Minister Bruno Bruins laat nieuw middel tegen longkanker toe tot basispakket

Minister Bruno Bruins (Medische Zorg) heeft met succes onderhandeld over de prijs van het middel atezolizumab voor de vervolgbehandeling van longkanker. Hierdoor wordt het middel vanaf 1 juni 2018 vergoed uit het basispakket. De afspraak met de leverancier bestaat uit een vertrouwelijke korting die oploopt naarmate de uitgaven toenemen. De afspraken gelden tot en met 2019.

Sluis

Atezolizumab was vanwege de hoge kosten in de ‘sluis’ geplaatst. Dat houdt in dat het middel niet vergoed werd om zo eerst een lagere prijs uit te kunnen onderhandelen met de leverancier. Het Zorginstituut heeft in februari een advies uitgebracht over atezolizumab. Zij adviseerden de minister te gaan onderhandelen over de prijs van het middel. Deze onderhandelingen zijn nu afgerond. Vanwege de vertrouwelijkheid van de afspraken met de leverancier kan de uitkomst van de onderhandelingen niet openbaar gemaakt worden. Atezolizumab lijkt op de middelen nivolumab en pembrolizumab. Voor deze geneesmiddelen zijn eerder al onderhandelingen geweest en lopen de afspraken ook tot en met 2019.

Atezolizumab kan worden ingezet als vervolgbehandeling van longkanker. De gemaakte afspraken zullen ook gelden voor de inzet van atezolizumab bij toekomstige bewezen effectieve indicaties. Voor de behandeling van blaaskanker zit het middel al in de sluis. Het Zorginstituut heeft atezolizumab hiervoor nog niet kunnen beoordelen, daarom blijft deze indicatie vooralsnog in de ‘sluis’.

Soliris

Naast de succesvolle onderhandelingen over atezolizumab heeft minister Bruno Bruins ook een akkoord bereikt over Soliris (eculizumab). Dit middel tegen de zeldzame ziekten atypisch Hemolytisch Uremisch Syndroom (aHUS) en Paroxismale Nachtelijke Hemoglobinurie (PNH) zat al sinds 2008  in het pakket voor PHN en sinds 2012 voor aHUS. Vanwege de bijzonder hoge kosten adviseerde het Zorginstituut om alsnog met de fabrikant in gesprek te gaan over de prijs of het middel anders uit het pakket te halen. De gesprekken hebben geleid tot een prijsverlaging van het middel. Op basis hiervan heeft de minister besloten de vergoeding voort te zetten tot in ieder geval eind 2020.