Ploumen naar Marrakesh voor VN Klimaatconferentie

Minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) zal 15 en 16 november in Marrakesh zijn voor de VN klimaatconferentie, volgend op de Parijse klimaattop van 2015. Centraal staat de uitvoering van de in Parijs gemaakte afspraken.

Ploumen: ‘Vorig jaar hebben we een heel ambitieuze doelstelling afgesproken, nu is het tijd om te laten zien hoe we dat doel gaan behalen. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat landen beter gaan rapporteren over hun inspanningen, ook op het gebied van klimaatfinanciering. De internationale gemeenschap heeft afgesproken 100 miljard dollar per jaar aan klimaatfinanciering te besteden: landen moeten duidelijk gaan maken hoe ze dat doen en of ze op koers liggen.’ Het programma van Ploumen tijdens de top staat verder in het teken van de positie van de allerarmsten en vrouwen. Ook wil de minister meer aandacht voor de rol van bedrijven in de strijd tegen klimaatverandering: ‘Nederland heeft een heldere boodschap: zonder bedrijven gaan we de afspraken uit Parijs niet halen. Daarom hebben we een delegatie Nederlandse bedrijven meegenomen, die hier laten zien hoe zij bijdragen aan schonere energie en welke oplossingen zij hebben voor de gevolgen van klimaatverandering.’

Op dinsdag 15 november, de ‘Gender day’ van de top, woont de minister een aantal evenementen bij waar de positie van vrouwen centraal staat. Vooral vrouwen in ontwikkelingslanden zijn extra kwetsbaar voor de gevolgen van klimaatverandering. In veel van die landen zijn vrouwen bijvoorbeeld verantwoordelijk voor het eten op tafel, wat moeilijker wordt als hun stukje land door droogte steeds minder opbrengt. Ook heeft onderzoek uitgewezen dat bij overstromingen en andere natuurrampen vaak meer vrouwelijke dan mannelijke slachtoffers vallen. Des te belangrijker dat vrouwen hun stem kunnen laten horen in de internationale klimaatonderhandelingen. In 2014 is daarom een speciaal programma voor vrouwen aangenomen, het Lima work programme on gender, dat streeft naar een betere balans tussen mannen en vrouwen onder de klimaatonderhandelaars. Nederland steunt dit programma en heeft ook voor deze top financieel bijgedragen aan de deelname van vrouwelijke delegatieleden uit ontwikkelingslanden. Ploumen is onder meer aanwezig bij een discussie over de voortzetting van het Lima work programme, spreekt een aantal vrouwelijke ondernemers en neemt deel aan de plenaire paneldiscussie van de conferentie over de rol van vrouwen bij klimaatverandering.

De minister neemt op dinsdag verder deel aan een paneldiscussie over landrechten. Uit onderzoek blijkt dat het beter regelen van landrechten voor lokale bevolkingsgroepen bijdraagt aan het tegengaan van klimaatverandering. Daarnaast spreekt Ploumen op een event van SNV over de rol van technologie en bedrijven en neemt ze deel aan een discussie over de financiering van de nationale klimaatplannen van ontwikkelingslanden. Ploumen: ‘Het zijn de armste mensen in de armste landen die het hardst getroffen worden door klimaatverandering. In Mozambique kunnen kleine boeren nauwelijks rondkomen omdat hun gewassen de aanhoudende droogte niet overleven. In Bangladesh worden 35 miljoen mensen bedreigd door overstromingen. Het is heel goed dat de overheden van deze landen zelf actieplannen maken om dit tegen te gaan, maar ze hebben wel ondersteuning nodig bij de realisering daarvan. Daarom is dit een belangrijk thema in Marrakesh.’

Woensdag 16 november neemt Ploumen deel aan een discussie over vrouwen en mensenrechten, georganiseerd door Mary Robinson, voormalig Hoog Commissaris van de VN voor mensenrechten. Daarnaast heeft de minister een bespreking over de Nederlandse samenwerking met China en een aantal Afrikaanse landen om boeren in Afrika te ondersteunen bij het kweken van bamboe. Hiermee kan ontbossing worden tegengegaan en kunnen boeren een beter inkomen verdienen. Verder spreekt Ploumen bij het Africa Palm Oil Initiative, waar ze zal pleiten voor een duurzamere productie van palmolie. De productie van palmolie is nu nog een van de grootste oorzaken van ontbossing. Nederland streeft naar 100% duurzame palmolie wereldwijde en werkt hiervoor samen met grote palmolie producenten zoals Indonesië en China.