Toespraak staatssecretaris Van Veldhoven, NVRD congres
“We hebben een helder doel voor ogen. Halvering van te verbranden restafval in 2022. Van 10 Megaton, naar 5 Megaton. En wat mij betreft stoppen we helemaal met het verbranden van afval dat recyclebaar is.”
Dat zegt de staatssecretaris tijdens het NVRD Congres in Amsterdam op 31 mei 2018.
Dames en heren,
Circulaire economie. U begrijpt ongetwijfeld dat ik zeer regelmatig een toespraak over dit onderwerp houd. Maar ik verzeker u: niet één verhaal is hetzelfde! En dat komt vooral door u allen. Door de mooie voorbeelden die ik zie. Vandaag zijn er weer interessante pitches geweest van Nederlandse start-ups die de zaken anders aanpakken.
Het is een keten waarin iedereen mee moet doen. Van productontwerpers, producenten, consumenten, afvalverwerkers. En die laatsten zullen hier weer de eersten zijn: grondstoffenleveranciers. En daarom past de titel van dit congres heel goed: ‘De afvalsector maakt er wat van’
U herkent uw positie en rol in de keten. U maakt het de inwoners van uw gemeenten makkelijker afval gescheiden in te leveren, u maakt innovatieve milieustraten, en met circulair inkoopbeleid zijn wij samen goed voor 73 miljard euro per jaar. Met elkaar geven wij dus een flinke impuls aan de economie, en aan de circulaire economie in het bijzonder.
Samen inspireren wij anderen, en helpen we mensen niet alleen circulair te denken, maar ook circulair te handelen.
Ik vind het initiatief van Merijn Tinga, de Plastic Soup Surfer daarom ook heel sterk. Juist dit soort manifestaties maken zichtbaar waar het om gaat.
Op 15 januari zijn de 5 transitieagenda’s gepresenteerd aan de partners van het Grondstoffenakkoord, onder wie u en ik. 5 inspirerende en ambitieuze agenda’s met voorstellen hoe we Nederland in 2050 volledig circulair krijgen. Binnenkort zullen we hierop als kabinet reageren.
Welke uitdagingen delen we?
- Producentenverantwoordelijkheid staat centraal. Ik zie dit jaar concrete plannen tegemoet van aantal branches, zoals textiel, meubels, matrassen, huishoudelijke apparaten, wegwerpartikelen en verpakkingen om recycling verder te verbeteren.
- Ik wil afspraken maken met de verpakkende industrie en met e-commerce-bedrijven. In China worden nu elke dag 9 miljoen pakketjes bezorgd. Elke dag is dat een berg verpakkingsmateriaal. Hoe zorgen we ervoor dat dit zo circulair mogelijk gebeurt?
- Circulaire ambachtscentra waar afvalverwerking, grondstoffenvorming en productontwikkeling samenkomen, kunnen de ‘milieustraat van de toekomst’ worden. Het Upcyclecentrum in Almere, en La Poubelle in Tilburg noem ik graag als voorbeeld. Hier kunnen start-ups aan de slag om aangeboden materialen ‘up te cyclen’ naar nieuwe producten. Een geavanceerd afvalverwerkingssysteem dat tot inventieve bedrijvigheid en tot nieuwe producten leidt. Een mooie businesscase!
- De regionale aanpak staat centraal. Kleine ketens en lokale oplossingen. Weinig gesleep met afval en grondstoffen. Helmond en Rotterdam bouwen de eerste circulaire woonwijken in ons land, met demontabele woningen en een materialenpaspoort. Gelderland wil de eerste afvalloze provincie van Nederland worden. Het afval- en grondstoffenplan van Deventer is zeer effectief. In 2017 werd hier al 78% van het huishoudelijk afval gescheiden ingezameld. Vooral die 35 kg plastic, metaal- en drinkpakkenafval per inwoner vind ik heel interessant. Die pmd-minicontainers bij 30.000 woningen helpen dus enorm. Prachtig!
- Voor bedrijven, scholen, sportverenigingen wil ik afval scheiden makkelijker maken. Met experimenteerruimte kunnen gemeenten slimmere oplossingen uitproberen voor de inzamellogistiek van huishoudelijk en bedrijfsafval.
We hebben een helder doel voor ogen. Halvering van te verbranden restafval in 2022. Van 10 Megaton, naar 5 Megaton. En wat mij betreft stoppen we helemaal met het verbranden van afval dat recyclebaar is.
Dames en heren,
Mensen scheiden hun afval steeds meer. En de totale hoeveelheid afval die we produceren neemt steeds meer af. Van 297kg in 2002 naar gemiddeld 211kg per inwoner per jaar in 2016. Omdat mensen ertoe worden aangespoord, en omdat u het ze makkelijk maakt.
Maar het moet sneller. Teveel gemeenten zitten nog boven de 200 kg per inwoner per jaar. In 60 Nederlandse gemeenten is dat zelfs meer dan 250 kg. Ik vraag aan u allen goed te kijken hoe u van elkaar kunt leren. Goede voorbeelden en best practices genoeg! De benchmark huishoudelijk afval kan hierbij helpen.
Maurice de Hond peilde hoe Nederlanders aankijken tegen afvalscheiding. De meeste mensen blijken écht gemotiveerd om hun afval beter te scheiden en restafval te beperken. Een meerderheid van de geënquêteerden is voor een prijsverhoging van niet recyclebare verpakkingen. 65% is voor de invoering van een ja/ja sticker voor ongeadresseerde post. En veel mensen willen ook op het station hun plastic in een aparte bak kwijt.
De maatregelen die u treft om afvalscheiding te stimuleren werken dus. Maar we kunnen dus nog veel meer doen!
Uit recent onderzoek van de Afvalcontainershop – zij analyseerden cijfers van het CBS en Rijkswaterstaat - blijkt dat gemeenten die de afvalstoffenheffing afhankelijk stellen van de hoeveelheid afval die iemand produceert, ruim 40% minder restafval hebben en ruim 10% minder huishoudelijk afval in totaal.
Dit soort prikkels werkt dus uitstekend. Ze motiveren.
Onlangs hebben we de Raamovereenkomst Verpakkingen geëvalueerd. De afgelopen vijf jaar zijn mooie resultaten geboekt. Voor 2008 had nog niemand een aparte vuilnisbak voor plastic.
Ik begon er zelf mee in 2010, denk ik, als milieuwoordvoerder in de Kamer kreeg ik door hoe belangrijk het was. En net als iedereen stond ik er versteld van, hoeveel plastic er in die bak ging! En hoe zonde het is om dat ‘weg’ te gooien.
En nu moeten we de volgende stap zetten! Gerecycled plastic moet even goed zijn als plastic waarvoor een nieuw vat olie wordt opengetrokken. Want dan is het namelijk béter, omdat we CO2-uitstoot voorkomen.
“Plastic is CO2 waiting to happen”, tenzij we het blijven hergebruiken. Geen druppel nieuwe olie, is dát niet ons gezamenlijke doel?
Dit alles vraagt een goede regie. Deze is nu belegd bij de gemeenten. Maar de vraag is of die daar hoort. Er bestaat immers producentenverantwoordelijkheid. U heeft hier ongetwijfeld uw opvattingen over. Die hoor ik graag van u.
Ik wil dat producenten en importeurs zelf de verantwoordelijkheid voor het recyclen van hun verpakkingsafval dragen. Dan hebben ze ook een prikkel om te investeren in innovatieve sorterings- en recyclingcapaciteit. Hierover zijn we met partijen in gesprek.
Dames en heren,
Zoals ik aan het begin al zei, u reikt mij veel voorbeelden aan. U deelt de motivatie en het enthousiasme met mij om kansen te grijpen. Om te zorgen voor ons land, onze planeet, en de generaties die na ons komen.
Iedereen speelt daarin zijn of haar eigen rol. Maar voor een échte circulaire economie is veel meer nodig. U allen! Ik reken op u!
Dank u wel!