Toespraak minister Bussemaker bij de uitreiking van de Koninklijke Onderscheiding aan Nobelprijswinnaar Ben Feringa
Toespraak van minister Bussemaker (OCW) bij de uitreiking van de Koninklijke Onderscheiding aan Nobelprijswinnaar Ben Feringa
Dames en heren,
geachte heer Feringa,
Ik wil u eerst even meenemen naar de film Dead Poets Society. U kent hem vast – dat prachtige verhaal met Robin Williams in de rol van Mr Keating, als poëziedocent op een conservatieve Amerikaanse kostschool.
In een van de mooiste scenes uit de film neemt Mr Keating zijn klas mee naar de galerij met oude klassenfoto’s. Daar dwingt hij zijn studenten om te luisteren – ze staan met hun oren gespitst naar de vergeelde foto’s geleund.
En dan horen ze een stem, die fluistert: ‘Carpe Diem – pluk de dag.’ Alsof de talloze studenten die hen voorgegaan zijn, het nageslacht een zachte hartenkreet meegeven. Natuurlijk zien we even later dat het Mr Keating is, die achter zijn studenten staan en hen dit toefluistert. Maar even zitten we in wat filmkenners ‘the suspension of disbelief’ noemen. Heel even horen we echt de stem van onze voorvaders.
Ik moet u iets bekennen: zelf heb ik die ervaring ook wel eens. Vooral als ik ’s morgens het ministerie binnenloop. Meteen na de ingang loop ik dan langs een wand waar de bronzen koppen van alle Nederlandse Nobelprijswinnaars hangen. Stuk voor stuk grote onderzoekers, denkers en pioniers. Van Henry van ’t Hoff tot André Geim. Scheikundigen en economen. Natuurkundigen en vredestichters.
Meestal loop ik er snel langs zonder ze op te merken. Dat heb je aan het begin van een volle werkdag.
Maar soms kijken ze me ineens doordringend aan – en krijg ik iets toegefluisterd. Een kleine of grote gedachte. Een beeld, dat me bijblijft. Of zomaar iets dat me even doet stilstaan. Mijn eigen ‘suspension of disbelief.’
Binnenkort moeten de 16 beelden een beetje inschikken. Want er is ruimte nodig voor een nieuw bronzen hoofd. Een afbeelding van uw hoofd, meneer Feringa – winnaar van de Nobelprijs voor Scheikunde.
U deelt die prijs natuurlijk met Jean-Pierre Sauvage en Sir James Fraser Stoddart – en we feliciteren u alle 3. Net zoals we uw vrouw Betty en uw familie feliciteren, de Rijksuniversiteit Groningen, uw vakgroep, uw collega’s en de hele Nederlandse wetenschap.
Maar, eerlijk is eerlijk, alleen uw gezicht krijgt een plekje in die Nederlandse eregalerij. En ik kijk nu al uit naar het advies dat u me zult toefluisteren.
Ik kijk natuurlijk net zo zeer uit naar de uitreiking van de prijzen, straks in Stockholm. Al is de afwezigheid van Bob Dylan van voor ons allebei een kleine teleurstelling. Maar we laten onze trots er natuurlijk niet door bederven.
Dat ik bij u aan de film Dead Poets Society moest denken, kwam niet alleen door de fluisterende helden in de eregalerij. Er zijn nog 2 redenen.
En daarvoor moeten we even terug naar de dag dat we het goede nieuws van het Nobelcomité hoorden: woensdag 5 oktober.
Ik moest aan de film denken vanwege de manier waarop u die dag de waarde van onderzoek uitlegde. Het soms tergend langzame proces van het doorgronden van die ‘moleculaire motortjes’. Dat mag ik als scheikundige leek vast wel zo zeggen. Het gaat u niet om het onderzoek op zich. Of om het nano-autootje als bijzonder wetenschappelijk speeltje.
Nee, er is altijd een groter belang mee gemoeid: een betere wereld. Vooruitgang. Uw ontdekking zou in de toekomst kunnen leiden tot de ontwikkeling van robotjes die kankercellen kunnen opsporen. Maar, zei u er meteen bij, het is een zaak van heel lange adem. Fundamenteel onderzoek leidt lang niet altijd – en zeker niet meteen – tot toepassingen.
Maar het kán wel: en dus moeten we er altijd in blijven investeren. Want, zoals Mr Keating in Dead Poets Society zijn studenten telkens meegeeft: ‘Ideas can change the world.’
U deed zelf al een pleidooi voor een miljard extra budget. Dat past natuurlijk helemaal bij uw rol als Nobelprijswinnaar: noblesse oblige.
De rol van vaandeldrager is nu nog meer op uw lijf geschreven. Maar dit pleidooi is natuurlijk ook onderdeel van de politieke realiteit. En ook lijken de verkiezingscampagnes alweer begonnen: zomaar een miljard erbij kan geen enkele politicus beloven
Nog een link met de film is de sterke band met uw studenten. Sommigen straalden echt van trots voor de camera. En toen een journalist u vroeg naar uw grootste verdienste, begon u niet over uw onderzoek.
Nee, zei u: ‘Mijn grootste prestatie is dat ik veel jongens en meisjes een kick voor de wetenschap heb meegegeven. Dat ik hen geïnspireerd heb.’ Daarmee geeft u iets door dat u zelf weer te danken hebt aan uw eigen scheikundeleraar op de middelbare school. ‘Een geweldige leraar’, zei u, ‘die het prachtig vond om na de les proeven met je te doen.’
U bent daarmee de verpersoonlijking van wat ik als het kloppende hart van de wetenschap zie: dat we voortbouwen op het werk van onze voorgangers. En dat werk weer doorgeven aan de volgende generatie. ‘Standing on the shoulders of giants.’ En u bewees dat door uw Nobelprijs op te dragen aan uw studenten, postdocs en collega’s.
In de film drukt Mr Keating zijn studenten op het hart dat we geen poëzie lezen om het metrum onder de knie te krijgen. ‘We lezen omdat we mensen zijn.’
En in feite zegt u precies hetzelfde over de chemie. We onderzoeken, we ontdekken omdat we mensen zijn. Maar als u zich het verhaal goed herinnert, dan hebt u nu misschien het gevoel dat er een addertje onder het gras zit. Met Mr Keating loopt het namelijk niet goed af: zijn liberale ideeën zijn te revolutionair voor de kostschool en hij wordt ontslagen als er met een van zijn studenten iets vreselijks gebeurt.
Laat ik u snel geruststellen – ook al moet ik toegeven dat u vandaag onder valse voorwendselen naar Den Haag bent gelokt. U zou inderdaad een bespreking met de minister van OCW hebben – en die is iets groter uitgepakt, zoals u ziet.
Meneer Feringa, u bent hier namelijk om een heel goede reden!
Het heeft Zijne Majesteit de Koning behaagd om u, bij bevordering, te benoemen tot Commandeur in de Orde van de Nederlandsche Leeuw. En ik wil u vragen om naar voren te komen, zodat ik u de versierselen kan omhangen.