Toespraak minister van Engelshoven bij de opening van Leeuwarden Europese Culturele Hoofdstad

Toespraak minister van Engelshoven bij de opening van Leeuwarden Europese Culturele Hoofdstad, op 27 januari 2018

[Het gesproken woord geldt!]

‘Hekken staan open voor het voorjaar

ik hoor schapen vreten in de mist

die zich haastig meester maakt

van de rust over het land

zoals de onrust mij overmeestert’

U herkent de dichtregels misschien wel. Ze zijn van de Friese dichter Tsjebbe Hettinga. Geschreven in het Fries, en vertaald naar het Nederlands. ‘Midden Februari op de fiets’, heet het.

Prachtige regels. Je ziet het voor je. Het beeld dat hij schetst met zijn woorden. Je vóelt de koude mist bijna op je huid.

Op en top Friesland, zou je zeggen.

Of toch niet?

Had het ook Groningen kunnen zijn. Of Zeeland?

Ierland misschien? Of Malta?

Majesteiten, beste mensen,

Leeuwarden is dit jaar culturele hoofdstad van Europa.

Maar misschien kan ik beter zeggen: Leeuwarden is dit jaar het middelpunt van de culturele hoofdstad van Europa.

De plek in de vijver waar de steen neerkomt, en van waaruit de rimpelingen op het water wegrollen.

Naar de Friese elf steden. Waar vermaarde kunstenaars uit de hele wereld fonteinen bouwen en een spetterende tocht der tochten tot stand brengen.

Naar het Friese platteland. Waar amateurkunstenaars – en wie is dat niet? – laten zien wat ‘iepen mienskip’ is.

En naar alles en iedereen daartussenin.

Rimpelingen die door de hele vijver golven.

Die alles en iedereen beroeren. Beroeren met kunst.

Rimpelingen die vragen oproepen als: in wat voor wereld wil je wonen? In wat voor straat? Wat voor wijk? Wat voor dorp of stad? In wat voor land?

Rimpelingen die, als je ze stuurt zoals de organisatie hier doet, nieuwe verbanden kunnen opleveren. Tussen mensen en groepen die elkaar anders niet zomaar zouden tegenkomen. Zoals bedrijven en culturele instellingen, professionele kunstenaars en amateurs. Banden tussen Leeuwarden en Valletta – die andere culturele hoofdstad dit jaar.

Dat is wat kunst kan doen. Het kan inspireren en emotioneren. Het stelt vragen en geeft soms antwoorden. Het mag schuren en ontregelen.

Maar het kan ook binden. Mensen in beweging krijgen. Om een ideaal na te streven. Van een mooiere en betere wereld.

Dat is op zichzelf al reden genoeg om de rimpelingen hun werk te laten doen. Maar er komt nog wat bij, dat mij als minister van Cultuur bijzonder aangaat.

Het zorgt ervoor dat mensen in aanraking komen met kunst, in welke vorm dan ook. En kunst gaan waarderen.

Waardoor het draagvlak voor kunst sterker wordt.

Waardoor het lastiger wordt om er het mes in te zetten, als er bezuinigd moet worden.

U begrijpt wel wat ik bedoel - anderhalve maand voor de gemeenteraadsverkiezingen. In een deel van Friesland en de rest van Nederland.

Beste aanwezigen,

We hebben de afgelopen drie kwartier kunnen zien en horen wat de culturele hoofdstad – en wijde omgeving - allemaal in huis heeft. En we gaan straks nog veel meer meemaken.

Straks, morgen, volgende week. Het hele jaar door.

En hopelijk nog veel langer, want de banden die nu worden gesmeed, door de kunst, worden niet meteen verbroken als Leeuwarden ophoudt culturele hoofdstad te zijn.

Die banden zijn duurzaam.

Ik wil u nog even laten genieten van Tsjebbe Hettinga.

Heel Fries.

Maar tegelijkertijd ook heel Nederlands.

Europees.

Grenzeloos.

Universeel.

‘Hekken staan open voor het voorjaar

ik hoor schapen vreten in de mist

die zich haastig meester maakt

van de rust over het land

zoals de onrust mij overmeestert’

Dank u wel.