Bruno Bruins: nieuwe medicijnen sneller bij de patiënt door internationale samenwerking
Minister Bruno Bruins (Medische Zorg) heeft vandaag een samenwerkingsovereenkomst getekend met zijn Litouwse collega Aurelijus Veryga. De ministers hebben afgesproken nauw samen te gaan werken bij het beoordelen van nieuwe medicijnen. Ook gaan Nederlandse experts van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) Litouwse collega’s trainen. Nederland heeft met meer landen zoals Malta, Estland, Letland, Kroatië en Slowakije vergelijkbare afspraken gemaakt. Dit is de eerste keer dat de overeenkomst op het niveau van de zorgministers wordt bekrachtigd. Meer samenwerking en deling van kennis zorgt dat de beoordelingen van kwaliteit, werkzaamheid en veiligheid van geneesmiddelen op EU niveau steeds beter worden en dat patiënten sneller toegang krijgen tot nieuwe medicijnen.
Bruno Bruins: ‘Farmaceuten verkopen hun medicijnen wereldwijd. Nederland is daarbij een kleine speler. Door samen op te trekken en onze krachten te bundelen met andere landen, kunnen we ervoor zorgen dat medicijnen sneller, goedkoper en veiliger bij de patiënt terecht komen.’
Gevolgen Brexit
Voordat geneesmiddelen in Europa verkocht mogen worden, moeten ze eerst worden beoordeeld op kwaliteit, werkzaamheid en veiligheid. Dat gebeurt in Europees verband, waarbij één van de 28 landelijke autoriteiten steeds het voortouw neemt. Op dit moment doet de Britse geneesmiddelenautoriteit ruim 20% van alle Europese beoordelingen. Wanneer het Verenigd Koninkrijk in 2019 uit de Europese Unie stapt, kunnen zij deze beoordelingen niet meer voor de hele EU doen. De andere 27 landen moeten het werk van de Britten dan overnemen. Om ervoor te zorgen dat er voldoende kennis en capaciteit beschikbaar is om het vertrek van de Britten op te vangen, heeft Nederland 10 miljoen euro beschikbaar gesteld. Hiermee worden experts in andere landen getraind en investeert Nederland in het versterken van het netwerk van nationale beoordelingsautoriteiten. Dit is belangrijk om te voorkomen dat het straks langer gaat duren voordat nieuwe medicijnen op de markt en dus bij de patiënt komen.
Toegang tot medicijnen
Er is geen wettelijke verplichting om geneesmiddelen in alle EU-lidstaten aan te bieden. In veel gevallen kiezen bedrijven voor marktstrategieën waarbij ze producten alleen introduceren in bepaalde lidstaten waar ze voldoende opbrengsten kunnen genereren. Als gevolg daarvan hebben veel patiënten, met name in kleinere landen zoals Litouwen, geen toegang tot de medicijnen of moeten soms maanden tot jaren wachten. Nederland wil dat hier zo snel mogelijk een einde aan komt. Daarom is onder andere afgesproken dat Nederland co-partner van Litouwen wordt. Dat houdt in dat Nederland en Litouwen samen optrekken bij de markttoelating van bepaalde medicijnen, zodat medicijnen die in Nederland op de markt komen, ook direct in Litouwen een markttoelating hebben.