Acuut Presenterende Oudere Patiënten: hoe help je ze het best?

Steeds meer ouderen melden zich op de spoedeisende hulp, omdat ze ineens ziek zijn geworden. Een deel van deze doelgroep heeft naast een acute ziekte ook problemen met lichamelijk, psychisch of sociaal functioneren en is kwetsbaar. Daardoor is het moeilijk om snel te beoordelen wat er nodig is om deze patiënten te laten herstellen. Het LUMC ontwikkelt een methode die dit wel mogelijk maakt.

Beeld: Lightfield Studios

Probleem: spoedeisende hulp is niet goed toegerust voor oudere patiënten

Veel kwetsbare ouderen hebben grote kans op een slechte uitkomst als ze zich melden op de Spoedeisende Hulp, stelt internist Simon Mooijaart van het LUMC. ‘Denk aan functieverlies, in de war raken en overlijden. Snel handelen is essentieel om deze patiënten goed te kunnen helpen.

De zorg op de Spoedeisende Hulp is nog niet goed voor toegerust voor deze patiënten. Het doel daar is mensen met acute – levensbedreigende situaties – zo snel mogelijk te behandelen. Complexe – met elkaar samenhangende – klachten hebben meer tijd nodig.’

Een longontsteking hoeft niet fataal te zijn voor vitale patiënten, maar kan dat wel zijn voor kwetsbare ouderen.

Daarnaast zijn de gevolgen van klachten vaak ernstiger. ‘Een longontsteking hoeft niet fataal te zijn voor vitale patiënten, maar kan dat wel zijn voor kwetsbare ouderen. Op de Spoedeisende Hulp wil je dus zo snel mogelijk weten met wat voor oudere je te maken hebt. Welke risico’s zijn er? Wat kan de Spoedeisende Hulp doen, en wat niet?’

Om daar achter te komen, startte het LUMC de studie APOP – de Acuut Presenterende Oudere Patiënt. Daarin werden de factoren in kaart gebracht die verband houden met de gezondheid van 800 patiënten van 70 jaar en ouder die zich melden op de Spoedeisende Hulp. ‘Hoe is het met lichamelijk functioneren en zelfredzaamheid gesteld? Zijn er aanwijzingen voor geheugenklachten? Hoe ernstig ziek zijn de patiënten? Is er een sociaal netwerk om ze thuis te helpen?’

Resultaten: gezondheid ouderen gaan achteruit

Uit het onderzoek blijkt dat 10% van de ouderen die zich melden bij de Spoedeisende Hulp binnen 3 maanden overlijden. Daarbovenop heeft nog eens 20% te maken met een (forse) achteruitgang van het dagelijk functieren, waardoor ze beperkt zijn in wat ze thuis nog kunnen doen of in een verpleeghuis worden opgenomen.

Vervolg: meer onderzoek en screening

Naar aanleiding van deze resultaten startte een vervolgonderzoek bij nog eens 2.000 patiënten van 70 jaar en ouder die zich hadden gemeld bij Erasmus MC, Bronovo Ziekenhuis en Alrijne Ziekenhuis. De onderzoekers volgden patiënten een jaar lang om in kaart te brengen welke factoren bepalen wat de uitkomsten zijn van ouderen na een bezoek aan de Spoedeisende Hulp.

Op basis daarvan is de screeningsinstrument samengesteld. ‘Verpleegkundigen weten binnen 2 minuten of de patiënt groot risico loopt op een slechte uitkomst, zoals functieverlies, geheugenproblemen en morbiditeit.’
Mooijaart voegt eraan toe dat er meer van deze instrumenten zijn. Deze screening is echter in de praktijk getest en bijgesteld. ‘Onze verpleegkundigen hebben een aantal verbeterpunten aangedragen. Aanvankelijk werd bijvoorbeeld de vraag gesteld hoeveel medicijnen patiënten gebruikten: 2, 4, 8 of 11. Ouderen vonden het lasting hier precies antwoord op te geven tijdens acute ziekte. Soms duurde het puzzelen op die vraag alleen al 2 minuten. Deze vraag hebben we nu vervangen door: gebruikt u meer of minder dan 5 medicijnen?’

Na screening direct maatregelen nemen

Vanaf maart 2018 krijgen alle ouderen die op de Spoedeisende Hulp van het LUMC komen een screening. ‘Op basis daarvan willen we direct maatregelen nemen. Een mantelzorger bellen als een kwetsbare oudere alleen naar ons toe komen bijvoorbeeld. En overdragen aan de huisarts als de patiënt naar huis mag, zodat de huisarts weet dat hij extra alert moet zijn en zo nodig actie kan ondernemen om het herstel thuis te bevorderen. Denk aan thuiszorg.
Hiervoor ontwikkelen we een scholing voor het hele personeel. Ook gaan we protocollen opstellen, zodat iedereen weet wat hij moet doen in verschillende situaties. Bijvoorbeeld: wat schrijf je in een brief aan de huisarts?

Mooijaart stelt dat bewustzijn in de dagelijkse praktijk een grote rol speelt in de implementatie van deze werkwijze. ‘De handelingen zelf zijn eenvoudig en nemen niet veel tijd in beslag. Ze kunnen worden uitgevoerd zonder extra middelen, en we hoeven er ook geen extra verpleegkundigen voor aan te nemen.’ Eind 2018 worden naar verwachting de resultaten van de implementatie openbaar gemaakt.

Meer informatie

Kijk op de website van APOP: Acuut Presenterende Oudere Patiënt.
Daar kunt u ook het APOP handboek downloaden, dat alle ziekenhuizen in Nederland kunnen gebruiken om aan de slag te gaan met het APOP programma.

Of neem contact op met Simon Mooijaart, medisch specialist bij de interne geneeskunde van LUMC via e-mail S.P.Mooijaart@lumc.nl.

Geplaatst op: 31 januari 2018
Laatst gewijzigd op: 15 augustus 2018