Digitale dienstverlening aan bedrijven naar BZK
De digitale dienstverlening van de overheid aan bedrijven komt onder verantwoordelijkheid van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Het gaat hierbij om de randvoorwaardelijke beleidsontwikkeling voor de digitale overheid en de ontwikkeling van de digitale basisvoorzieningen voor bedrijven. Het kabinet heeft hiertoe besloten en op 17 november is het Koninklijk Besluit vastgesteld.
Met de overdracht van deze verantwoordelijkheden van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) naar BZK is een volgende stap gezet naar meer samenhang in de digitale overheidsinfrastructuur en - dienstverlening voor zowel burgers als bedrijven. De verantwoordelijke staatssecretaris is Raymond Knops.
Het pakket aan voorzieningen en beleidsontwikkeling bevat onder meer Ondernemersplein, Berichtenbox voor Bedrijven, Digipoort, eDelivery Gateway, Mijn Overheid voor Ondernemers en standaarden voor digitale informatie-uitwisseling tussen overheid en bedrijven. BZK zal ook het gebruik van eFactureren en SBR door de overheid gaan stimuleren.
Tevens komt de beleidsverantwoordelijkheid voor de digitale identificatie door burgers en bedrijven bij BZK te liggen, waaronder het publiek-private afsprakenstelsel elektronische toegangsdiensten ETD (waaronder eHerkenning en Idensys), het gedeelte van de Europese eIDAS verordening dat over elektronische identiteiten gaat, en de afstemming van het Europese beleid hierover. EZK en BZK werkten al geruime tijd nauw samen aan deze dossiers. BZK wordt voor deze voorzieningen opdrachtgever van RVO, Logius, DICTU en KvK.
Het ministerie van EZK blijft verantwoordelijk voor de beleidsontwikkeling op het gebied van ondernemersklimaat, digitale economie, telecomnetwerken, marktordening, digitale markt binnen de EU, en de daarmee samenhangende voorzieningen voor vertrouwensdiensten eIDAS. Verder blijft het ministerie van EZK beleidsverantwoordelijk voor digitale contacten tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en consumenten.
De daadwerkelijke overkomst van mensen en middelen krijgt in de komende periode vorm.