Lessen trekken uit operatie Basisregistratie Personen
De lessen die geleerd worden uit de operatie Basisregistratie Personen moeten niet alleen op de Basisregistratie Personen (BRP) worden toegepast maar ook worden besproken in de bredere context van het ministerie en de Rijksoverheid. Dat schrijft staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Raymond Knops aan de Tweede Kamer in de reactie op het rapport van de commissie BRP.
Achtergrond
Het programma operatie BRP werd op 5 juli 2017 stopgezet. Staatssecretaris Knops stelde 22 november 2017 de Commissie BRP in met de opdracht om een feitenrelaas op te stellen, inzicht te geven in de besturing, besluitvorming en werking van het programma en lessen te formuleren. Met het onderzoeksrapport “Niet te stoppen” is de opdracht van de commissie uitgevoerd. De staatssecretaris is de commissie zeer erkentelijk voor haar werk.
Aansturing van ICT-projecten
Het rapport van de commissie BRP laat zien dat de politiek-bestuurlijke realiteit en de technische realiteit met elkaar schuurden. Om die reden zet het ministerie in op versterking van ICT-kennis op het ministerie. Een andere les van de commissie is het bewaken van de rollen en verantwoordelijkheden tussen opdrachtgever en opdrachtnemer. Het opdrachtgeverschap voor een aantal ICT-projecten binnen het ministerie wordt versterkt door onder meer de inrichting van een programmadirectie.
Werken met ICT-projecten
De doorlooptijd van ICT-ontwikkeling moet zoveel mogelijk worden beperkt. De staatssecretaris onderschrijft deze les en wil ICT-projecten zo inrichten dat in kleine en beheersbare stappen naar een einddoel wordt toegewerkt. Tussentijds kunnen dan ook bruikbare producten worden opgeleverd.
Periodiek evalueren
Door keuzes in de afbakening van periodes waarbinnen kosten werden gemaakt ontstond er uiteindelijk onvoldoende inzicht in de totale kosten. Door projecten in kleine beheersbare stappen uit te voeren kunnen de kosten aan de tussentijds geleverde producten worden gekoppeld. Hierdoor kan ook beter periodiek worden geëvalueerd of het in een bepaalde fase verstandig is om met een project te stoppen of door te gaan.
Toekomst BRP
Onderzoek heeft uitgewezen dat de continuïteit van de huidige BRP-voorzieningen voor de komende vijf tot zeven jaar is geborgd. Het ministerie zal in de komende periode onderzoeken hoe deze voorzieningen stap voor stap doorontwikkeld kunnen worden om ook in de toekomst aan de behoeften van de gebruikers te blijven voldoen. Nog voor de zomer informeert de staatssecretaris de Tweede Kamer op welke wijze hij samen met gebruikers van de BRP en de VNG namens de gemeenten tot een plan wil komen voor de toekomst en hoe de lessen van de commissie BRP daarin worden betrokken.