Kabinet: meer bevoegdheden voor gemeenten en provincies bij bestaande hoogspanningstracés
De ministerraad heeft op voorstel van minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat besloten dat gemeenten en provincies meer bevoegdheden krijgen bij het bepalen van het bestaande hoogspanningstracé. Lokale overheden mogen straks bestaande hoogspanningslijnen deels laten omleggen of onder de grond laten brengen. De netbeheerder is verplicht verzoeken van lokale overheden uit te voeren. Het besluit dat dit mogelijk moet maken is door de ministerraad aan de Tweede en Eerste kamer gezonden.
Samen met netbeheerders, provincies en gemeenten zijn afspraken gemaakt hoe de kosten van tracé-aanpassingen worden verdeeld. Daarbij is rekening gehouden met de gemeentelijke draagkracht. Kleine gemeenten (30.000 inwoners of minder) betalen 15% van de kosten, grote gemeenten betalen 20% van de kosten. De maximale bijdrage voor lokale overheden is 975.000 euro per kilometer tracé. De rest van de kosten zijn voor rekening van de netbeheerder.
De verwachting is dat deze wijziging van de Elektriciteitswet ervoor zorgt dat er 135 kilometer hoogspanningsnet wordt verplaatst of onder de grond wordt gebracht. Het gaat hierbij om bestaande hoogspanningslijnen van 50, 110 en 150 KV die door of op de grens van de bebouwde kom liggen. Hoogspanningstracés van 220 en 380 kV kunnen om technische redenen niet onder de grond gebracht worden. De extra kosten voor de netbeheerders worden doorberekend in de transportkosten van elektriciteit. De elektriciteitskosten van een gemiddeld huishouden kunnen hierdoor maximaal met 1,37 euro per jaar stijgen.
Beeld: ©TenneT / TenneT