Ontmoeting ministers Zijlstra van Buitenlandse Zaken, Le Drian van Europa en Buitenlandse zaken en Loiseau voor Europese Zaken
De Nederlandse minister van Buitenlandse zaken, Halbe Zijlstra, heeft op maandag 6 november in Parijs een ontmoeting gehad met Jean-Yves Le Drian, de Franse minister van Europa en Buitenlandse zaken, en Nathalie Loiseau, de Franse minister voor Europese zaken.
De drie bewindslieden hebben met elkaar gesproken over de toekomst van de Europese Unie en toegezegd zich in het kader van de Agenda van de Europese leiders gezamenlijk te zullen inzetten voor het profileren van een sterk, betrouwbaar en soeverein Europa dat opkomt voor zijn burgers en hen beter zal beschermen. Ze hebben afgesproken om eerst en vooral te gaan samenwerken op het gebied van veiligheid, migratie, de stabiliteit en de welvaart van de eurozone, de “groene transitie”, digitalisering en concurrentievermogen. In dat verband zullen wij samen met onze Europese partners de nieuwe strategische Agenda voor 2019-2024 opstellen. Hiertoe zal Frankrijk in 2018 het derde Frans-Nederlandse seminar over de Europese unie organiseren.
De ministers waren verheugd over de belangrijke vorderingen die zijn geboekt met de Europese samenwerking op het gebied van defensie in een tijd waar de EU meer dan ooit haar verantwoordelijkheid dient te nemen ten aanzien van de huidige geopolitieke context en geconfronteerd wordt met instabiliteit aan de buitengrenzen. Frankrijk en Nederland zijn van plan om deel te nemen aan de permanente gestructureerde Samenwerking die nog vóór het einde van dit jaar van start zal gaan. De ministers hebben zich tevens uitgesproken ten faveure van een snelle goedkeuring van het Industrieel ontwikkelingsprogramma voor de Europese defensie.
Ten behoeve van de rol van Nederland als niet-permanent lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties in 2018 hebben de ministers besloten nauw te zullen samenwerken op het gebied van een aantal wezenlijke issues voor de internationale vrede en veiligheid, in het bijzonder de Sahel, de gecoördineerde crisisaanpak en terrorismebestrijding in het kader van conflictpreventie. De ministers hebben tevens afgesproken om de aandacht van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties te vestigen op de diepere oorzaken van de conflicten, de noodzaak van de wederzijdse verantwoordingsplicht en de bescherming van burgers tijdens vredeshandhavingsoperaties.
Meer in het bijzonder ten aanzien van de Sahel zijn Frankrijk en Nederland vastbesloten om hun inspanningen t.b.v. de veiligheid en de ontwikkeling van deze kwetsbare regio voort te zetten door middel van hun deelneming aan respectievelijk de Barkhane-missie en de MINUSMA, en door het ondersteunen van de G5 Sahel waardoor de regio meer verantwoordelijkheid kan gaan nemen t.a.v. het bevorderen en handhaven van haar eigen veiligheid.
De ministers hebben vastgesteld dat zij dezelfde standpunten hebben over de migratiestromen, met dien verstande dat het beheer daarvan een geïntegreerde Europese aanpak vereist met oog voor zowel de bescherming van de vluchtelingen als de bestrijding van mensenhandel en mensensmokkel, de bestrijding van illegale immigratie en de aanpak van de diepere oorzaken van de immigratie, zoals armoede en onveiligheid.
In het kader van de enorme schade die orkaan Irma heeft aangericht in de overzeese gebieden van Frankrijk en het Koninkrijk der Nederlanden, hebben de ministers opnieuw gesproken over de reeds bestaande nauwe samenwerking tussen beide landen, die in samenspraak met de lokale overheden van Sint Maarten en Saint-Martin, ter plaatse ten behoeve van de wederopbouw van het eiland zal worden voortgezet.
Tot slot hebben de ministers van gedachten gewisseld over de terreinen waarop de bilaterale economische samenwerking kan worden versterkt, zoals innovatie, de voedselverwerkende sector, duurzame mobiliteit, energie, het klimaat en de circulaire economie. De ministers hebben gewezen op het belang van regelmatige bijeenkomsten tussen de private sectoren, zoals het Strategisch ondernemingsdialoog, en zij hebben de wens uitgesproken dat er op korte termijn nieuwe bijeenkomsten zullen worden georganiseerd om de Franse en Nederlandse economische spelers nauwer met elkaar te verbinden.