier ondergronds intimideren, bedreigen en in hun criminele straatje proberen te trekken.
U kent ook het verhaal van de burgemeester die in zijn gemeente dapper optrad tegen alle vormen van ondermijnende criminaliteit. En vervolgens toen hij ‘s avonds thuis de lichten uitdeed, een sms’je kreeg van een anoniem nummer met de tekst: welterusten. Stuitend. Schofterig. Maar veel meer nog dan dat: onacceptabel. Onacceptabel voor die ene burgemeester, maar niet alleen voor hem. Voor ons allemaal.
Want juist tegen dit soort laffe, maar georganiseerde criminelen trekken wij op. Samen. Om ondermijnende criminaliteit te bestrijden. Om misdaad tegen te gaan die als een langzaam gif de aderen van onze samenleving binnendringt.
Ondermijnende criminaliteit, dat is misdaad die de burger bedreigt en de buurt besmet. Ondermijnende criminaliteit is misdaad die georganiseerd en welbewust gewone mensen in hun degelijke bestaan omstrengelt. De onderwereld die de bovenwereld aantast. Die ondermijnende criminaliteit gaan we met nog meer kracht keihard aanpakken. Samen.
Daarvoor heeft dit kabinet de extra middelen ter beschikking gesteld. Laat ik beginnen met het geld, dan hebben we dat maar gehad. We willen druk zetten, we willen versnellen, zoals Peter Noordanus ook steeds benadrukt. Daar is een versterking voor nodig. Het kabinet geeft die versterking in de vorm van een eenmalig ondermijningsfonds van honderd miljoen euro en daarnaast een structureel bedrag van tien miljoen euro. Een stevig bedrag dus, dat slagkracht geeft om criminelen het leven moeilijk te maken.
Vorige week heeft het Strategisch Beraad Ondermijning besproken hoe dat geld zo effectief mogelijk kan worden besteed. Alle regio’s en ook een aantal landelijke organisaties kunnen plannen indienen. De uitvraag komt eraan en ik hoop in het najaar knopen door te hakken.
Nog iets anders over geld.
Geld is voor ons een middel om ons doel te bereiken. Voor criminelen is geld het doel dat alle middelen heiligt. Dat is de rode lijn die ons van hen scheidt. Het punt bij ondermijning is dat die scheidslijn niet meer duidelijk is.
Bij de sportschool die wordt gebruikt voor witwassen, bij de verhuurder die een wietplantage voor lief neemt, bij de ambtenaar die een voordeeltje krijgt, bij de lokale sportclub die een niet zo frisse sponsor heeft of bij de bankmedewerker die even een andere kant opkijkt.
Het zijn allemaal voorbeelden van een vervagende scheidslijn tussen de boven- en de onderwereld. En het is aan ons om weer helder te krijgen wie aan welke kant van de rode lijn staat.
Daartoe gaan ook slimme digitale oplossingen ons helpen. Om onze integrale informatiepositie te helpen zet dit kabinet extra in op digitale opsporing. Uiteraard met inachtneming van de persoonlijke levenssfeer van gewone burgers.
En de persoonlijke levenssfeer van de criminelen dan? Het recht op privacy werd oorspronkelijk gezien als een ‘right to be left alone’, een recht om alleen te worden gelaten. Dat is het laatste waar criminelen op mogen rekenen!
Deze week heb ik in de Eerste Kamer nog het wetsvoorstel Computercriminaliteit III verdedigd. Dit wetsvoorstel geeft de politie meer mogelijkheden om door te dringen in de digitale systemen van criminelen. Een recht op een criminele levenssfeer, een recht om overdag in de bovenwereld te verkeren, maar achter gesloten deuren criminele activiteiten te beramen? Dat zullen we nooit tolereren.
Met elkaar staan we voor een grote opgave, zoveel is duidelijk. De problemen zijn complex en hardnekkig en criminelen zijn inventief en flexibel. We hebben dus een lange adem nodig om de schadelijke effecten van de ondermijnende criminaliteit blijvend terug te dringen en de voedingsbodem ervoor weg te nemen. Als coördinerend minister kunt u op me rekenen. Voor een goede verdeling van het geld. Voor de effectieve wet- en regelgeving die er nodig is. Voor maximale steun en betrokkenheid. En voor minimaal Haags gedoe. Mijn deur staat open en al helemaal voor u.
Dus kom met uw ideeën, waarschuw als er beren op de weg zijn en laat van u horen als het nodig is. We gaan Nederland tot een lastig land maken voor criminelen. Door slim te zijn. Door te versnellen. En door samen op te trekken.
Samenwerking bij de aanpak van ondermijnende criminaliteit is zó belangrijk. Ik ben dan ook blij dat ik kan melden dat binnenkort het wetsvoorstel in consultatie gaat, waardoor de onderlinge uitwisseling en verwerking van gegevens gemakkelijker gaat. We gaan informatie uitwisselen, plannen gezamenlijk voorbereiden, maar ook: elkaars weerbaarheid versterken.
Met het Strategisch Beraad Ondermijning, het SBO, als coördinator, als aanjager. Want het SBO gaat aanjagen, zodat het geheel ook echt meer is dan de som der delen. Misschien staat die ‘S’ van SBO wel voor Samen!
Ik had het net bij mijn begin over die verschillende stemmen en uiteenlopende instrumenten die samen één band vormen – een band die één harmonieus geluid laat horen. Voor mij is ‘We can work it out’ een hoogtepunt van de Beatles. Ik vind het briljant hoe in dat nummer alles in elkaar past en alles bij elkaar veel meer is dan de som der delen.
Dames en heren: We can work it out!